Beschrijving
Het klooster van de Grauwe zusters met inbegrip van de cultuurgoederen die er deel van uitmaken te Lo, is beschermd als monument. Met het wijzigingsbesluit van 20-04-2004 worden enkele wijzigingen aan het beschermingsbesluit van 29-11-2001 doorgevoerd: de lijst met cultuurgoederen wordt geschrapt en er volgen enkele aanpassingen aan de motivering van de waarden.
Waarden
Het klooster van de Grauwe Zusters, met inbegrip van de cultuurgoederen die er integrerend deel van uitmaken, inzonderheid de bijhorende uitrusting en de decoratieve elementen, was beschermd als monument omwille van het algemeen belang gevormd door de:
artistieke waarde, historische waarde
historische, in casu architectuurhistorische waarde en artistieke waarde:
Dit klooster is onder meer van belang voor de sociaal-culturele geschiedenis. Als zijnde een klooster van Grauwzusters, gesticht in 1493 vanuit het hoofdklooster van Nieuwpoort. De orde van de Grauwzusters stond eeuwenlang in voorde ziekenzorg en het onderwijs in de regio.
Als zijnde een belangrijk, beeldbepalend complex, gelegen op het Marktplein te Lo. Dit kloostergebouw is architectuurhistorisch belangrijk omwille van zijn interessante bouwgeschiedenis, welke verscheidene eeuwen overspant. Het betreft een complex welke in kern opklimt tot het eind van de 15de eeuw confer stichtingsdatum 1493 en de bouw van de kapel en de eet- en slaapplaats, met een uitbreiding in de loop van de 16de eeuw confer de jaarankers 1550 op de noordmuur, en de jaarankers 1560 op de torenwand. In de loop van de 18de eeuw werd het geheel nogmaals uitgebreid met een aanbouw tegen de zuidwestvleugel. Na de beschadiging tijdens de Eerste Wereldoorlog werd het kloostercomplex hersteld en deels herbouwd naar ontwerp van de architecten Pil en Carbon(Oostende) in een verzorgde historiserende stijl, waarbij de traptoren hoger werd opgetrokken naar model van de stadhuistoren en waarbij de noordgevel en de westgevel werden opengewerkt.
Dit fraai en vrij gaaf bewaard complex wordt enerzijds getypeerd door de regionale Vlaamse renaissancestijl, dit is een regionale vertolking van de renaissance bouwkunst en anderzijds door een laatgotische vormentaal. Kenmerkend voor de regionale Vlaamse renaissancestijl is het gebruik van de streekeigen gele baksteen in een verzorgd metselwerk zie de geprofileerde schoorstenen, de aflijnende kroonlijst, de geprofileerde (kwartholbeloop) korf-, tudor-, en rondboogomlijstingen voor de verdiepte muuropeningen, en het gebruik van de kozijnconstructies voor deuren en vensters. De laatgotische stijlkenmerken zijn herkenbaar in het kapelgedeelte zoals onder meer de spitsbogige tweelichten met uitgewerkt maaswerk.
Een reeks van zeven 17de-eeuwse schilderijen met taferelen uit het leven van de H. Augustinus die afkomstig zijn uit de Augustijnenabdij in Lo en die onlosmakelijk verbonden zijn met de geschiedenis van de gemeente Lo, zijn een treffende illustratie van de historische waarde.
De artistieke waarde van het kloostercomplex ligt vervat in de waardevolle collectie aan kunstwerken en mobilair, welke door de eeuwen heen door de orde der Grauwzusters werd verzameld en aldus met kloostercomplex is verbonden.
De artistieke waarde uit zich in hoofdzaak in de kapel. De kapel heeft een 17de-eeuws, barok portiekaltaar met sculpturen van Maria met kind, omgeven door putti en 18de-eeuwse flankerende vazen. Het altaar is voorzien van een altaarstuk, een 19de-eeuws antependium en een laatbarok tabernakel. Bij het altaar horen tevens de 18de-eeuwse godslamp en de vier altaarkandelaars. De kapel vertoont tevens elementen uit de neogotische periode, zoals de lambrisering, glas-in-loodramen, knielbanken, sokkels met beelden van Maria en de H. Franciscus en bidbanken.