De annexen van het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte en het Seminarie Leo XIII zijn beschermd als monument. Deze bestaan meer bepaald uit het Heilig-Harthuis, het Sint-Annahuis, het Sint-Jozefhuis, het Sint-Franciscushuis en het belendende hoekhuis.
De annexen van het Hoger Instituut van Wijsbegeerte en van het Seminarie Leo XIII zijn beschermd als monument omwille van het algemeen belang gevormd door de:
in casu architectuurhistorische waarde: met name het Heilig-Harthuis met inbegrip van de straatafsluiting, het Sint-Annahuis, het Sint-Jozefhuis, het Sint-Franciscushuis en het belendende hoekhuis, gelegen Andreas Vesaliusstraat nummer 2 en Tiensestraat nummers 112, 120-122 en 124: los van een gepland totaalconcept in U-vormige configuratie totstandgekomen, door stelselmatige nieuwbouw en incorporatie van bestaande panden in de periode 1899-1908, vormen deze annexen een origineel ensemble van gebouwen met gevarieerde typologie en stijlkenmerken. Het feit dat deze gebouwen onderling verbonden werden door een inventief trappen- en bruggensysteem, toont hun functionele band aan. Gerealiseerd in nauw samenwerkingsverband door opdrachtgever en inspirator Annand Thiéry en architect Joseph François Piscador, en, voor de decoratieve uitvoering, door diverse befaamde kunstenaarsateliers, vormt dit ensemble van annexen een mooi voorbeeld van 'totaalkunst'.
In 'extensie' van het Leo XIII-seminarie in 1900-1903 opgetrokken als residentie voor de president en verblijf voor reeds tot priester gewijde studenten, vormt het Heilig-Harthuis met zijn hoger opgetrokken driehoekig trappenhuis en aansluitende rechthoekige woonvleugel in geknikte opstelling, en zijn neogotische vormgeving beïnvloed door de art nouveau, typologisch en stilistisch een bijzonder opmerkelijke constructie die, met de straatafsluiting in het verlengde van het Seminariecomplex, een opvallend herkenningspunt vormt in dit stadsgedeelte.
Het Sint-Annahuis, ontworpen in 1904, afficheert met zijn haast volledig opengewerkte gevelstructuur duidelijk zijn initieel bestemmingsconcept als boekhandel van het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte. Met de typerende brede venster- en smalle deurtravee en een uitgebouwde traptoren aan de achterzijde en zijn architecturale vormgeving in een eclectische stijl met neogotische en art nouveau-elementen, vormt het typologisch en stilistisch een opvallend volume in het straatbeeld.
Als inpandig gelegen vrij monumentaal volume met diepliggend souterrain, getuigt het SintJozefhuis van 1908 van een meer functioneel en rigoureus opgevatte eclectische architectuur, met een gediversifieerd materialengebruik en een ostentatieve structurele en decoratieve verwerking van ijzer.
Het belendende huis Tiensestraat nummer 122 en het ernaast gelegen nummer 120, als Sint-Franciscushuis ingericht, getuigen nog treffend voor de oorspronkelijke 19de-eeuwse basisbebouwing met neoclassicistisch uitzicht in deze straat en bewaren nog hun oorspronkelijke, met faïencetegels bezette verbindingen met het Heilig Harthuis.
Ontworpen in 1899 als eerste annexe, neemt het pand Tiensestraat nummer 124, dat onder de benaming "Nova et Vetera" gebouwd werd als drukkerij en uitgeverij van het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte, een bijzondere plaats in door zijn beeldbepalende hoekinplanting en zijn architecturale vormgeving in een classicerende eclectische stijl.
Naast zijn neogotische vormgeving met karakteristiek ordonnerend ritme met Brugse traveeën, het expressieve kleurrijke materialengebruik en het decoratieve metselwerk, positioneert het Heilig Harthuis zich vooral door zijn opmerkelijk trappenhuis. De originaliteit van concept en vormgeving liggen in zijn krachtige volumewerking, zijn verticaliserende wenteltoren en centrale lichtschacht met klimmende ordonnantie, en zijn terrasvormige beëindiging. De artistiek en vakkundig hoogstaande kwaliteiten van dit trappenhuis manifesteren zich inwendig in de originele ruimtewerking en dynamische opbouw, de structurele en ornamentele verwerking van traditionele en moderne materialen, de bijzonder rijke interieurdecoratie die alom doordrongen is van symboliek rond paus Leo XIII, Thomas van Aquino, het Heilig Hart. De opmerkelijke figuratieve tegelbezettingen, de glasramen en in de privé-kapel de muurschilderingen en het mobilair, zijn het gezamenlijk oeuvre van de ateliers en kunstenaars A. Charlier, J. Osterrath, G. De Geetere; in de woonvleugel zijn in de voormalige Heiligenzaal de gemaroufleerde muurschilderingen van de hand van G. Petit.
Naast de fraaie sculpturen als decoratie van gevel en bedaking en uitgevoerd door Fr. Vermeylen en B. Van Uytvanck, bewaart het Sint-Annahuis een traptoren die getuigt van een originele uitwerking, met bovenaan een ingebouwde privé-kapel met altaartombe en inscripties in de mozaïekvloer, en een belvedère als bekroning.
Afgezien van een nagenoeg intact bewaarde keukeninrichting, bewaart het Sint-Jozefhuis onder meer nog in twee schouwen fraaie thematische tegeltableaus uit het atelier A. Charlier en een decoratieve glas-in-looddeur van het atelier J. Osterrath, als verbinding met het Heilig-Harthuis.