Als zijnde één van de historisch belangrijkste en meest gekende landbouwbedrijven in de streek, die vanaf de middeleeuwen tot in de jaren 1990 opeenvolgend eigendom was van het Sint-Janshospitaal en het Openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn.

in casu architectuurhistorische waarde:
Als zijnde een hoeve met middeleeuwse oorsprong op een vierkant omwald erf, in de 17de eeuw opgesplitst in twee aparte uitbatingen, waarvan een gedeelte van de gebouwen is bewaard die dateren uit de 17de-, 18de- en 19de eeuw (gedateerd op de gebouwen zelf);
Als zijnde een hoeve met een 17de-eeuws boerenhuis waarin een schouw is bewaard met waardevolle tegels uit de Delftse traditie: tegels met mengaankleurige taferelen (molens, boten, dieren enzoverder op een eilandje, hoekmotief met spinnenkopje) rondom twee tableaus met blauwe afbeeldingen van helden (twee keer zes tegels), omringd door zogenaamde schildpadtegels.

Als zijnde het belangrijkste buitenstedelijk patrimonium van het Brugse Sint-Janshospitaal, die vanaf zijn ontstaan eind 12de eeuw onroerende goederen oprichtte of aankocht in het Brugse Vrije om in zijn eigen onderhoud te voorzien. Als zijnde een getuige van het middeleeuwse feodale systeem in Vlaanderen, zijnde het Brugse Vrije, waar het Brugse Sint-Janshospitaal één van de belangrijkste grootgrondbezitters was;
Als zijnde een hoeve die in de literatuur aangeduid wordt als een modelhoeve van de middeleeuwse West-Vlaamse landbouw;
Als zijnde een hoeve met een oudste vermelding in een document van 1230;
Als zijnde een hoeve waarvan de middeleeuwse structuur nog steeds herkenbaar is, zijnde een grote hoeve op een vierkant omwald erf, met centraal een gracht die verbonden was met de Blankenbergse Vaart.