Vastgesteld landschapsatlasrelict

Oud bos, kastelen en parken van Nieuwenhoven, Nonnemielen, Spinveld, Terkelen, Nieuwerkerken en Kortenbos

Vastgesteld landschapsatlasrelict van tot heden

ID
11240
URI
https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/11240

Besluiten

Oud bos, kastelen en parken van Nieuwenhoven, Nonnemielen, Spinveld, Terkelen, Nieuwerkerken en Kortenbos
vaststellingsbesluiten: 27-05-2016  ID: 5963

Rechtsgevolgen

Meer informatie over de rechtsgevolgen van vaststellingen vind je op onze website.

Beschrijving

Dit gebied omvat een rijk en gevarieerd erfgoed: oud bos, restanten van een 17de-eeuws vijvercomplex, holle wegen, een oude boswal, de kastelen en parken van Nieuwenhoven, Nieuwerkerken, Terkelen, Kortenbos, Nonnemielen en Spinveld, de hoeven Schorrebos en Casselaer. Geografisch gezien behoort deze zone tot het buitengebied van Sint-Truiden, op 5 km ten noorden van het stadscentrum. De omgeving is er dun bebouwd, weinig dooraderd met wegen en goed voorzien van erfgoedsites en relicten. Het zacht glooiende reliëf wordt bepaald door beken die ontstaan op de flanken van het interfluvium tussen Gete en Herk. Tot in de 18de eeuw kwamen op de hoger gelegen heuvelruggen tussen riviervalleien bossen voor, die intussen grotendeels zijn verdwenen. Alleen in de omgeving van Nieuwenhoven hield een vrij groot boscomplex stand. Het vormt de kern van dit gebied.

Bepalend voor de ontwikkeling van het huidige cultuurhistorische landschap in dit gebied was de vestiging van verschillende middeleeuwse abdijen en de opkomst van adellijke landgoederen. Het bestaan van deze uitgestrekte domeinen heeft bijgedragen tot het behoud van de dun bebouwde ruimte in en rond de vallei van de Kelsbeek. Van de abdijdomeinen, historische landgoederen en kasteelparken zijn in de omgeving nog vele restanten bewaard.

Eén van de meest imposante domeinen in de vallei van de Kelsbeek is de omgeving rond Nieuwenhoven, in oorsprong een middeleeuws buitenverblijf van de abten van de Sint-Trudo abdij in Sint-Truiden (°664). De komst van het klooster situeert zich in een hele reeks stichtingen van benedictijnergemeenschappen in de 7de-8ste eeuw in onze regio. De kern van het huidige kasteel Nieuwenhoven gaat zeker terug tot de 13de eeuw, maar is waarschijnlijk ouder en bovendien gaat er een vroegere fase aan vooraf. Voor de uitbouw van Nieuwenhoven bezat de abdij er een “Aldenhof”, waarvan momenteel alleen de vermoedelijke locatie nog bekend is. In de 14de eeuw breidde de Sint-Trudoabdij haar bezittingen rond Nieuwenhoven sterk uit. Door een slimme aankooppolitiek bracht ze een aaneensluitend domein tot stand bestaande uit een historische boskern (Mierhoopbos, Mielenbos, Kraaienbos...). Rond de abdijgebouwen en hoeve lagen een uitgebreid vijvercomplex, fruitweiden, akkers, door dreven begrensd. Ter hoogte van het Nieuwenhovendomein kanaliseerde de abdij de Kelsbeek ten behoeve van de watertoevoer naar het vijvercomplex. De omgeving werd ingericht ten behoeve van de land- en bosbouwnoden van de abdij.

Het kasteel van Nieuwenhoven, de kasteelhoeve met ijskelders, de moestuinmuur, het boompoortje, de neogotische brug, de toegangsweg, de graslanden en bossen rondom getuigen van het materiële impact van de voormalige abdij van Sint-Trudo in de regio rond Sint-Truiden. Het zijn de relicten van het vroegere zomerverblijf van de abt en van het bos en landbouwdomein dat daarbij hoorde. De 19de- en 20ste-eeuwse parkaanleg is grotendeels vervaagd, maar de contouren van het ancien régime abdijdomein zijn wel nog herkenbaar in het huidige beboste terrein, deels als een goed bewaarde dreef, deels als restanten van een voetweg met grachten en houtkanten. Het bos op het interfluvium tussen Gete en Herk (Mierenhoopbos, Mielenbos, Galgenbos) is een oud bos en restant van het middeleeuwse abdijdomein op en rond Nieuwenhoven. Relicten van het historisch bosbeheer zijn verspreid nog aanwezig in de vorm van hakhout op een zeldzame oude boswal en percelen die getuigen van een vroeger beheer van middelhout. De 19de-eeuwse Nieuwenhovenwinning en andere dienstgebouwen getuigen van de fase van de omvorming van abdijdomein naar adellijk landgoed.

Nog meer abdijen vestigden zich in de omgeving of bouwden er een landbouwdomein uit. De Casselaerhoeve was sinds de 13de eeuw eigendom van de cisterciënzerinnenabdij van Herkenrode (Kuringen), die bij de hoeve heel wat bos bezat. Dat bos maakt nu nog deel uit van het provinciaal domein rond Nieuwenhoven. In die vroege periode sloot het Casselaerbos nog bij de bossen rond Nieuwenhoven aan. Oorspronkelijk bevond de Casselaerhoeve zich ook dichter bij Nieuwenhoven, met name nabij de weg Heide. De hoeve Schorrebos behoorde tot het abdijdomein van het benedictinessenklooster Nonnemielen die zich in de 13de eeuw in Metsteren vestigde. De restanten van het voormalige Nonnemielenklooster vormen samen met het kasteel, de parken, de platanendreef en het molenlandschap van de Metsterenmolen in de vallei van de Melsterbeek een samenhangend geheel. Het kasteel van Kortenbos ontstond oorspronkelijk als hotel van de abdij van Averbode voor de opvang van pelgrims naar het bedevaartsoord van de basiliek van Kortenbos in de 17de eeuw.

Naast de landgoederen van religieuze instellingen telde het gebied ook verschillende adellijke landgoederen, zoals het kasteel Nieuwerkerken met landerijen. Van het kasteel Terkelen bestaat het park in landschappelijke stijl nog, maar het 19de-eeuwse kasteel is in 1948 gesloopt.

Een belangrijke fase in de ontwikkeling van het gebied was de transformatie van religieus grootgrondbezit naar burgerlijk eigendom. Na de nationalisatie van de kloostergoederen op het einde van de 18de eeuw trad een nieuwe categorie grootgrondbezitters op de voorgrond, met name de welgestelde burgerij die erin slaagde om bij verkoop van de in beslag genomen religieuze bezittingen de vroegere abdijdomeinen te verwerven. Die bouwden ze in de 19de eeuw tot kasteelparken om. Deze transformatie bepaalt nog altijd in sterke mate het huidige uitzicht van de kastelen en parken van Nieuwenhoven, Nonnemielen, Spinveld, Kortenbos, Casselaerhoeve. Deze ontwikkeling verklaart ook waarom dit uitgestrekte gebied ten noorden van Sint-Truiden nog altijd weinig bebouwing kent. Waar abdijgoederen en kasteeldomeinen bestonden, is de open ruimte weinig door verkavelingen en bebouwing aangevreten.

Enkele wegen structureren het gebied: de Engelbamp in noord-zuid richting en de Heide in oost-westrichting. Beiden liggen op historische tracés, waarvan de oorsprong zeker tot de 14de eeuw teruggaat. Waar de wegen over een uitloper op de flank van het interfluvium tussen Gete en Herk gaan, nemen ze de vorm van een holle weg met houtkanten aan. Deze configuratie tussen historische wegen –dreef of holle weg- en gebouwen van de Sint-Trudo abdij op het voormalige abdijdomein Nieuwenhoven dat grotendeels bebost is, karakteriseren het gebied en weerspiegelen in grote mate de vroegere historische omgeving.

Het zicht vanuit Pannenoven ter hoogte van de Nieuwenhovenwinning in de richting van het kasteel Nieuwenhoven is ruimtelijk kwalitatief en draagt bij tot de visuele belevingswaarde van het cultuurhistorische landschap. Het lichtglooiende reliëf wordt goed aangevoeld vanuit de Diestersteenweg, daar waar de weg de glooiing tussen de vallei van de Kelsbeek en van de Borndriesbeek dwarst. Vanaf de hoogte op het interfluvium van Gete en Herk bestaan verschillende mooie zichten op de wijde omgeving die hoge mate bijdragen tot de landschapsbeleving van een reliëfrijk en landelijk landschap.



Waarden

esthetische waarde

Het bos op het interfluvium tussen Gete en Herk is sterk aanwezig in het landschapsbeeld. Het zicht vanuit Pannenoven ter hoogte van de Nieuwenhovenwinning in de richting van het kasteel Nieuwenhoven is ruimtelijk kwalitatief en draagt bij tot de visuele belevingswaarde van het cultuurhistorische landschap. Het lichtglooiende reliëf wordt goed aangevoeld vanuit de Diestersteenweg, daar waar de weg de glooiing tussen de vallei van de Kelsbeek en van de Borndriesbeek dwarst. Het contrast tussen het verstedelijke Sint-Truiden en de open ruimte ten noorden van de stad is opvallend. Vanuit de hoger gelegen rug over het interfluvium tussen Gete en Herk bestaan verschillende zichtpunten op de wijde omgeving, waaronder het zicht boven op de holle weg Heide-Engelbamp in de richting van Sint-Truiden of vanuit Heide op het lager gelegen Kortenbos.

ruimtelijk-structurerende waarde

Bepalend voor de ontwikkeling van het huidige cultuurhistorische landschap in dit gebied was de vestiging van verschillende middeleeuwse abdijen en de opkomst van adellijke landgoederen. Het bestaan van deze uitgestrekte domeinen heeft bijgedragen tot het behoud van de dun bebouwde ruimte in en rond de vallei van de Kelsbeek en de Melsterbeek. Kenmerkend voor de ruimtelijke structuur van de ankerplaats is de beperkte aanwezigheid van wegen en bebouwing. Twee wegen structureren het gebied: de Engelbamp in noord-zuid richting en de Heide in oost-westrichting. Beiden liggen op historische tracés, waarvan de oorsprong zeker tot de 14de eeuw teruggaat. Waar de wegen over een uitloper op de flank van het interfluvium tussen Gete en Herk gaan, nemen ze de vorm van een holle weg met houtkanten aan. Deze configuratie tussen historische wegen –dreef of holle weg- en gebouwen van de St-Trudo abdij op het voormalige abdijdomein Nieuwenhoven dat grotendeels bebost is, karakteriseren het gebied en weerspiegelen in grote mate de vroegere historische omgeving. De aanwezigheid van opgaand bos, waarvan een groot deel oud bos, is beeldbepalend. Het bos ten oosten en noorden van Nieuwenhoven is een restant van de bossen die tot eind 18de eeuw in Haspengouw meestal op de heuvelruggen tussen twee riviervalleien voorkwamen.

archeologische waarde

Het gebied van de ankerplaats is archeologisch nog terra incognita. Omwille van de topografische kenmerken van de omgeving (vallei, valleiwand, rug van interfluvium) is het archeologisch potentieel voor alle perioden behoorlijk hoog. Hierop wijzen ook de zgn. losse vondsten uit de centraal archeologische inventaris. Het archeologisch potentieel is dus hoog maar kan vooralsnog niet concreet geduid worden.

De locatie van een vroegere bouwfase (Aldenhof) van het abtenverblijf van Sint-Trudo bij Nieuwenhoven is een belangrijke potentiële vindplaats van middeleeuwse overblijfselen, die een licht kan werpen op de bouwhistorie van het abdijdomein of op een voorloper in deze omgeving. Ook de ‘oude winning’ voorafgaand aan de huidige locatie van de Casselaerhoeve is een interessante vindplaats van middeleeuwse archeologie. Verplaatst in de 16de eeuw, werd de site nooit overbouwd, waardoor de archeologische sporen mogelijk goed bewaard zijn.

historische waarde

Het kasteel van Nieuwenhoven, de kasteelhoeve, kapel, ijskelders, moestuinmuur, het boompoortje, de graslanden en bossen rondom getuigen van het materiële impact van de voormalige abdij van Sint-Trudo in de regio rond Sint-Truiden. Het zijn de relicten van het vroegere zomerverblijf van de abt en van het bos en landbouwdomein dat daarbij hoorde. De 19de- en 20ste-eeuwse parkaanleg is grotendeels vervaagd, maar de contouren van het ancien regime abdijdomein zijn wel nog herkenbaar in het huidige beboste terrein, deels als een goed bewaarde dreef, deels als restanten van een voetweg met grachten en houtkanten. De vijvers bij het huidige kasteel maken deel uit van het 17de-eeuwse vijvercomplex. Verschillende onderdelen (bronvijvers, gedempte vijvers) zijn nog aanwezig en geven heel wat aanknopingspunten voor een eventuele herinrichting van het vijvercomplex. Het bos op het interfluvium tussen Gete en Herk (Mierenhoopbos, Mielenbos, Galgenbos) is een oud bos, tevens restant van het middeleeuwse abdijdomein op en rond Nieuwenhoven. Relicten van het historisch bosbeheer zijn verspreid nog aanwezig in de vorm van hakhout op een zeldzame oude boswal en percelen die getuigen van een vroeger beheer van middelhout. De 19de-eeuwse Nieuwenhovenwinning en andere dienstgebouwen, vakwerkschuur en vakwerkhoeve getuigen van de fase van de omvorming van abdijdomein naar adellijk landgoed.

Nog meer landgoederen kenmerken de omgeving. Ten noorden van Sint-Truiden was het grondbezit tot de 20ste eeuw geconcentreerd in handen van enkele grootgrondbezitters. De landgoederen die ze bebouwden, getuigen daar nog van met o.a. de Casselaerhoeve, inclusief herenboerparkje, van de voormalige cisterciënzerinnenabdij Herkenrode; het kasteel en park van Kortenbos, de Schorreboshoeve met parkrestant; het kasteel van Nieuwerkerken; en het park van Terkelen. Bijzonder is de cluster van erfgoed rond het voormalige klooster van Nonnemielen bij het gehucht Metsteren. De site is zeker van in de vroege 13de eeuw ononderbroken bebouwd geweest. De uitbouw van de abdij inclusief Metsterenmolen nabij het gehucht Metsteren, de omvorming tot bietenalcoholstokerij en kasteeldomein met park en dienstgebouwen getuigen van meerdere historische ontwikkelingen, waaronder de secularisering van religieuze goederen op het einde van de 18de eeuw.

volkskundige waarde

Nabij Kortenbos in het oosten van de ankerplaats bestaat een cluster van erfgoed –basiliek van Onze-Lieve-Vrouw-Hemelvaart, pastorie, kapel, voormalig pelgrimshotel met tuin en park- die een uiting zijn van de Mariadevotie bij de (lokale) bevolking. In dit geval gaat het gebruik terug op een 17de-eeuwse legende over een miraculeus Mariabeeldje in een eik dat bescherming bood aan de reizigers tussen Sint-Truiden en Hasselt. Het boomkapelletje groeide uit tot een kapel en enkele decennia later tot een bedevaartskerk die vele Mariavereerders naar Kortenbos deed komen. Nog altijd kent Kortenbos een traditie van Mariaverering.


Aanduiding van

Is de vaststelling van

Oud bos, kastelen en parken van Nieuwenhoven, Nonnemielen, Spinveld, Terkelen, Nieuwerkerken en Kortenbos

Nieuwerkerken, Wijer (Nieuwerkerken), Sint-Truiden, Zepperen (Sint-Truiden)
Dit gebied omvat een rijk en gevarieerd erfgoed: een oud boscomplex uit het bezit van de abdij van Sint-Trudo, afgewisseld met kastelen en parken van Nieuwenhoven, Nonnemielen, Spinveld, Nieuwerkerken, Terkelen en Kortenbos, de hoeven Schorrebos en Casselaer en de Metsterenmolen. Geografisch gezien behoort dit gebied tot het buitengebied van Sint-Truiden, op 5 km ten noorden van het stadscentrum. De omgeving is er dun bebouwd, weinig dooraderd met wegen en goed voorzien van erfgoedsites en relicten. Tot in de 18de eeuw kwamen op de hoger gelegen heuvelruggen tussen riviervalleien bossen voor, die intussen grotendeels zijn verdwenen. Alleen in de omgeving van Nieuwenhoven hield een vrij groot boscomplex stand. Dit bos vormt in combinatie met Nieuwenhoven, het middeleeuwse abdijgoed van de Sint-Trudo abdij, de kern van de ankerplaats.


Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.