De architectenwoning van Fried Verschuren, inclusief cultuurgoederen, met tuin, tuinmuur aan de straatzijde en brievenbus/berging, is beschermd als monument omwille van het algemeen belang gevormd door de:
De eigen woning van Fried Verschuren werd ontworpen als een totaalconcept, waarin zowel meubilair naar eigen ontwerp als kunstwerken geïntegreerd worden. Het beperkte kleurenpalet dat in de woning gebruikt wordt (groentinten, ecru, gebroken wit, lichte houtsoorten) ondersteunt dit gegeven. Bepaalde elementen van het vast meubilair, zoals de trap in de inkomhal, de spiltrap naar de bovenste verdieping en de badkamer werden opmerkelijk sculpturaal opgevat. Uitzonderlijk is daarenboven dat alles dat door de architect werd ontworpen ook door hemzelf werd uitgevoerd. Hierdoor werd een zeer hoge afwerkingsgraad gerealiseerd, die in feite aanknoopt bij oudere architectuurvormen. De zacht glanzende houtoppervlakken in combinatie met de lichtinval die op elk moment anders is, creëren een warme, koesterende atmosfeer. Visueel zijn er parallellen te trekken met bepaalde realisaties uit de Arts&Crafts, zoals de werken van de architecten Greene and Greene wier woningen en interieurs in exquise, tot in het detail ontworpen houtbouw omschreven werden als ‘poems of wood and light’, een predicaat dat eveneens van toepassing is op de eigen woning van Fried Verschuren.
De eigen woning van Fried Verschuren komt tot stand in de jaren 1970, een periode waarin het naoorlogse rationele en functionalistische modernisme in vraag wordt gesteld en architecten en critici op uiteenlopende manieren op zoek gaan naar manieren om het wonen opnieuw te betrekken op de mens. De architectenwoning is bij uitstek representatief voor deze tendens. Via zijn persoonlijk studiewerk over oude beschavingen en uitheemse culturen gaat Verschuren -zoals andere tijdgenoten- op zoek naar de gemeenschappelijke fundamenten en de oorsprong van de architectuur en het wonen, die hij vervolgens in zijn eigen woning toepast.
De zelfgebouwde woning is geconcipieerd als een koesterende omgeving voor een hecht gezinsleven, een ‘beschermend woonmiljeu met een huid’ zoals de architect het zelf omschrijft. Het is een veilige, omheinde kraal waartoe niet iedereen zomaar toegang krijgt. De tuin, als levendig ‘buiteninterieur’, wordt integraal als een deel van het woonmilieu beschouwd. Het geheel is geconcipieerd om te laten wonen in de grootste vrijheid en om een dynamische woonervaring te creëren. Het resultaat is een eigenzinnige woning waar de variabele lichtinval, de doordachte lichtreflectie, de openheid en de ruimtewerking van het grootste belang zijn. Iedere vensteropening is weloverwogen geplaatst en het gebruik van split-levels en open doorzichten maximaliseert de ruimtelijke ervaring. De trap is een belangrijk element, waarrond de belangrijkste ruimtes voor het gezinsleven in open verbinding geschikt zijn. Het exterieur met zichtbaar houtskelet reflecteert de dynamische binnenindeling.
De woning weerspiegelt daarnaast Fried Verschuren’s interpretatie van de toen gangbare internationale tendensen en getuigt van heterogene, voornamelijk modernistische referenties, gaande van het Raumplan van Loos, de lichtwerking en de promenade architecturale van Le Corbusier, de eerlijke constructie van Mies Van der Rohe en Japanse en Scandinavische invloeden, die samen resulteren in een krachtige, hoogstpersoonlijke realisatie, die bovendien gaaf bewaard bleef.
Door haar experimentele karakter, de open structuur, het werken met een dynamische planopbouw met splitlevels, onverwachte overgangen en doorzichten, de aandacht voor de lichtinval, de belangrijke positie van de trap, het duidelijk zichtbaar laten van de verschillende bouwmaterialen en het benadrukken van bepaalde details is de woning ook bij uitstek typerend voor deze periode, althans voor wat de vooruitstrevende architectuur betreft.
De eigen woning van Fried Verschuren, vooralsnog onderbelicht gebleven in de literatuur, is het enige werk waarin deze architect en docent zijn architectuurvisie ten volle kon ontplooien. Het experimentele karakter van zijn ontwerpen, de nieuwe technieken en het streven naar een uiterst hoge afwerkingsgraad maakten dit in andere werken nagenoeg onmogelijk. Het zelf bouwen bleek een noodzakelijke voorwaarde om tot het volledig uitkristalliseren van zijn ideeën te komen. De architectenwoning, in feite het magnum opus van deze eigenzinnige architect, neemt hierdoor een uitzonderlijke plaats in binnen zijn oeuvre.
De eigen woning van Fried Verschuren kwam tot stand in volle oliecrisis. Het ontwerp is bijzonder doordacht op het vlak van energiezuinigheid en onder meer op dit vlak zijn tijd vooruit. Door de oriëntatie op het bouwperceel, het gebruik van een zwarte kleur voor de buitenafwerking, de weloverwogen materiaalkeuze met een combinatie van isolerende panelen naar eigen ontwerp, driedubbel isolerend glas, hout en baksteen is de woning sterk thermisch bufferend. Ze is zelfvoorzienend op het vlak van water en op termijn moeten nog te bouwen experimentele zonnepanelen naar eigen ontwerp haar ook meer onafhankelijk maken van het elektriciteitsnet.
De drang van de architect om te experimenteren en steeds te zoeken naar een volmaakte oplossing voor een gesteld probleem zorgt ervoor dat in de woning kleine en grote innovatieve oplossingen te vinden zijn, die haar tot een vrij uniek woonlabo maken. De isolerende panelen van de buitenschil werden zelf ontwikkeld en vervaardigd door de architect, net als de goten die louter uit hout zijn opgebouwd. Plooibare verluchtingspanelen naar eigen ontwerp zorgen ervoor dat de woning permanent verlucht kan worden, wat eveneens vooruitstrevend was. Het solarium op het balkon van de ouderslaapkamer zorgt samen met een experimenteel zonnepaneel voor bijkomend licht en warmte in deze ruimte. Meubels en delen van de skeletstructuur worden meermaals multifunctioneel opgevat en ook hier getuigen de details van een constant zoeken naar optimalisering en efficiëntie.