Het koetshuis heeft in al zijn monumentaliteit een sterk beeldbepalend potentieel, in visuele eenheid met het achterhuis van het pand aan de Kloosterstraat, waar het historisch en structureel bij hoort en met het hoog oprijzende koor van de Onze-Lieve-Vrouwbasiliek.

in casu architectuurhistorische waarde: Neorenaissance dubbelhuisconstructie van zes à zeven traveeën en twee bouwlagen onder leien zadeldak; bakstenen constructie met kalkstenen details; in het metselwerk gesuggereerde speklagen en strekse bogen boven de grotendeels getoogde muuropeningen; licht geaccentueerd middenrisaliet met getrapte tuitgevel, waarin een dubbele ingangsdeur met negblokken wordt bekroond door een getoogd raam, dat via een kalkstenen bovendorpel versmelt met een rondbogig laadvenster; pittoreske afwerking met lijstwerk onder de goten en muurankers in de risaliet, waarvan het bovenste de vorm heeft van de verstrengelde initialen A V, die refereren naar bouwheer Vroonen.

Monumentaal koetshuis van het linkse gedeelte van het pand dat in 1845 werd opgericht in de Kloosterstraat, op het terrein naast het kloosterpand van de Onze-Lieve-Vrouwbasiliek. Het pand werd progressief uitgebreid tot het in 1879 intern werd opgedeeld tot twee autonome panden. Het koetshuis werd in 1882 opgetrokken op een terrein achter de tuin, dat pas in 1888 met de eigendom versmolt, en was bereikbaar via een laterale entrée à sec met een monumentale ingangspoort langs de Kloosterstraat. Bouwheer Vroonen liet de initialen AV verwerken in het smeedijzeren balkon boven deze poort; ze verschijnen opnieuw als muurankers op het koetshuis.