Teksten van Klokkengietershuis en Stadsschool n° 6: schoolgebouw

https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/278

Stadsschool n°6: schoolgebouw versie 1 - 17.06.2013 ()

Stadsschool n°6 werd in opdracht van het Leuvense stadsbestuur opgericht in 1899-1901 als lagere school voor jongens, naar ontwerp van stadsarchitect Eugène Frische (1850-1919). Het schoolgebouw ligt centraal in het bouwblok gevormd door de Naamsestraat, Parkstraat, Van 't Sestichstraat en Hendrik Consciencestraat en wordt begrensd door het Vigliuscollege (noord), de voormalige legerkazerne Michotte (oost) en het Heilig Hartziekenhuis (zuid).

Historiek

In 1898 besloot het stadsbestuur een nieuwe lagere school voor jongens, school n°6, op te richten. Gezien het stijgend aantal scholieren was immers de jongensschool n°1, die sinds 1862 was ondergebracht in het voormalige Vanden Winckelecollege aan de Tiensestraat, zowel op hygiënisch als op pedagogisch vlak ontoereikend geworden. Voor de nieuwe inplanting leek de aankoop van de site Van Aerschodt opportuun: het pand kon gemakkelijk omgevormd worden tot schoolsite, waarbij het eigenlijke schoolgebouw achter in de ruime tuin en het gymnasium op de plaats van de vroegere klokkengieterij zouden worden opgetrokken, en de woning Van Aerschodt zou worden omgevormd tot directeurswoning en uitgebreid met een portierswoning.

De plannen werden uitgetekend door toenmalig stadsarchitect Eugène Frische, op 18 december 1899 werden de werken aanbesteed en op 21 april 1901 werd de nieuwe jongensschool officieel ingehuldigd.

Frische, die te Leuven de meeste stadsscholen op zijn naam heeft staan, concipieerde voor school n°6 een typisch schoolcomplex volgens de toenmalige overheidsprogramma's inzake scholenbouw en geënt op het plantype van de Brusselse "Ecole Modèle" (1873-1875), zij het met aanpassingen in functie van de lokale situatie. Door hergebruik van het Van Aerschodt-woongedeelte fungeerde de vroegere poort nu als nieuwe monumentale toegang tot de schoolsite en de woning aan de straat als directeurswoning. Hierachter kwamen van west naar oost opeenvolgend het gymnasium (12 bij 22 meter), een eerste kleine open speelplaats, de eigenlijke schoolvleugel (28 bij 34 meter) en tenslotte een ruime tweede speelplaats te liggen.

Stadsschool nummer 6 was de vierde in de reeks van nieuwe lagere stadsscholen die het Leuvense stadsbestuur tussen 1875 en 1910 liet optrekken.

Beschrijving

De schoolvleugel vormt een quasi rechthoekig, noord-zuid georiënteerd volume met twee bouwlagen onder gecombineerde zadel- en lessenaarsdaken (mechanische pannen, zink en glas). In opstand vertoont het gebouw een functionele eclectische gevelarchitectuur in rode baksteen, met kleurrijke verwerking van gesinterde baksteen, natuursteen en blauwe hardsteen. De west- en oostgevels, respectievelijk tien en elf traveeën breed, worden sterk horizontaal geleed door de plint en de muurbanden en zijn gestructureerd door het symmetrisch traveeënritme van de klassen - nog benadrukt door de gootpijpen - en de bredere toegangspartijen ten zuiden. De talrijke omlijste verluchtingsopeningen met deels bewaarde kunstig, met vierpassen uitgewerkte gietijzeren roosters zorgen hierin voor een levendig accent. De eenvormige rechthoekige vensters zijn voorzien van afgeronde lekdrempels en lateien onder de ontlastingsbogen. De bredere toegangstravee met poort onder latei op kraagstenen wordt in de westgevel extra geaccentueerd door een gevelplaat - voorheen met opschrift "Ecole N° 6" - en hogerop een ruim drielichtvenster. In de oostgevel kreeg de uiterst rechtertravee een afwijkende ordonnantie door de verspringende vensterniveaus en in de zichtbare blinde zuidzijgevel ritmeert een rij spitsboognisjes de benedenbouw.

Inwendig ontvouwt het gebouw een driebeukige constructie met centraal hoger opgetrokken 'préau', waarrond oorspronkelijk over twee bouwlagen aan de lange zijden een symmetrische klassendispositie van telkens tweemaal drie klassen, en bijkomend in de noordoostelijke hoek een waslokaal op de beneden- en het bureau van de directeur op de bovenverdieping. Aan de zuidzijde: een flankerende doorgangspartij die tevens toegang verleent tot de centrale ruimte en op de bovenverdieping bijkomende lokalen en de trappen naar de zolderverdieping herbergt.

De préau-ruimte (ongeveer 12 bij 29 meter en circa veertien meter hoog) wordt overspannen door een tweeledige, deels beglaasde, deels met hout (pitch-pine) beklede kap met Polonceau-spanten op consoles. Aan vier zijden omlopende galerij op zware consoles met cirkelmotief, ten noorden gedragen door sierlijke gietijzeren colonnetten en toegankelijk via een centrale bordestrap met dubbele traparmen; gesmeed ijzeren leuningen met decoratieve spijlen, cirkel- en voluutmotieven. De tweeledige opstand vertoont een sobere neoclassicistische inslag: bepleisterde en beschilderde muren met sporen van panelendecor en schijnvoegen en geleed door geprofileerde stuc-kordons, klassieke houten klassendeuren in entablement met diamantkoppen - op de bovenverdieping ten noordoosten momenteel tijdelijk verwijderd -; rondboogdeuren en -venster ten zuiden, en een breed rechthoekig in plaats van op plan rondbogig venster ten noorden.

Typerend in de ruime klaslokalen (ongeveer zeven bij negen meter en 4,75 à vijf meter hoog) zijn de afgeronde hoeken, de vlak bepleisterde en beschilderde muren en plafonds, op de bovenverdieping met balkenconstructie. Beneden werd een klaslokaal ten zuidwesten inmiddels aangepast tot een beglaasde bureauruimte en ten oosten opgedeeld en centraal geopend door een schuifdeur.

Klassen en overdekte speelplaats kregen een geelbruine tegelbevloering. De zolders behielden hun oorspronkelijk houten dakspant, ten oosten ter vervanging van de oorspronkelijk geplande doch om financiële redenen niet uitgevoerde bijkomende mansarde-ateliers onder ijzeren spant.

Tot de sluiting in 1984 - als gevolg van de overheveling naar het nieuwe scholencomplex in het Redingenhof - bleef Stadsschool n°6 haar initiële functie behouden: vanaf 1960 ten behoeve van het Koninklijk Atheneum, waarvoor de Stad het complex in 1966 overdroeg aan de Staat.

In 1985 kwam het hele complex in het bezit van het belendende Heilig Hartziekenhuis, dat in de eigenlijke schoolvleugel haar technische diensten onderbracht. De directeurswoning werd na het pensioen van toenmalige schooldirecteur in 1914 achtereenvolgens ter beschikking gesteld van de stedelijke beroepsschool voor meisjes, het Koninklijk Atheneum, diverse officiële diensten en - tot haar sluiting in 1963 - van daklozen. Geleidelijk geraakte het gebouw bij gebrek aan onderhoud in verval. Het gymnasium werd inmiddels door tussenschotten en -plafonds opgedeeld in diverse ruimten.

Bibliografie

  • Archief Onroerend Erfgoed Vlaams-Brabant: beschermingsdossier (17.05.1999).
  • Stadsarchief Leuven, Modern Archief, bouwdossiers 16379 (1841), 8136 (1898-1902), 26676 (1901), 26677 (1948-1949), 26679 (1939), 27782 (1963-1964); Kaarten en Plannen School Nr. 6; Bulletin Communal, 1898, p. 128-133, 1899, p. 157-158, 362-363, 434-439.
  • BEKKER L., CARMELIET J., STEVENS P. 1992: De 19e-eeuwse modelschool, Open Monumentendag. 13 september 1992, s.l., 25-27.
  • BEKKER L., CARMELIET J., STEVENS P. 1992: School 6, Open Monumentendag. 13 september 1992, s.l., 33-35.
  • BRAEKEN J. 1992: Scholen om te leren, Monumenten en Landschappen 11.4, 3-6.
  • CARMELIET J. 1985, Vernieuwbouwproject "School 6" - Naamsestraat – Leuven, s.l. (onuitgegeven eindverhandeling K.U.Leuven, Faculteit Toegepaste Wetenschappen, Afdeling Architectuur).
  • D'HOKER M. 1992: Leuven, de onderwijsstad van Vlaanderen, Open Monumentendag. 13 september 1992, s.l., 4-8.
  • NARJOUX F. 1878: Les écoles publiques, construction et installation, en Belgique et en Hollande, Parijs.
  • PEETERS M. 1983: Gids voor Oud Leuven, Antwerpen, 174-176.
  • UYTTERHOEVEN R. 1987: Leuven Weleer 3. Langs de Oude Universiteit naar het Begijnhof: Grote- en Oude Markt en de Naamsestraat, Leuven, fig. 81c, 82a-b, 89a-c, 90a-c.
  • VAN EVEN E. 1895: Louvain dans le passé et dans le présent, Leuven, 498-499.
  • VERNIMMEN P.-F. 1982: De klokkengieters Van Aerschodt, Mededelingen van de Geschied- en Oudheidkundige Kring voor Leuven en omgeving 22, 57-76.
  • VERPOEST L. 1992: Twee eeuwen scholenbouw, Terug naar School. Onderwijs, gebouwen. Vroeger en nu, Open Monumentendag Vlaanderen, Brussel.
  • S.n. 1879: L'Emulation, pl. 40-44.
  • S.n. 1986-1987: De lagere school in België van de middeleeuwen tot nu, s.l. (tentoonstellingcatalogus ASLK, 10.12.1986 - 11.01.1987).

Bron: Archief Onroerend Erfgoed Vlaams-Brabant, DB002090, Stadsschool n°6: schoolgebouw, beschermingsdossier
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Klokkengietershuis en Stadsschool n° 6: schoolgebouw [online], https://id.erfgoed.net/teksten/146362 (geraadpleegd op ).


Klokkengietershuis en Stadsschool n° 6: schoolvleugel ()

De schoolvleugel van de Stadsschool n° 6 in de Naamsestraat te Leuven is beschermd als monument.


Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Klokkengietershuis en Stadsschool n° 6: schoolgebouw [online], https://id.erfgoed.net/teksten/188379 (geraadpleegd op ).