Beschrijving
De bescherming als monument omvat de omringende kerkhofsite van de parochiekerk Sint-Jan-Onthoofding met 22 graftekens, de kerkhofmuur, de kapellen van de Sint-Corneliusommegang en het voormalige dodenhuisje. De parochiekerk werd al op 21 september 1962 als monument beschermd.
Waarden
Omringende kerkhofsite met 22 graftekens, kerkhofmuur, kapellen van Sint-Corneliusommegang en voormalig dodenhuisje bij de als monument beschermde Sint-Jans-Onthoofdingkerk is beschermd als monument omwille van het algemeen belang gevormd door de:
historische waarde, sociaal-culturele waarde, volkskundige waarde
in casu cultuurhistorische waarde: Als vanouds omsloten parochiale begraafplaats rondom een artistiek en historisch belangwekkende dorpskerk naast de Schelde, vormt de kerkhofsite historisch, functioneel en visueel een onafscheidbare eenheid met de gotische Sint-Jans-Onthoofdingkerk. Sociaal-cultureel ligt haar betekenis onder meer in haar ruimtelijk structureel zeer bepalende inplanting aan het uitzonderlijk groot dorpsplein van Schellebelle. Deze representatieve kerksite van middeleeuwse oorsprong is betekenisvol voor de occupatiegeschiedenis binnen de Scheldevallei. Het kerkhof met karakteristieke afgeronde begrenzing is een zeldzamer wordend exemplaar van een oude begraafplaats met de bijzonder eigen, traditioneel witgeschilderde bakstenen kerkhofmuur.
In zijn funeraire functie bezit het kerkhof, als specifieke plaats waar de doden worden herdacht, contextueel ook een inherente historische samenhang met de uitzonderlijk fraaie calvarieberg met vagevuurvoorstelling en met de grafstenen tegen de kerk. Ook andere voor funeraire gebruiken nog aanwezige constructies en elementen dragen bij tot de authenticiteit van de kerkhofsite. De resterende graftekens met hoge hardstenen stèles eindigend op een kruis uitstekend boven de vele jongere graven en de kerkhofmuur verlenen een grotere herkenbaarheid aan de site als oud type van begraafplaats. Voornamelijk aan het hoofdpad naar het zijportaal (Blok A, rij 2) en aan het zijpad naar de calvarie (Blok B, rij 3 en Blok C, rij 12) bleven een aantal oudere opvallende graftekens bewaard opklimmend tot de eerste decennia van de 20ste eeuw; zij komen voornamelijk voort van lokaal prominente families, wereldlijke en kerkelijke gezagdragers. Het betreft de volgende:
- Grafteken familie De Waele Alexander (1840-1916); blok A, rij 2, grafperceel 15;
- Grafteken van D'Haese August (1839-1921) en Henriette (1846-1932); blok A, rij 2, grafperceel 16;
- Grafteken van Emiel Jozef De Ridder (1851-1911), van 1897 tot 1911 pastoor te Schellebelle; blok A, rij 2 grafperceel 17;
- Grafteken van Adolf De Bock- oudstrijder (1887-1918); blok A, rij 2, grafperceel 29;
- Grafteken van Scheirlinck August- De Bruycker Julia (1840-1919/1856-1924); blok B, rij 1, grafperceel 18;
- Grafteken van Van Hoecke Justina- Scheirlinck Jozef (1888-1953); blok B, rij 1, grafperceel 19;
- Grafteken van Verbraecken Leo (1855-1922); blok B, rij 1, grafperceel 20;
- Grafteken Schockaert Honoré - Droeshout Stephanie (1836-1915/1837-1925); blok B, rij 1, grafperceel 21;
- Grafteken van familie Roelandt; blok B, rij 1, grafperceel 22;
- Grafteken van Kuppens Benedictus (1866-1931); blok B, rij 1, grafperceel 23;
- Grafteken van Bogaert Jan Leopold (1831-1914); blok B, rij 1, grafperceel 24;
- Grafteken van Maria Louise Hoste (en andere); blok B, rij 3, grafperceel 51;
- Grafteken van Jan B. De Schaepmeester-De Cock; blok B, rij 3, grafperceel 55
- Grafteken van François Bonnaerens (1893-1914) en ouders; blok B, rij 3, grafperceel 56;
- Grafteken van de familie Dalschaert-Van Hauwermeiren; blok C, rij 12, grafperceel 74;
- Grafteken van familie Vermeulen (1931); blok C, rij 12, grafperceel 75;
- Grafteken van het burgemeestersgeslacht d'Hollander; blok C, rij 12, grafperceel 76;
- Grafteken van de familie De Turck; blok C, rij 12, grafperceel 77;
- Grafteken van de familie Matthys-De Weirt; blok C, rij 12, grafperceel 78;
- Grafteken van de familie Buysse-Schollaert; blok C, rij 12, grafperceel 79
Deze hardstenen graftekens bezitten bijzondere erfgoedwaarde door hun monumentaliteit, door hun specifieke vormgeving en/of typerende funeraire symboliek of ornamentiek. Afgezien van één overblijvend exemplaar van een karakteristiek industrieel vervaardigd gietijzeren grafkruis met typische decoratie (grafteken van Henri Vollaert / echtg. van Germaine De Winter / 1907-1958; Blok C, rij 4, grafperceel 24), vertegenwoordigt ook een houten "armenkruis" als funerair erfgoed een volkskundige waarde van betekenis binnen de context van dit kerkhof: Grafteken van Felix Bontinck 1883-1954 / Celina Van Damme 1885-1961; Blok C, rij 9, grafperceel 69: zwart geschilderd kruis met aan weerszij witte opschriften en met fotokeramisch portretmedaillon;
Binnen hetzelfde betekenisvolle kerkhof zijn de hier vermelde graftekens illustratief voor het opvallend materieel onderscheid in de vroegere samenleving tussen arm en rijk in de begrafenisgebruiken en voor de diversiteit aan gangbare graftekens. Zij gelden ook als een cultuurhistorisch relevante getuigenis van de diverse wijzen waarop het kruis als oud funerair symbool in gebruik bleef.
Het 19de-eeuws bakstenen dodenhuisje vertegenwoordigt naar functie en vormgeving een typische constructie, behorend tot de vroegere funeraire infrastructuur op begraafplaatsen.
Binnen het kerkhof vormen de zes ommegangkapellen, opgericht in 1936 ter vervanging van een oudere Sint-Corneliusommegang, een bouwkundig relict van volkskundige betekenis getuigend van de oude devotie tot de beschermheilige. De kapellen verlenen het kerkhof een sociaal-cultureel belang als oord van gebed en heiligenverering aansluitend bij de kerk.