Architectuurhistorisch interessant herenhuis, gelegen naast het voormalige Hof van Nassau (eerste kwart van de 16de eeuw) en ontstaan uit een laat 18de-eeuws complex, bestaand uit een tweelagig diephuis van twee traveeën onder een driehoekig fronton met oculus, dat door middel van een koetspoort met vrije doorgang verbonden was met een parallelle eenlagige vleugel met één travee, waarin een gedeelte van de traptoren van het Hof van Nassau werd geïntegreerd. Door overbouwing van de koetspoort, verbreding en gedeeltelijke verhoging van de eenlagige vleugel werd het complex vlak voor 1903 tot een homogeen geheel omgevormd, waardoor het in zijn huidige vorm vijf traveeën op de gelijkvloerse en vier traveeën op de eerste verdieping telt en gekenmerkt wordt door het vrijwel ongewijzigde laat 18de-eeuws diephuis rechts, de poorttravee met deels beglaasde koetspoort onder een rechthoekige erker centraal in de gevel, en het lagere volume links met de achter de traptoren gelegen eerste verdieping.
Typisch 19de-eeuwse gevel, gekenmerkt door de uniforme bepleistering met Franse voegen en platte banddecoratie, de tandlijst onder het fronton en de afgesnuite daken boven de poorttravee en het volume achter de traptoren, de vlakke cordons tussen de verdiepingen, de geprofileerde vensteromlijstingen met oren op de eerste verdieping, de gietijzeren borstweringen en balustrade, uitgewerkt met florale en vegetale motieven, de naar zweepslagmotief verwijzende consoles van de hardstenen poortomlijsting en de neoclassicistische erker erboven.
Het herenhuis is een goed voorbeeld van een aan het einde van de 19de eeuw omgevormd ouder complex dat sterk beeldbepalend is voor het beschermde Hof van Nassau, de Graanmarkt en het 19de-eeuwse Verstappenplein.