Vastgesteld landschapsatlasrelict

Maalbeekvallei en gevarieerde cultuurlandschap ten oosten van Grimbergen

Vastgesteld landschapsatlasrelict van tot heden

ID
10306
URI
https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/10306

Besluiten

Maalbeekvallei en gevarieerde cultuurlandschap ten oosten van Grimbergen
vaststellingsbesluiten: 27-01-2015  ID: 5665

Rechtsgevolgen

Meer informatie over de rechtsgevolgen van vaststellingen vind je op onze website.

Beschrijving

De Maalbeekvallei ten oosten van Grimbergen is vastgesteld in de landschapsatlas.



Waarden

natuurwetenschappelijke waarde

Het golvende landschap ten zuiden van de Maalbeek wordt gekenmerkt door lemige bodems op het Priesterlindeveld. In de hellingen komen meerder holle wegen voor. De paleovallei van de Zenne is nog duidelijk herkenbaar, door de natte depressie rond de meandervijver, en de laag gelegen binnenbocht in het oosten en het hoge talud aan de buitenbocht, in het westen. Het gebied ten noorden van de Maalbeek behoort tot een uitloper van de Vlaamse Vallei. Het reliëf is hier veel vlakker en helt langzaam af richting de Willebroekse Vaart.

Alle beken lopen in noordoostnoordelijke richting, met als belangrijkste de Maalbeek die tevens ook de as van het gebied vormt. De vallei van de Maalbeek is vrij smal. Het grote hoogteverschil in de Maalbeekvallei gaf aanleiding tot de aanleg van talrijke watermolens. De Maalbeek, Bruinborrebeek en Kelkebeek hebben op veel plaatsen goede structuurelementen. Een vrij hoog talud van een 400-tal meter lang is ten zuiden van de visvijvers aan de Tommenmolen een opvallend geomorfologisch element.

Er is een bodemkundige overgang in het landschap aanwezig: zandleemgebied ten noorden en oosten van het vliegveld en (drogere) leemgebied ten zuiden van de Maalbeek en op het Wezenhageveld. De vallei van de Maalbeek bestaat uit natte leembodems in het centrum van de vallei en vochtig leem op de valleihellingen. De omgeving van het Lintkasteel en de zone tussen de Humbeekse Steenweg en de Willebroekse Vaart bestaat overwegend uit zandleemgronden, natter in het westen, droge ruggen in het oosten.

Ten noorden van de Maalbeek werd witte zandsteen gewonnen. Minstens vanaf de 13de eeuw leverden de groeven bouwstenen voor talrijke historische gebouwen in en om Grimbergen.

historische waarde

De Maalbeek met zijn watermolens vormde een belangrijke economische ader die op verscheidene plaatsen, vooral ten (noord)oosten van Grimbergen, nog gaaf gebleven is. De Maalbeekvallei met inbegrip van verschillende watermolens, Brabantse hoeven en restanten van voormalige heerlijkheden gaat terug op een zeer oude ingebruikname van de vallei. De nederzettingen ontstonden in los verband op de hogere delen aan de rand van de vallei. De huidige historische sites gaan terug op heel oude, archeologische sites.

Er is een directe band tussen de fysische componenten (geologie, geomorfologie, hydrografie,...) en de locatie van de historische nederzettingsstructuren en het historisch constante bodemgebruik van de verschillende deelgebieden. Het bodemgebruik wordt gekenmerkt door open akkerland op de vroeg ontgonnen kouters. De graslanden situeren zich op de natte gronden in de valleien. De steile Zenne-oever in Domein van Borcht is oud bos. In het zandleemgebied, de omgeving van het Lintkasteel en de valleien van de Kelkebeek en Lintbeek zijn de hogere drogere stukken open akkerland, de lagere nattere delen zijn gekenmerkt door weilanden.

De dorpskern van Grimbergen bleef tot op heden vrijwel gespaard van grote infrastructuurwerken zodat de historische samenhang dorp-abdij-prinsendomein-vallei intact bleef. Als voorbeeld van een abdijdorp is Grimbergen uniek. De abdij lag aan de basis van het ontstaan en de structurele ontwikkeling van een kleine compacte woonkern met slechts drie hoofdstraten, de Hoge- en Lagesteenweg en de Abdijstraat.

De ankerplaats telt verschillende kasteelparken en mottes. Het Lintkasteel gaat terug op een vroegmiddeleeuwse motte, met opperhof en neerhof. Palend aan het Lintkasteel een historische hoogstamboomgaard. Park van het eclectische kasteel d’Overschie is aangelegd in een gemengde stijl met slingerende paden gecombineerd met een strak aangelegde 'lepelvijver'. Het Hof te Poddemgem is een voormalige middeleeuwse castrale motte waarvan de oudste getuigenis, een woontoren, mogelijk opklimt tot het midden van de 14de eeuw.

Het waterkasteel Prinsenhof met omringend park en aanhorigheden was de verblijfplaats van de heren van Grimbergen. Het hof was sinds de 17de eeuw rechtstreeks verbonden met de abdij door een dubbele dreef, de Prinsenstraat. In het gemeentelijk park sporen van het microreliëf gelinkt aan een klassieke Franse tuin. Het park verboste tijdens de 19de eeuw. De voormalige hoeve en paardenstallen bevinden zich in het zuiden van het park.

De burchtsite Senecaberg is een van de zeldzame voorbeelden waarvan de 12de-eeuwse verdedigingsarchitectuur in hout nog kan nagegaan worden en in de bodem bewaard is. De ligging van de motte van Borcht aan het kruispunt van enkele belangrijke wegen en aan de Zenneovergang was van groot strategisch belang. De ensemblewaarde van het voorkomen van motte-dorp-kasteeldomeinrelict is uniek.

De Liermolen en Tommenmolen zijn voormalige watergraanmolens van de norbertijnerabdij van Grimbergen. De molensites gaan terug tot de 14de eeuw.

Het ‘hof van Oyenbrugge’ met waterburcht, pachthof, brouwerij, kapel en watermolen was een leengoed van de heren van Grimbergen. Het kasteel is als archeologische site in de bodem bewaard. De Oyenbrugmolen is in oorsprong deel van het ‘Hof van Oyenbrugge’ en in kern opklimmend tot de 17de eeuw.

Op en rond de historische sites zijn heel wat houtige beplantingen met erfgoedwaarde aanwezig. Schaduwbomen bij de Liermolen en Tommenmolen, twee knotbomen van zwarte populier aan de Liermolen, knotwilgenrijen op de oevers van de Maalbeek,...

Het vliegveld van Grimbergen is een materiële getuige van de infrastructuren die de Duitse bezetter met betrekking tot het vliegwezen aanbracht tijdens de Tweede Wereldoorlog, hoe hij bepaalde vliegvelden in bezet gebied uitrustte.

esthetische waarde

De abdij van Grimbergen is dominant in het landschap aanwezig en vormt een herkenningspunt en baken. De dichtheid aan historische sites zoals mottes, hoeves en kasteeldomeinen, gebonden door historische kleinschalige wegtracés bepalen mee de identiteit en het karakter aan het gebied. Dit wordt gekenmerkt door een grote variatie aan verschillende landschapselementen.

De open ruimten worden gevormd door het akkerlandschap Priesterlindeveld. Op het hoogste punt van het Priesterlindeveld is er een panoramisch zicht op het dorp van Grimbergen en de omgeving van de Willebroekse Vaart. De vallei van de Maalbeek heeft een contrasterend kleinschalige karakter. De maalvaardige molens met bijhorende aanhorigheden en erfgoedelementen in de pittoreske vallei zorgen voor een afwisseling met de open kouters en het halfgesloten landbouwlandschap rond het Lintkasteel. Het Lintkasteel en de Sint-Niklaashoeve en omgeving hebben een esthetische waarde door de aanwezigheid van de historische bebouwing en van kleine landschapselementen.

Het voorkomen van verschillende landschapstypes naast elkaar zorgt voor een gevarieerde landschapsbeleving. De markante terreinovergang van leem- naar zandleemgebied is merkbaar op het terrein. De harmonische samenhang van de diverse erfgoedelementen is zeer hoog.

sociaal-culturele waarde

De watermolens Liermolen, Tommenmolen en Oyenbrugmolen vormen een voorbeeld van een verdwenen agrarische-ambachtelijke cultuur. De herbestemming van de Liermolen en Tommenmolen tot museum in het teken van onder meer 'De werking van een watermolen' draagt bij tot de bewustmaking van de eeuwenoude relatie tussen de mens en een overlevingsinfrastructuur die pas op het einde van de 19de eeuw aan belang zal inboeten. De twee molens en het Guldendal vormen de kern van het Museum voor Oudere Technieken dat door zijn unieke collectie, locaties en jarenlange wetenschappelijke benadering nationale erkenning heeft verworven.

De naam van de Grimbergse abdij is ruim bekend door abdijproducten waarvan het abdijbier, naast de kaas, het bekendst is.

In 1967 werd 'Mira', de eerste 'volkssterrenwacht' van ons land opgericht op grond van de vroeger grotere norbertijnenabdij.

Het vliegveld van Grimbergen is een getuige van de aangelegde oorlogsinfrastructuur van tweede wereldoorlog. De aanwezigheid van een stelsel kassei-, zand- en holle wegen zorgt voor een extra variatie in de landschapsbeleving en toegankelijkheid van het gebied.

ruimtelijk-structurerende waarde

Geologie, geomorfologie, bodem en water bepalen in belangrijke mate het bebouwingspatroon en grondgebruik binnen de ankerplaats. De motte staat centraal in het gehucht van Borcht. Het concentrisch stratenpatroon is bebouwd met rijen arbeiderswoningen. De kerk staat op een verhevenheid. De paleomeander van de Zenne en de grote steilrand zijn uitgesproken geomorfologische structuren die de vroegere loop van de Zennevallei herkenbaar maken.

Het gehucht Borcht in het zuiden en de dorpskern Grimbergen in het westen worden door het Priesterlindeveld en de Maalbeekvallei van elkaar gescheiden. Het open akkerland van het Priesterlindeveld is in het zuiden hoger en loopt in noordelijke richting af naar de Maalbeekvallei. Het voorkomen van watermolens ritmeert de west-oost georiënteerde Maalbeek. Deze waterloop wordt geaccentueerd door de erg lange rijen knotwilgen op de oevers.

De relatie tussen de abdij, dorp en kasteel enerzijds en de historisch nauw verbonden Maalbeek anderzijds is op het terrein nog goed herkenbaar. De norbertijnenabdij heeft een hoge toren die een baken in het landschap vormt. De infrastructuur van het Vliegveld staat haaks op de Maalbeek, maar verbindt de Maalbeek met het Lintkasteel en omgeving.

De historische wegeninfrastructuur verbindt de dorpskern met het ommeland, en met belangrijke steden in de omgeving. Andere oudere paden, zoals de schapenwegen over het Priesterlindeveld gaan niet naar de dorpskern maar hebben, net als de Maalbeek een oost-westelijke oriëntatie.

De overgang van de hogere kouters naar de Vlaamse Vallei is een markante terreinovergang. De kouters en valleien zijn open ruimtecorridors. De openheid van de ankerplaats is in contrast met het verstedelijkt gebied van Brussel. Het gebied wordt gekenmerkt door een grote dichtheid aan erfgoedelementen met een hoge ruimtelijke samenhang.


Aanduiding van

Is de vaststelling van

Maalbeekvallei en gevarieerde cultuurlandschap ten oosten van Grimbergen

Beigem, Grimbergen, Humbeek (Grimbergen), Vilvoorde (Vilvoorde)
De ‘Maalbeekvallei en het gevarieerde cultuurlandschap ten oosten van Grimbergen’ omvat de kern van Grimbergen met de norbertijnenabdij en het Prinsenbos en de ruïne van het Prinsenkasteel, de vallei van de Maalbeek met drie watermolens en verschillende Brabantse hoeves, het vliegveld van Grimbergen en het Lintbos met aansluitend het Wezenhageveld. Ook enkele kasteeldomeinen waaronder het Lintkasteel en het relict van het Domein van Borcht met aangrenzend de Senecaberg zitten in de afbakening.


Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.