Teksten van Begijnhof: gevels, dak en dakspant van het convent

https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/1226

Begijnhof: gevels, dak, dakspant en 19de-eeuwse bijgebouwen ()

De bescherming als monument betreft de gevels, het dak, dakspant van het convent behorend tot het voormalig begijnhof, vanaf 1843 eigendom van de paters Predikheren. Het dakspant van de middenbouw van de hoofdvleugel en de 19de-eeuwse bijgebouwen behoren niet tot de bescherming.


Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Begijnhof: gevels, dak en dakspant van het convent [online], https://id.erfgoed.net/teksten/187984 (geraadpleegd op ).


Begijnhof: gevels, dak, dakspant en 19de-eeuwse bijgebouwen ()

Voormalig begijnhofconvent, vanaf 1843 eigendom van de paters Predikheren, die hier hun klooster inrichtten.

Historiek

Het begijnhof van Tienen werd vermoedelijk gesticht in het begin van de 13de eeuw. Het werd gevestigd ten zuiden van de Borggracht, 'extra muros', op de plaats van een vroegere joodse nederzetting. Door verschillende schenkingen konden de begijnen hun domein vergroten en de gemeenschap groeide snel aan. Er waren ooit meer dan 300 begijnen, maar in 1622 bedroeg hun aantal nog geen zesde daarvan. In 1754 omvatte het ommuurde begijnhof 57 huizen, de vroeggotische kerk, het gemeenschappelijke 'convent', de infirmerie en het 'contoir'. In 1797 werden de eigendommen van de begijnen onder sekwester geplaatst en overgedragen aan het 'Hospice' (bestuur van de gasthuizen) van de stad. Het begijnenleven was toen al lang over zijn hoogtepunt heen en hun aantal verminderde zienderogen. De laatste begijn overleed in 1866.

Het convent was al in 1843 samen met de kerk en de infirmerie verkocht aan Gentse paters dominicanen. In 1854 werden diverse gebouwen nabij het convent gesloopt en vervangen door een smalle dienstvleugel met een neogotisch ingangsrisaliet. Enkele jaren later werd het convent verlengd en verbreed tot zijn huidige plattegrond en uitzicht: een 65 m lang en 12 m breed volume van twee bouwlagen in traditionele bak- en zandsteenstijl (met speklagen, kruis- en kloosterkozijnen) en neogotische spitsboogdeurtjes. Het nieuwe convent had samen met de dienstvleugel een L-vormige plattegrond.

In 1944 bombardeerden de geallieeerden de westelijke helft van het convent, in feite het oorspronkelijke gedeelte, samen met het nabijgelegen hospitaal. Bij de heropbouw werd het oude model zo getrouw mogelijk nagebootst.

Beschrijving

Voormalig begijnhofconvent met kern uit de 16de eeuw. Achtergevel opgetrokken uit baksteen die voornamelijk werd verlevendigd met kwartsiet (sokkel, speklagen); kruisvensters op de benedenverdieping en smalle halve kruiskozijnen op de tweede. Zuidzijde evenals de volledige zuidvleugel heropgebouwd na 1944. Westgevel voorzien van een bijgebouwde neo-middeleeuwse kloostergang, opgericht tijdens de restauratiewerken van 1854. Oorspronkelijke plattegrond thans moeilijk te achterhalen.

Bibliografie

  • DENEEF, R., 2008. Historische tuinen en parken van Vlaanderen - Zuidoostelijk Brabant - Haspengouw: Geetbets, Hoegaarden, Kortenaken, Landen, Linter, Tienen, Zoutleeuw, Brussel: Vlaamse Overheid. Onroerend Erfgoed.
  • GENICOT L.F., VAN AERSCHOT S., DE CROMBRUGGHE A., SANSEN H. & VANHOVE J. 1971: Inventaris van het cultuurbezit in Vlaanderen, Architectuur, Provincie Brabant, Arrondissement Leuven, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 1, Luik.
  • Archief Onroerend Erfgoed Vlaams-Brabant, DB000268, Predikherenkerk en Predikherenklooster, bouwhistorische studie, doos 58.92.

Auteurs:  Foubert, Annemie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Begijnhof: gevels, dak en dakspant van het convent [online], https://id.erfgoed.net/teksten/150293 (geraadpleegd op ).