Beschrijving
Deze bescherming betreft de grote schoorsteen van Agfa-Gevaert.
Waarden
De grote schoorsteen van Agfa-Gevaert is beschermd als monument omwille van het algemeen belang gevormd door:
historische waarde
Agfa-Gevaert is van oudsher een bedrijf met internationale uitstraling, gebaseerd op de productie van fotografisch materiaal. Het bedrijf werd in 1894 opgericht in Antwerpen door Lieven Gevaert. In 1964 werden Gevaert en het Duitse bedrijf Agfa samengevoegd. De ontwikkeling van Gevaert droeg in hoge mate bij tot de industrialisatie van Mortsel. De schoorsteen maakt deel uit van het gebouwencomplex van de site Gevaert 1 tussen de Septe-, de Hendrik Kuypers- , de Antwerpse- en de Lieven Gevaertstraat. De grote schoorsteen in Mortsel werd in 1928 gebouwd door het Brusselse bedrijf Cheminées Peters, dat gespecialiseerd was in de bouw van fabrieksschoorstenen. De schoorsteen groeide uit tot symbool voor het bedrijf. Volgens een feestschrift bij het 35-jarige bestaan van Gevaert stonden het ketelhuis en de schoorsteen voor de grootsheid van de firma. Langs alle zijden is de naam van het bedrijf "Gevaert" met witte bakstenen zichtbaar ingemetseld. De schoorsteen prijkte op de cover van het vademecum "Ik werk bij Gevaert" dat in de jaren 1950 aan nieuwe werkgevers werd gegeven. Ook op publiciteitswerk van Gevaert speelde de grote schoorsteen door de jaren heen een belangrijke rol. De fabrieksschoorsteen vormt een symbool voor de industriële geschiedenis van de stad. Het is ook een herinnering aan de geschiedenis van een belangrijke werkgever uit de regio.
industrieel-archeologische waarde
De schoorsteen van Mortsel is bijzonder vanwege zijn afmetingen. De schoorsteen was bij de bouw ongeveer 72 meter hoog, maar werd in 1992 ingekort tot 68,2 meter. Voor een bakstenen exemplaar is die hoogte bijzonder. Langs alle zijden is de naam van het bedrijf "Gevaert" met witte bakstenen zichtbaar ingemetseld. Fabrieksschoorstenen met een waterreservoir zoals in Mortsel bleven slechts zelden bewaard. Boven het waterreservoir werd de schoorsteen gemetseld met speciale bakstenen voor schoorstenen, met gebogen strek, zogenaamde radiaalstenen. Onder het waterreservoir werden gewoon gevormde bakstenen gebruikt. Rond de schoorsteen werden stalen spanbanden aangebracht. De grote schoorsteen van Gevaert ontleent zijn industrieel-archeologische waarde aan zijn constructie, maar ook aan zijn positie binnen het productieproces van Gevaert. In het ketelgebouw werd stoom opgewekt door de verbranding van steenkool en vanaf ongeveer 1960 van zware stookolie. De stoom werd gebruikt voor de verwarming van lokalen, het op het temperatuur brengen van vloeistoffen en gassen, het distilleren van vloeistoffen, en het drogen van film, papier en emulsies. Warmte werd ook omgezet in mechanische energie voor drijfkracht en voor verlichting. Het ketelhuis en de schoorsteen werden centraal op de site Gevaert 1 gebouwd zodat de stoom gemakkelijk via een lang stelsel van leidingen over de site kon worden verspreid. De schoorsteen is als dusdanig een getuige van de zoektocht van Gevaert om op een rationele manier met energie voor de verwarming en het productieproces om te gaan.
ruimtelijk-structurerende waarde
Door zijn indrukwekkende hoogte is de fabrieksschoorsteen zichtbaar tot buiten Mortsel en markeert hij de ligging van Gevaert 1 in de ruime omgeving. Als dusdanig is de schoorsteen niet alleen een baken in het stedelijk landschap, maar heeft hij ook een belangrijke contextwaarde.