De bescherming als landschap betreft de Blaasberg met een oude oeverwal in het zuiden en een laatglaciale meander van de Dijle in het noorden van het gebied.

In het beschermingsdossier worden de wetenschappelijke en esthetische waarden van de blaasberg als volgt gemotiveerd:

• wetenschappelijke waarde: het landschap is van uitzonderlijk belang voor de studie en de kennis van de vorming, evolutie en geomorfologie van de benedenloop van de Dijle en van de Dijlevallei in haar geheel, want het maakt deel uit van een patroon van fossiele, ingesneden meanders die qua vorm en afmeting verschillen van de in de vallei talrijk aanwezige coupures van vrije meanders. De meander van Blaasberg is - vergeleken met de andere fossiele, laatglaciale meanders langs de Demer en Dijle - daarenboven bijzonder belangwekkend, niet alleen omdat hij van bebouwing gespaard bleef, maar omdat er ook één element ontbreekt dat wel aanwezig is bij de andere meanders, namelijk een centrale zandige verhevenheid of donk. De floristische diversiteit van het gebied is groot: 290 soorten van vaatplaten komen voor op circa 51 hectare. Uitzonderlijk zeldzame soorten werden niet waargenomen. De soortenlijst weerspiegelt echter wel de plantengeografische grenssituatie Kempisch versus Brabants district.
• esthetische waarde: de esthetische waarde houdt verband met de gevarieerde begroeiing, de sterk versneden zuidelijke bosrand, het voorkomen van bloemrijke graslanden tussen de beboste percelen en het contrast met de open landbouwgronden langs de Dijle.