als zijnde een pand met een gaaf bewaard interieur. De rijke aankleding getuigt van het belang dat besteed werd aan rijke materialen en vakmanschap. De gevelordonnantie verraadt een indeling van het woonhuis in dienstvertrekken en pronksalons, die bijna overal bepleisterde plafonds, fraai uitgewerkte marmeren schouwen, lambriseringen en ingewerkte spiegels bewaren.

in casu architectuurhistorische waarde: als representatief voorbeeld van enkele kleinere, middeleeuwse woningen die onder invloed van een typisch 19de-eeuws modeverschijnsel zijn samengevoegd en uiterlijk getransformeerd tot een herenhuis met imposante gepleisterde lijstgevel.