Beschrijving
De Poelberg is vastgesteld in de landschapsatlas.
Waarden
ruimtelijk-structurerende waarde
De restheuvel die de ankerplaats domineert, uit zich als een positief reliëfelement, gelegen voor de hooggelegen stadskern van Tielt. Vanuit diverse waarnemingspunten is een oriënterend overzicht mogelijk over het Mandel-Leiebekken en het Schelde-Leie-interfluvium, de Vlaamse Ardennen en het centraal Westvlaamse zandleemplateau, met in het bijzonder de kamlijn van het Plateau van Tielt. De maalvaardige Poelbergmolen, hooggeplaatst op de restheuvel, vormt een baken in het omgevende landschap.
Het recente, volgens het historisch patroon, herstelde veld-/bosgebied van het Meikensbos-Vijverbos markeert de kern van het vroegere Hoenderveld, een voormalig uitgestrekt wastineareaal.
sociaal-culturele waarde
In de ankerplaats is de volledige Poelbergomgeving een relatief belangrijke toeristisch-recreatieve trekpleister, voornamelijk voor wandelen en fietsen. Dit blijkt alleen al uit het aanbod aan bewegwijzerde wandel- en fietsroutes, uitgestippeld langsheen een voorlopig nog maar beperkt netwerk van landelijke wegen en paden.
Ook de aanwezigheid van een aan het platteland gelinkt religieus erfgoed van kloosterschool en bedevaartsoorden en een inmiddels grotendeels verdwenen cluster van landarbeiderswoningen kan beschouwd worden als een zekere sociaal-culturele waarde. Daarbinnen hebben onderwijs en devotie een belangrijke plaats gekend, in het bijzonder rond acute hulp- en bijstandsverlening, werkverschaffing en het verspreiden van godsdienst en beschaving. Bovendien zijn aan deze waarden ook bijzondere historische facetten van plattelandsontwikkeling gekoppeld die illustratief zijn voor onder meer het Vlaams pauperisme van halfweg de 19de eeuw.
esthetische waarde
De esthetische waarde van de ankerplaats spreekt vooral uit de talrijk aanwezige vergezichten van op de restheuvel van de Poelberg. De topzone klimt op tot circa 45 meter boven zeespiegelniveau en bezit specifieke panoramische zichten in de wijde omtrek, onder meer over het Mandel-Leiebekken en het Schelde-Leie-interfluvium, tot aan de heuvelrij van de Vlaamse Ardennen (Kluisberg, Hotondberg, Muziekberg), tot voor Doornik (Mont Saint-Aubert) en op de kamlijn van het centraal Westvlaamse zandleemplateau, van waarop onder meer het silhouet van de stad Tielt beeldbepalend is. Het open akkerlandschap rond de maalvaardig gerestaureerde Poelbergmolen, belangrijk voor de windvang van de molen, wordt beschouwd als één van de meeste gave en intact bewaarde molenlandschappen in Vlaanderen.
historische waarde
De ankerplaats bezit in vele opzichten een historische waarde. Behoudens enkele losse vondsten van vuursteenartefacten zijn voorlopig geen vroege nederzettingssporen gekend. Toch geldt voor de hooggelegen geïsoleerde restheuvel een hoge vondstverwachting voor bewoning vanaf de steentijden. Daarnaast zijn in de ankerplaats enkele laatmiddeleeuwse nederzettingen aanwezig van waaruit een vroege landbouwoccupatie ingang heeft gevonden, onder meer het leenhof van de belangrijkste Tieltse Heerlijkheid Gruuthuse of zogenaamd Tielt-ten-Hove en het achterleen Goed te Karels. Bij deze ontginningskernen zijn nog steeds typische open akkerlandstructuren bewaard. De historische waarde wordt verder nadrukkelijk beklemtoond door de aanwezigheid van de 17de-eeuwse windmolensite van de Poelbergmolen, thans herkenbaar door een 18de-eeuwse houten staakmolen met molenaarshoeve en maalderij met 19de- en 20ste-eeuwse kenmerken. Uit deze geëvolueerde site kan de ganse technische evolutie van het windmolenbedrijf didactisch worden voorgesteld. Ondanks vroege ontginningsinitiatieven zijn in omgekeerde zin ook uitzonderlijke bosrestanten bewaard, die getuigen van het eertijds uitgestrekt wastineareaal van het Hoenderveld. Een grote oppervlakte landbouwgronden is er pas in de tweede helft van de 19de en de eerste helft van de 20ste eeuw ontstaan, na systematische bosontginning van het Meikensbos-Vijverbos. Een recent initiatief van de Vlaamse overheid voorziet momenteel een historisch relevante herbebossing. Ondanks meerdere verbouwingen, toevoegingen en verdwenen bewoningslocaties, is ook nog een cluster van een 45-tal landarbeiderswoningen of huizenrijen van dagloners herkenbaar of bekend. Deze dichtheid is kenmerkend voor het 18de- en 19de-eeuwse platteland en tegelijk illustratief voor het hoge niveau van intensieve, grondgebonden landbouw in de Tieltse regio. Bovendien is er in de ankerplaats een bijzonder divers religieus erfgoed bewaard met oude tot recente, kleine en grote kapellen, met een kloosterschoolsite en een Lourdesgrot al of niet met ommegangstraditie. Er wordt niet uitgesloten dat de site van de oude Koortskapel teruggaat op een vroege cultusplaats die later is gekerstend en als devotieplaats is uitgegroeid tot bedevaartsoord, doch niet tot kern van een parochie.
natuurwetenschappelijke waarde
De ankerplaats vertoont zowel geologische, geomorfologische, pedologische, hydrologische als ecologische karakteristieken. Door de verscheidenheid aan geologische formaties, reliëf- en bodemverschillen, de hydrologische omstandigheden met in het bijzonder het voorkomen van bronniveaus, komen waardevolle vegetatietypes voor, met name historisch permanente hellinggraslanden, fragmenten van zuur eikenbos en alluviaal essen-olmenbos en jonge loofhoutaanplantingen. Deze variatie aan biotopen is ook voor diverse dierenpopulaties van belang. Enkele clusters met grasland vertegenwoordigen een natuurwetenschappelijke waarde door het voorkomen van een soortenrijke kruidenvegetatie en door de aanwezigheid van diverse kleine landschapselementen waaronder knotbomen, hagen, hoogstamboomgaarden, bomenrijen, al dan niet begroeide taluds, bronnen, kwelzones en veedrinkpoelen. De natuurwetenschappelijke waarde wordt verder ook bepaald door het voorkomen van autochtone bomen- en struikensoorten in de betreffende landschapselementen.