Teksten van Landhuis Michiels

https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/1405

Landhuis Michiels ()

Het landhuis van 1903 met stenen zitbank en dienstgebouw in de tuin te Scherpenheuvel, is beschermd als monument.


Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Landhuis Michiels [online], https://id.erfgoed.net/teksten/188334 (geraadpleegd op ).


Landhuis Michiels ()

Landhuis van 1903 in eclectische stijl met bewaard historiserend interieur.

Historiek

Omstreeks 1903 liet August Michiels (1831-1903) zich ter bekroning van een succesvolle carrière als wisselagent in Brussel een fraai landhuis bouwen aan de noordwestelijke rand van zijn geboortestad. De keuze viel op een langgerekt, ruim 3,5 hectare groot perceel langs de oude Leuvensestraat (nu Rozenstraat), gunstig gelegen ter hoogte van de kruising met de Provinciebaan Aarschat-Diest en de weg naar Zichem. Het bewuste perceel werd voor 10.000 frank per hectare aangekocht van de kerkfabriek die er sinds 1815 als gevolg van een legaat van ene juffrouw De Looz uit Verviers in het bezit was van uitgestrekte landerijen. Over de figuur van August Michiels, die wegens zijn plotse overlijden het landhuis nooit zou bewonen, zijn geen nadere gegevens bekend. De familie zelf was in Scherpenheuvel geen onbekende. In de 18de eeuw duikt de naam Michiels regelmatig op in verband met een schepen- of burgemeesterambt en rond 1900 was er de 80 hectare grote boomkwekerij Michiels, leverancier van de Koninklijke Domeinen.
Meer details over het bouwproject zelf, zoals plannen of naam van ontwerper, zijn niet voorhanden. Of de ontwerper dient gezocht te worden in de kring van hofarchitecten, zoals de lokale overlevering beweert, is twijfelachtig. Na het overlijden van de bouwheer werd Edouard Michiels als erfgenaam benoemd, één van de bekende Scherpenheuvelse boomkwekers, die het al in 1907 doorverkocht. Nadien werd het domein eigendom van de kerkfabriek die er het rustoord Stella Maris in onderbracht. Het landhuis als dusdanig bleef bewaard maar werd in opeenvolgende fasen aan de westzijde aanzienlijk uitgebreid.

Beschrijving

Het betreft een landhuis uit 1903 van twee bouwlagen en een ruim souterrain in eclectische stijl. Opvallend is de rijke en verzorgde detailafwerking die vooral tot uiting komt bij de royaal aangewende blauwe hardsteen en het sierlijke smeedwerk van perron, terras en dakbekroningen. Dezelfde verzorgde afwerking geldt eveneens voor het opvallend gaaf bewaard historiserend interieur. Het villatuinconcept is nog duidelijk herkenbaar.

Het landhuis met kasteelallures is vanaf de Rozenstraat bereikbaar via de tuin met een lusvormige toegangsweg. De plattegrond is te herleiden tot een U-vorm met links en rechts twee paviljoenvormige uitbouwen en een ronde en rechthoekige hoektoren. Het vrij compacte volume telt een souterrain en twee bouwlagen bekroond met een complexe dakvorm. Het geheel is opgetrokken in een combinatie van hardsteen en geglazuurde witte baksteen met een natuurleien bedaking. Boven het als een licht afgeschuinde sokkel uitgewerkte, volledig in hardsteen uitgevoerde, souterrain waar de dienstruimten zijn ondergebracht bevindt zich het over twee niveaus verspreide woongedeelte opengewerkt met grote kruisvensters met hardstenen omlijsting en dubbel ontlastingssysteem.

De overluifelde inkompartij situeert zich in de zuidgevel, ter hoogte van de drie middenste, terugwijkend geplaatste traveeën. Een brede, door muurtjes geflankeerde, hardstenen trappartij leidt naar een rechthoekig, betegeld perron met een korfbogige vensterdeur geflankeerd door twee vensters in een identieke omlijsting. Het perron met tussen cirkelvormige hardstenen pijlers gevatte smeedijzeren balustrade is overkapt met een oorspronkelijk beglaasde (nu golfplaten) luifel op smeedijzeren schoren. De toegang krijgt een extra accent in de vorm van een aanleunend hoektorentje (diensttrap) voorzien van vier smalle rondboogvenstertjes en een kegelvormige bedaking.
Het vindt zijn pendant langs de oostgevel in de vorm van een rechthoekige, drielaagse toren met kruisvenster, bolkozijn en gekoppelde rondboogvensters en bekroond met een hoog schilddak.

Op een smalle insprong ter hoogte van de dienstgang na bleef de achtergevel vlak. Twee registers van grote kruisvensters en vier korfbogige openingen waaronder twee vensterdeuren bepalen de strakke achtergevelordonnantie. Het boven het souterrain aangelegde terras met afgeronde hoeken toont een identieke balustrade als het voorliggend perron en leidt via een elegante hardstenen slingertrap naar het lager gelegen tuinniveau.

Het geheel wordt afgedekt door een complexe, natuurleien bedaking op geprofileerde houten schoren waarbij de fraai gedetailleerd dakkapellen, de diverse schouwelementen en de smeedijzeren nok- en topbekroningen het pittoreske karakter onderstrepen. Zoals eerder vermeld wordt de eveneens met kruisvensters opengewerkte oostelijke zijgevel gedomineerd door een deels ingebouwde vierkante toren. De westelijke zijgevel gaat schuil achter de latere uitbreiding.

Op de westelijke perceelgrens bevindt zich een dienstgebouw oorspronkelijk wellicht bestemd als woning voor conciërge of tuinman. Het toont dezelfde materiaalkeuze, vormkarakteristieken en detaillering als de villa, inclusief een torenaccent.

Interieur

Een rechthoekige vestibule met wit marmeren vloer leidt via dubbele vleugeldeuren naar de salons en eetkamer en naar de in het linkerpaviljoen ondergebrachte ruime traphal. Elk vertrek kreeg zijn eigen specifieke, historiserende aankleding met parketvloer, lambrisering, marmeren schouw en gestuct plafond. Een monumentale, houten bordestrap met balusters, geflankeerd door glas-in-loodramen met leliemotief leidt naar de sober afgewerkte slaapvertrekken op de verdieping .

  • NOPPEN C., Het kasteel van Scherpenheuvel, in Brabantse Folklore, 165, 1965, 245-249.
  • VANNOPPEN H., DAS R. en DAS E. 1994: Scherpenheuvel, die schone stede, Antwerpen-Borgerhout.
  • Kadastrale legger Scherpenheuvel, artikels 1242 en 1493.

Bron: Beschermingsdossier DB002154
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Landhuis Michiels [online], https://id.erfgoed.net/teksten/150858 (geraadpleegd op ).