Vastgesteld landschapsatlasrelict

Muziekbos-Koekamerbos

Vastgesteld landschapsatlasrelict van tot heden

ID
127737
URI
https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/127737

Besluiten

Muziekbos-Koekamerbos
definitieve wijzigingsbesluiten: 17-02-2022  ID: 15020

Rechtsgevolgen

Meer informatie over de rechtsgevolgen van vaststellingen vind je op onze website.

Beschrijving

Centraal in het gebied domineren de beboste restheuvels van de Muziekberg en Sint-Pietersberg het glooiende landschap, wat deel uitmaakt van de Vlaamse Heuvelstreek. Deze streek in het zuiden van de provincies West-Vlaanderen en Oost-Vlaanderen kenmerkt zich door een west-oost gerichte rij heuvels met vlakke toppen op ongeveer dezelfde hoogte (circa 150m).  
Deze heuvels zijn ontstaan als verticale opeenvolging van kustnabije afzettingen. Als uniek kenmerk tegenover de andere Belgische Cenozoïsche afzettingen bevat het Vlaamse Heuvelzand verspreid in het zand vuursteenkeien.

In de ontginningsgeschiedenis van de Muziekberg is het voorkomen van “bergsteen” een belangrijk element. Deze steen, die op de hogere heuvels in de Vlaamse Ardennen voorkomt, werd al in de Gallo-Romeinse periode als bouwmateriaal gehanteerd. De typische roestbruine ijzerzandsteen zou nog minstens tot de achttiende eeuw ontgonnen zijn en werd later ook nog aangewend. In het gebied zijn er op de flanken van de restheuvels nog oude groeves terug te vinden. Ook fijn Diestiaan en Lediaan zand werd in verschillende zandgroeven of zavelputten op de Muziekberg en in Louise-Marie tot in de twintigste eeuw uitgegraven.

Zowel de geologie, het reliëf als de bronwerking zijn bepalend voor de landschapsvorming en bewoningsgeschiedenis van het gebied. Artefacten uit het laatpaleolithicum en het middenneolithicum werden zowel op de Muziekberg als in het Sint-Pietersbos gevonden.

Grote vondstenconcentratie van lithisch materiaal wijzen in de richting van prehistorische kampplaatsen of nederzettingen. De meest onderzochte site in het gebied is die op de top van de Muziekberg, waarbij meerdere grafheuvels gevonden zijn uit de bronstijd. Twee ervan zijn nog opvallend aanwezig zijn in het landschap, waarvan één die later gebruikt is om de ‘Geuzentoren’ op te bouwen. Deze grafheuvels behoren tot de zeldzame exemplaren in Vlaanderen die nog (gedeeltelijk) bewaard zijn in het huidige landschap. Op de top van de Muziekberg werden er tevens vondsten aangetroffen uit de Romeinse periode (onder andere Romeinse graven).

De kern van het gebied bestaat uit een oudboscomplex, dat voorheen deel uitmaakte van een uitgestrekter bosgebied, het “Kolenwoud”. Een bos dat tot in de  tiende eeuw met die naam werd aangeduid, strekte zich uit als een wig tussen de rijke cultuurgronden van Zuid-Vlaanderen en Henegouwen enerzijds en Haspengouw anderzijds. Vanaf de achtste eeuw valt het Kolenwoud onder invloed van middeleeuwse ontginningen in grote en kleine delen uiteen. Onder andere de bossen op de heuvelkammen in de Vlaamse Ardennen zijn een relict hiervan.

De bossen uit het gebied maakten tot in de middeleeuwen deel uit van een groter bosgebied dat toen het “Poodsbergbos” werd genoemd (één van de grotere relicten van het Kolenwoud). Dit boscomplex lag in het grensgebied van vorstendommen (Vlaanderen-Henegouwen), heerlijkheden, later gemeenten, en had als dusdanig een strategisch belang (fôrets-frontières). Later hadden deze bossen dus ook hun rol in het tot stand komen van de geschiedenis van de taalgrens.

Het landschap rondom de bossen, op de heuvelflanken en in de beekdalen, is een relict van een historisch, kleinschalig landschap bestaande uit graslanden, akkers, kleine landschapselementen, onverharde wegen en kleine dorpen en gehuchten. De gehuchten aan de rand van de bossen en aan de rand van de beekvalleien hebben veelal hun kleinschaligheid behouden. Zo zijn de huidige gehuchten, aan de zuidelijke bosrand van het Muziekbos en Sint-Pietersbos, ‘Breucq’ en ‘Fonteinberg’ nog relicten van deze kleinschalige gehuchten. Ook ‘Ten Berge’, ‘Hul’ en ‘Koekamer’ zijn in oorsprong kleine nederzettingen/gehuchten langs de bosrand, maar zijn intussen echter uitgebreid. In samenhang met het netwerk van (onverharde) wegen, paden en trage verbindingen naar de bossen, het houtig erfgoed en het klein bouwkundig erfgoed (zoals de brongebouwtjes aan de zuidrand van het Muziekbos), zijn deze onlosmakelijk met het omliggende landschap verbonden.        
Rond de 17de-eeuwse Kapel van Onze-Lieve-Vrouw van Lorette heeft zich een heel kleine nederzetting ontwikkeld waarvan de historische configuratie en schaal tot op de dag van vandaag nog vrij goed bewaard is gebleven.

In de vallei van de Molenbeek heeft het molenlandschap rondom de Brembosmolen een oude kern die minstens teruggaat tot 1577. Dit is één van de molensites langs de Molenbeekvallei (naast relicten van de IJsmolen nabij de kapel Lorette) en de enige bewaarde molen van de tien watermolens die destijds in Ronse gelegen waren.

De molen ligt op de rand van het stedelijk weefsel rond Ronse, aan de voet van de Muziekberg, en heeft een gave molinotoop met: een spaarvijver die aansluit op de bovenloop, een kunstmatige afleiding van de Molenbeek en sluizen en een oude taxus als schermbeplanting bij het rad. Ook de 19de-eeuwse bedrijfsgebouwen zijn bewaard gebleven.

Aan de noordelijke rand van het Muziekbos ligt het dorp Louise-Marie. Het ontstaan van dit dorp midden 19de eeuw en de toenmalige ontwikkelingen rond het dorp, hebben in grote mate invloed gehad op het omliggende landschap. Het bosareaal rond het dorp nam af en zo ontstond het huidige landschapsbeeld van het dorp met open corridor tussen de bossen.
Aan de rand van het dorp werden enkele landhuizen opgericht, ingebed in het landschap, die tot kleine culturele ontmoetingsplaatsen uitgroeiden. Deze werden bezocht door tal van kunstenaars die de natuur rond de Muziekberg kwamen bewonderen. De kathedraalbossen, de Geuzentoren en ander bouwkundig erfgoed, de slingerende bospaden, dreven, panoramische zichten,… hebben nog steeds een hoge aantrekkingskracht op recreanten.          
Ook het huidige landschapsbeeld van het Sint-Pietersbos en omgeving is in belangrijke mate gevormd in het midden van de 19de eeuw, verbonden aan de ontginningsgeschiedenis rond de kasteelhoeve ‘Gauthier’. De statige dreven in het bos, alsook een populierendreef aan de noordoostzijde van het Sint-Pietersbos, zijn rechtstreeks verbonden met deze site en een relict uit deze 19de-eeuwse ontginningsperiode.

Een belangrijke socioculturele traditie in het gebied is de jaarlijkse Fiertelommegang. Een unieke middeleeuwse traditie die sterk verbonden is aan het landschap. Het schrijn van de heilige Hermes wordt hierbij vanuit Ronse, over de heuvels rondom de stad gedragen, ondermeer langs Louise-Marie en door het Muziekbos.

Het uitgebreide netwerk van (onverharde) wegen en paden weerspiegelt de historische verbindingen naar dorpskernen (kerkwegels), gehuchten, bijzondere plekken (zoals de vele wegen die leiden naar de voormalige herberg ‘Boekzitting’, waar een middeleeuwse calvarie stond), eigendommen, gebruikspercelen (‘karrensporen’, holle wegen) en dergelijke. Enkele beeldbepalende wegen zijn de holle weg in het Muziekbos, de statige dreven in het Sint-Pietersbos en de gerestaureerde kasseiweg ‘Ten Houte’. De ensembles van deze wegen, klein bouwkundig erfgoed en houtig erfgoed bepalen in grote mate lokaal de identiteit en het karakter van kleinere, doch waardevolle erfgoedlocaties binnen het landschap. Ze vertellen ons veel over de geschiedenis van een bepaalde plaats. Oude houtige elementen in het landschap zijn vaak illustraties van oude gebruiken, historisch landgebruik of bepaalde technieken.   

De kleinschaligheid van het landschap rondom de bossen, is vooral goed bewaard gebleven in de beekvalleien: de vallei van de Drieborrebeek in het uiterste westen, de vallei van de Trosbeek in het oosten en de vallei van de Pauwelsbeek in het uiterste noorden. Het aanwezige (micro-)reliëf (soms door verglijdingen), kleine landschapselementen (beekbegeleidende beplanting, knotbomen,…) en oude graslanden, vormen een landschappelijk en natuurlijk waardevol micro-landschap.

Dankzij het uitgesproken reliëf, de grote hoeveelheid aan waardevolle brongebieden (zoals bronamfitheaters), bronbeekjes en het diverse beheer, kennen de oude bossen in het gebied ook een grote verscheidenheid aan kenmerken en gradiënten. In de bossen is er ook tal van houtig erfgoed terug te vinden, zoals grensbomen (knothaagbeuken), kathedraalbossen en autochtone beplanting (o.a. wilde mispel). Ook klein bouwkundig erfgoed, zoals relicten uit de Eerste Wereldoorlog, komen voor in deze oude boskernen.

Afwisselend met de beboste heuvels en kleinschalige valleien, komen ook open akkerlanden voor, wat zorgt voor een divers landschapsbeeld en -beleving met enkele (panoramische) zichten over de heuvels van de Vlaamse Ardennen en Pays de Collines.

Motivatie van de afbakening

Voor de afbakening is de perimeter van het gebied uit de Landschapsatlas (2001) als basis genomen. De beboste heuvels vormen de kern van het gebied, met rondom een halfopen, kleinschalig landschap dat aan deze bossen is verbonden.

Ten opzichte van de afbakening uit de Landschapsatlas werden enkele aanpassingen doorgevoerd. Zo is de open ruimte rond de IJsmolen (waaronder het deel van het recreatiegebied dat via een ProvRUP is omgezet naar groengebied) mee in de afbakening genomen. De Brembosmolen met molinotoop is ook een toevoeging aan de afbakening. Deze omgeving heeft hoge erfgoedwaarden en ligt aan de rand van het gebied. Via de vallei van de Molenbeek heeft het aansluiting op het gebied. Ook een groot deel van de vallei van de Drieborrebeek is meegenomen in de afbakening. De vallei heeft hoge natuur- en landschapswaarden en vormt een geheel met het kleinere deel van de vallei aansluitend bij Louise-Marie, welke reeds deel uitmaakte van de oorspronkelijke afbakening uit de Landschapsatlas. In het uiterste oosten van het gebied is het open ruimtegebied, aansluitend bij het Sint-Pietersbos, ook mee in de afbakening genomen. Dit omwille van de historische linken met het bos en met de kasteelhoeve Villa Bois Saint-Pierre, maar ook omwille van het panoramische uitzicht over het gebied richting Ronse. 

Bouwkundig erfgoed dat op de rand van het gebied gelegen is en belangrijk is om de landschapsgenese van het gebied te begrijpen, zit mee in de afbakening vervat. Aan de rand van de afbakening werden gebouwen zonder erfgoedwaarde zoveel mogelijk uit de perimeter geweerd. Omdat het gebied wordt vastgesteld in functie van het gewestelijk RUP ‘Rond Ronse’, zijn de perimeters aan de rand aangepast rekening houdende met onderliggende bestemmingen, waardoor soms ook gebouwen zonder erfgoedwaarde mee zijn opgenomen.

  • Carte topographique de la partie de la Belgique comprise entre Gand et Tournay, Maestricht et Liège, levée par Villaret, Ingénieur du Roi, 1745-1748, Institut National de l’Information Géographique et Forestière-Saint-Mandé (France), CH 292, schaal 1:14.400.
  • De Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden van Jozef Jean François de Ferraris, opgesteld tussen 1770-1778, schaal 1:11.520 herleid naar 1:25.000. Koninklijke Bibliotheek van België, http://www.kbr.be/collections/cart_plan/ferraris/ferraris_nl.html.
    Atlas van de Buurtwegen, opgesteld naar aanleiding van de wet op de buurtwegen van 10 april 1841, schaal 1:2500 (overzichtsplannen schaal 1:10.000).
  • Gereduceerde Kadasterkaart van België, Dépôt de la Guerre, uitgegeven tussen 1845-1855, schaal 1:20.000.
  • Topografische kaart van België, Philippe Vandermaelen, uitgegeven tussen 1846-1854, schaal 1:20.000.
  • Topografische kaarten van België, Krijgsdepot: Eerste editie uitgegeven tussen 1865-1880, schaal 1:20.000. Herziening, Militair Cartografisch Instituut: tweede uitgave, 1880-1884, derde uitgave 1889-1900 en herziening derde uitgave 1900-1930, schaal 1:20.000. (Lemoine-Isabeau, 1988)
  • Kaart van België, Militair Cartografisch Instituut, uitgegeven tussen 1928-1950, schaal 1:20.000.
  • Kaart van België, Militair Geografisch Instituut, uitgegeven tussen 1949-1970, schaal 1:25.000.


Waarden

wetenschappelijke waarde

Het gebied wordt gekenmerkt door de beboste restheuvels, typisch voor de Vlaamse Ardennen. Deze oude boskernen zijn zeer reliëfrijk en herbergen een grote hoeveelheid aan waardevolle brongebieden (zoals bronamfitheaters) en bronbeekjes. Zowel oude boskernen, als de typerende voorjaarsflora voor oude bossites en bron- en beekbegeleidende flora hebben een hoge wetenschappelijke waarde.

Het sterke reliëf, de bronwerking, de verschillende bossen met een grote verscheidenheid aan soorten, afgewisseld door kleinschalige valleien en open landschap, zorgen voor veel diversiteit en ecologische gradiënten in het gebied.

De brongebieden in de bossen voeden een systeem van lager gelegen, kleinschalige beekvalleien (zoals de Vallei van de Trosbeek, Molenbeekvallei, Vallei van de Drieborrebeek). De valleien bestaan uit een complex van bosjes, kleine landschapselementen en oude graslanden met veelal een uitgesproken microreliëf en zijn onder meer waardevol als foerageer- en rustgebied voor diverse diersoorten.

Vanuit geomorfologisch oogpunt zijn de hellingsprocessen die het landschap vormen waardevol.

De kleine landschapselementen in het gebied hebben ook hoge natuurwetenschappelijke waarden. Zoals holle wegen die, als gevolg van de grote verschillen tussen de zon- en schaduwzijde, een specifiek microklimaat creëren waarbij diverse planten- en diersoorten zich handhaven. Geomorfologisch zijn dit waardevolle elementen, waarbij verschillende geologische lagen in het landschap dagzomen.        
Houtige landschapselementen, zoals oude dreven, hakhoutstoven, (knot)bomen en zeer specifiek voor het gebied het voorkomen van wilde mispel, kunnen dienen als genenreservoir voor de regio dienen hebben ook een faunistische waarde.

sociale waarde

Het landschap rond de Muziekberg maakt een belangrijk onderdeel uit van de Fiertelommegang. Een unieke middeleeuwse traditie die sterk verbonden is aan het landschap, waarbij het schrijn van de heilige Hermes vanuit Ronse, over de heuvels rondom de stad wordt gedragen, ondermeer langs Louise-Marie en door het Muziekbos.   

De kasseiwegen die het landschap van de Vlaamse Ardennen karakteriseren, zoals de kasseiweg Ten Houte, vormen een belangrijk onderdeel van wielerwedstrijden in de omgeving (zoals de Ronde van Vlaanderen).

ruimtelijk-structurerende waarde

De beboste heuvelkam van getuigenheuvels is centraal en dominant aanwezig in het gebied en heeft vanuit de wijde omgeving een bakenfunctie in het landschap. In contrast met de kleinschalige beekvalleien, de gehuchten aan de bosrand en het open landschap in de zuidelijke en oostelijke rand van het gebied, bepaalt deze heuvelkam in grote mate de ruimtelijk-structurerende waarde van dit landschap dat typisch is voor de Vlaamse Ardennen.

industrieel-archeologische waarde

Op de flanken van de Muziekberg en in het dorp Louise-Marie bevinden zich restanten van oude groeves waar tot minstens de 18e eeuw ‘bergsteen’ en tot in de 20e eeuw fijn Diestiaan en Lediaan zand werden ontgonnen.

In de vallei van de Molenbeek zijn er twee molensites aanwezig. De site rond de Ijsmolen, waarbij de molen zelf echter verdwenen is, en de site rond de Brembosmolen. De Brembosmolen is een gave getuige van het nijverheidsverleden van Ronse. De molen heeft een hoge industrieel-archeologische waarde omwille van de gaaf bewaarde industriële gebouwen en het watermolenlandschap, waaronder een spaarvijver die aansluit op de bovenloop, een kunstmatige afleiding van de eigenlijke Molenbeek, met afzonderlijke sluizen en een oude taxus als schermbeplanting bij het rad. Het is nog de enige bewaarde molen van de vroegere tien watermolens in Ronse.

De site van Villa Nitterveld herbergt o.a. met de ‘Waterfabriek’ de restanten van een voormalige molen en bedrijfsgebouwtjes van de Nitterveldbronnen met vijver.

historische waarde

Het historische bodemgebruik in het zuidelijke en westelijke deel van het gebied is grotendeels nog bepalend voor het huidige landschapsbeeld. De beboste getuigenheuvels en het kleinschalige landschap rondom kennen sinds de 18de eeuw relatief weinig veranderingen. De oude bossen herbergen archeologische sites, holle wegen, houtig erfgoed en klein bouwkundig erfgoed die getuigenissen zijn van: nederzettingen uit het neolithicum en de Romeinse periode, de impact van de Eerste Wereldoorlog op het bos, de evolutie van de bosbestanden en de verschillende historische beheervormen en -gebruiken die het bos gevormd hebben.       
De oude graslanden in de valleien hebben een cultuurhistorische waarde, doordat ze het resultaat zijn van continu grondgebruik.          

Zowel in het oosten als in het noorden van het gebied is het huidige landschap de getuigenis van ingrijpende veranderingen tijdens de 19de eeuw.

In het oosten van het gebied is het huidige landschap verbonden aan de 19de-eeuwse ontginningsgeschiedenis rond kasteelhoeve ‘Gauthier’. Het oostelijke deel van het Sint-Pietersbos werd in deze periode in landbouwgebruik genomen en de dreven in het Sint-Pieterbos zijn nog rechtstreekse getuigen uit deze periode.     
Het huidige landschapsbeeld in het noorden van het gebied is voornamelijk gevormd door de oprichting van het dorp Louise-Marie. De dorpskern van Louise-Marie herbergt veel gaaf bewaard bouwkundig erfgoed uit haar ontstaansperiode. Naast de oprichting van deze nieuwe nederzetting ten noorden van het Muziekbos rond 1850, werd ook het landschap rondom het dorp meer ontsloten, ontbost en in landbouwgebruik genomen.
Het gebied telt veel (onverharde) wegen met een belangrijke historische waarde. Ze verwijzen naar historische routes of naar traditionele gebruiksfuncties (bijvoorbeeld kerkwegels, holle wegen, route naar de calvarie, ommegang). De ensembles van deze wegen, klein bouwkundig erfgoed en houtig erfgoed bepalen in grote mate lokaal de identiteit en het karakter van kleinere, doch waardevolle erfgoedlocaties binnen het landschap. Ze vertellen ons vaak veel over de geschiedenis van een bepaalde plaats. Oude houtige elementen in het landschap zijn vaak illustraties van oude gebruiken, historisch landgebruik of bepaalde technieken. Het netwerk van wegen getuigt van vroegere verbindingen naar dorpskernen (kerkwegels) of gehuchten, van vroegere doorgangen voor landbouwers (‘karrensporen’, holle wegen) en dergelijke.

De gehuchten aan de rand van de bossen en aan de rand van de beekvalleien hebben veelal hun kleinschaligheid behouden. In samenhang met de verbindingswegen naar de bossen, het houtig erfgoed en het klein bouwkundig erfgoed (zoals de brongebouwtjes aan de zuidrand van het Muziekbos), zijn deze onlosmakelijk met het omliggende landschap verbonden. 

esthetische waarde

De ‘kathedraalbossen’ van beuk, zowel in het Muziekbos (als resultaat van herbebossing na de Eerste Wereldoorlog) als in het Sint-Pietersbos (19de-eeuwse aanplant), als de majestueuze dreven uit het Sint-Pietersbos zijn beeldbepalend en typerend voor deze bossen.

Het landschap rond het Muziekbos-Koekamerbos is een zeer gaaf bewaard oudboscomplex met een hoge ensemblewaarde tussen het dorp Louise-Marie en de kleinere gehuchten aan de rand van het bos. De kleinschalige beekvalleien, de onverharde wegen, het houtig erfgoed en het open landschap in het zuiden en het oosten van het gebied, bieden een grote variatie aan landschapstypes.

Doordat de Muziekberg en het Sint-Pietersbos één van de hoogste punten zijn in het omliggende landschap, zijn van hieruit mooie vergezichten over het glooiende landschap van de Vlaamse Ardennen en richting Ronse waar te nemen. Met name enkele fraaie zichten aan de bosrand van het Muziekbos en het Sint-Pietersbos richting Louise-Marie, panoramische zichten over de akkers ten zuiden van Sint-Pietersbos (onder andere van Koekamer richting Ronse), ten zuiden van het Muziekbos richting ‘Pays de collines’ en het zicht van Breucq naar Ronse.

Samen met het bouwkundig erfgoed heeft dit landschap een hoge belevingswaarde en esthetische kwaliteiten. Voorbeelden zijn de in het landschap ingebedde landhuizen aan de noordelijke zijde van het Muziekbos. Of het dorp Louise-Marie, met de kerk en lindedreef in het midden van het dorp, de (onverharde) wegen naar het bos en de oudere, 19de-eeuwse bebouwing, welke een duidelijke ensemblewaarde hebben. Ook de Brembosmolen en het omliggende molenlandschap in de vallei van de Molenbeek is een goed bewaard ensemble. Net zoals de Kapel Lorette, met bijhorende grot en naastgelegen oud boerenhuis, die gelegen op de IJskoutermolen een beeldbepalende locatie vormen in de vallei van de Molenbeek.

culturele waarde

Het huidige landschap in en ten noorden van het Muziekbos heeft voornamelijk vorm gekregen tijdens de late romantiek (circa 1850-1890), waarbij idealen uit deze kunststroming, zoals ‘het natuurverlangen’ of de ‘terugkeer naar de natuur’ en ‘het mystieke’, de identiteit van dit landschap mee hebben bepaald. In dit gave en natuurrijke landschap rond de Muziekberg, werden verschillende landhuizen opgericht (waaronder villa Te Nitterveld) die landschappelijk ingebed zijn in de glooiingen aan de noordelijke rand van het Muziekbos. De landhuizen waren culturele ontmoetingsplaatsen voor onder andere schilders en schrijvers die het landschap rond de ‘Mont des Musiciens’ kwamen ontdekken. In deze periode werd ook een wijngaard aangelegd op de zuidelijke rand van het Muziekbos en later de Geuzentoren, op de top van de Muziekberg, wat helemaal kadert in het ‘romantische en mystieke landschapsbeeld’. Het toen aanwezig panoramisch uitzicht werd lyrisch beschreven door onder meer de schrijver Omer Wattez. De naam ‘Vlaamse Ardennen’ is ontstaan toen Pol de Mont de naam bedacht toen hij met Omer Wattez in 1888 een wandeling maakte langs de top van de Muziekberg.

archeologische waarde

Het landschappelijk geheel rond ‘Muziekbos-Koekamerbos’ heeft een archeologische waarde gezien de lange bezettingsgeschiedenis die gekoppeld is aan de getuigenheuvels Muziekberg en Sint-Pietersberg. Artefacten uit het laatpaleolithicum en het middenneolithicum werden zowel op de Muziekberg als in het Sint-Pietersbos gevonden. Grote vondstenconcentraties van lithisch materiaal wijzen in de richting van prehistorische kampplaatsen of nederzettingen. De meest onderzochte site in het gebied is die op de top van de Muziekberg, waarbij meerdere grafheuvels gevonden zijn uit de bronstijd. Twee ervan zijn nog opvallend aanwezig in het landschap, waarvan één later gebruikt is om de ‘Geuzentoren’ op te bouwen. Deze grafheuvels behoren tot de zeldzame exemplaren in Vlaanderen die nog (gedeeltelijk) bewaard zijn in het huidige landschap. Op de top van de Muziekberg zijn er tevens vondsten uit de Romeinse periode (onder andere Romeinse graven) aangetroffen.


Aanduiding van

Is de vaststelling van

Muziekbos-Koekamerbos

Etikhove, Nukerke, Schorisse (Maarkedal), Ronse (Ronse)
Het gebied situeert zich grotendeels in Ronse. Een deel van Louise-Marie, Ten Houte en het noorden van de vallei van de Pauwelsbeek liggen in de gemeente Maarkedal. De afbakening omvat de boskernen ‘Muziekbos’, ‘Sint-Pietersbos’ en ‘Bos ter Eecken’, met het aanliggend halfopen, kleinschalig landschap dat aan deze bossen gerelateerd is. De Muziekberg is een beboste restheuvel, die behoort tot de keten restheuvels van de Vlaamse Ardennen. De heuvels tellen bronbossen, archeologische sites, oude groeves, houtig erfgoed, onverharde wegen,… Verschillende hoeves, gehuchten, landhuizen en molens vormen het belangrijkste bouwkundig erfgoed.

Is de omvattende vaststelling van

Gemetste bronputten aan de rand van het Muziekbos

Bosrede, Hul (Ronse)
Net buiten het Muziekbos, in de bermen van de Bosrede en Hul, bevinden zich twee kleine gemetste, halfoverwelfde bronputten die waarschijnlijk deel uitmaakten van een drinkwatersysteem dat door het Duitse leger aangelegd is tijdens de Eerste Wereldoorlog.


Holle weg

Muziekbosstraat, Prolstraat (Ronse)
In het Muziekbos bevindt zich een holle weg die van het noordoosten naar het zuidwesten dwars door het bos loopt. Deze weg is reeds terug te vinden op de 18de-eeuwse Ferrariskaart en heeft zijn onverharde en holle karakter behouden.


Kasseiweg Ten Houte

Ten Houte (Ronse)
Het steilste en bochtige deel van de Tenhoutestraat in Maarkedal bestaat uit een kasseiweg, die in 2018 terug van onder het asfalt is gehaald. Via de kasseiweg klim je vanuit de vallei van de Pauwelsbeek de helling op richting ‘Wolfgat’ en Koekamerstraat. De kasseiweg behoort tot o.a. het parcours van de wielerklassiekers Ronde Van Vlaanderen en Dwars door Vlaanderen.


Kerkdreef

La Salettestraat (Maarkedal)
Centraal in het dorpsbeeld van Louise-Marie bevindt zich een gekasseide lindendreef. De weg is aangelegd tijdens de ontstaansperiode van Louise-Marie in de negentiende eeuw. De dreef werd geplant in 1899 en later heraangeplant met linde.


Ontginningsdreven Sint-Pietersbos

Schorissesteenweg (Maarkedal)
De dreven in en palend aan het Sint-Pietersbos zijn historisch verbonden met de kasteelhoeve “Villa Bois Sint-Pierre” en maken deel uit van een negentiende-eeuws ontginningspatroon.


Rij knothaagbeuken

Maneschijn (Ronse)
Ter hoogte van ‘Maneschijn’, in het westelijke deel van het Muziekbos, bevindt zich een oude bomenrij langs een wandelpad en deels in een bosbestand. De geknotte haagbeuken zijn aangeplant op een perceelsgrens en zijn een relict van een oude bosrand.


Voetweg met knothaagbeuken

Breucq (Ronse)
Tussen de vallei van de Trosbeek en het gehucht Breucq is een voetweg gelegen, met daarlangs enkele oude, geknotte haagbeuken.

Andere relaties

Heeft als voorganger

Muziekbos-Koekamerbos

Etikhove, Nukerke, Schorisse (Maarkedal), Ronse (Ronse)


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Muziekbos-Koekamerbos [online], https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/127737 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.