Parochiekerk Sint-Rictrudis met omgevende kerkhof is beschermd als monument omwille van het algemeen belang gevormd door de:
in casu architectuurhistorische waarde: Dit bedehuis bewaart een imposante 15de-eeuwse westtoren die zowel naar opstand, afwerking als naar materiaalgebruik aansluit bij de regionale kerkbouw van de kuststreek. Deze gaaf bewaarde westtoren vertoont een rijzig en monumentaal karakter en wordt getypeerd door de geledingen door middel van kordons, de op elkaar gestelde hoeksteunberen, het traptorentje en de gesloten borstwering. Het betreft een fraai voorbeeld van de regionale baksteengotiek, gekarakteriseerd door de architectonische versieringen als de spitsboog casementen met laatgotisch traceerwerk en de rood bakstenen metselaarstekens. Het schip van de kerk, verwoest tijdens de eerste Wereldoorlog, werd in 1923-1924 wederopgebouwd naar ontwerp van de architecten J. en W. Lecoutere (Izegem), vertoont een kwaliteitsvolle wederopbouwarchitectuur. Het betreft een historiserende aanpak, geïnspireerd op het vooroorlogse, welke resulteerde in een imitatieve interpretatie van de laatgotiek, zowel naar plattegrond als opstand. De verzorgde baksteenarchitectuur, - in afwisseling met het gebruik van hergebruikte ijzerzandsteen in de onderbouw - wordt onder meer getypeerd door de geprofileerde omlijsting en het fraai maaswerk met visblaasmotief van de drie- en vierlichten en door de steunberen met versnijdingen uitlopend op hogels met pinakel. Dit bedehuis bewaart daarenboven een waardevol voornamelijk 18de-eeuwse mobilair. Vermeldenswaardig zijn de preekstoel, het doksaal, de orgelkast, de deels behouden communiebank, de doopvont, de altaartafels, de calvarie, een tweetal beelden met name Onze-Lieve-Vrouw en Sint-Rictrudis, een doek de Heilige Rictrudis voorstellend en een neogotisch hoofdaltaar. Het kunsthistorisch belang van dit bedehuis en van zijn mobilair werd reeds in 1917 onderscheiden door de opname in de inventaris van het bouwkundig erfgoed. Deze inventaris werd uitgevoerd in opdracht van de toenmalige minister van Kunst en Wetenschap, onder leiding van E. Dhuicque, lid van de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen. Naast het in veiligheid brengen van belangrijke kunstwerken had deze missie ook tot doel een inventaris op te maken van het door oorlogsgeweld bedreigde erfgoed. In het archief van de 'Mission Dhuicque' zijn diverse gedetailleerde tekeningen en foto's van deze kerk en zijn mobilair bewaard. Het behoud van dit mobilair is te danken aan de Mission Dhuicque, die de stukken tijdens de oorlog heeft gedemonteerd en in veiligheid heeft gebracht. Het kerkhof, zijnde de directe omgeving van de parochiekerk omwille van het algemeen belang gevormd door de historische waarde, als zijnde van oudsher de visuele omgeving van de kerk, welke door haar beeldbepalend karakter de intrinsieke waarde van het bedehuis versterkt. Deze omgeving wordt gekarakteriseerd door de volgende beeldbepalende elementen: het kerkhof, het westelijke kerkpad en de omringende doornhaag.