Beschrijving
Deze bescherming betrof de overdekte schietstand, gelegen achter voormalig hotel-restaurant Comte d'Egmont, die in 1933 door Jan Rooms werd opgetrokken.
De oorspronkelijke bescherming werd bij ministerieel besluit van 19 mei 2021 voorlopig en bij ministerieel besluit van 13 september 2021 definitief opgeheven.
Waarden
De voorgedragen huizen zijn exemplarisch voor de stilistische evolutie in de burgerlijke privé-architectuur vanaf de tweede helft van de 19de eeuw tot en met de eerste helft van de 20ste eeuw binnen de kleinstedelijke context van Wetteren als regionaal handelscentrum. Het betreft kwalitatieve voorbeelden van heren- en burgerwoningen in neoclassicistische, neorenaissance, eclectische, art nouveau en modernistische architectuur gebouwd in opdracht van de gegoede burgerij en middenklasse. Ze werden veelal uitgevoerd door architecten en kunstenaars wiens vakmanschap het lokaal niveau overstijgt. De interieurs vertonen een gevarieerde aankleding in neoclassicistische, historiserende neostijl tot en met vernieuwende art nouveau en modernistische stijlen. De lokalisatie van de gebouwen aan belangrijke historische in- en uitvalswegen of in wijken, die pas in de loop van de 19de en 20ste eeuw ontwikkeld werden, is daarenboven uitermate illustratief voor de stedenbouwkundige evolutie in Wetteren. De schutterstoren die fungeert als baken in de stationsbuurt, waar tevens een zwaartepunt ligt van beschermenswaardige gebouwen van Wetteren, is ook om die reden aan de selectie gekoppeld. De te beschermen gebouwen bezitten aantoonbare intrinsieke kwaliteiten van historische, artistieke, volkskundige, industrieel-archeologische en/of sociaal-culturele waarde. Dit waardevol karakter dat hun behoud verantwoordt, wordt mede bepaald door hun ouderdom, authenticiteit, representativiteit, zeldzaamheid of gaafheid.
Overdekte staande wip of schutterstoren ook zogenaamde wintertoren is beschermd als monument omwille van het algemeen belang gevormd door de:
historische waarde, industrieel-archeologische waarde, sociaal-culturele waarde
De overdekte staande wip opgericht in 1933 behoort tot de oudste schutterstorens in Vlaanderen die hun authentiek karakter hebben bewaard. Naar concept, materiaal en constructie is de schutterstoren een zeer representatief voorbeeld uit het interbellum.
De regionaal bekende en veelzijdige ontwerper-bouwmeester Jan Rooms, en zonen verleenden het geëigend utilitair voorkomen van de schutterstoren een architecturaal accentuerende bekroning met roodgekleurde decoratieve elementen, die hem als toren typeren. Voornoemde bouwkarakteristieken in combinatie met zijn locatie in een verstedelijkte context vlakbij een spoorwegstation, maken deze schutterstoren tot een zeldzaam exemplaar.
Cultuurhistorisch getuigt de schutterstoren ervan dat het gebruik van een universeel wapen uit de prehistorie zich, onder meer via het in oorsprong middeleeuws schuttersgildewezen, handhaafde tot in de huidige sportclubs en het verenigingsleven.
Als referentie naar een oud volksvermaak en als bouwwerk met infrastructuur en uitrusting voor de beoefening van één van de belangrijkste en meest verspreide volkssporten in Vlaanderen, is de overdekte staande wip betekenisvol materieel erfgoed van de volkscultuur.
De schutterstoren is als ijzerconstructie industrieel-archeologisch waardevol als toepassing uit de jaren 1930 van een bouwwijze en bouwmaterialen, die een product zijn van de industriële revolutie.
Uittorenend boven de bebouwing van de hoog gelegen stationsbuurt van Wetteren vormt de schutterstoren visueel een opvallend baken vanuit diverse verkeersassen en fungeert als herkenningsteken onder meer voor de spoorreizigers. Dit verleent de 'wintertoren' een sociaal-culturele waarde als ruimtelijk-structurerend element van betekenis binnen het stedenbouwkundig weefsel van Wetteren en omwille van zijn signaalwaarde voor het collectief geheugen.
volkskundige waarde
De overdekte staande wip opgericht in 1933 behoort tot de oudste schutterstorens in Vlaanderen die hun authentiek karakter hebben bewaard. Naar concept, materiaal en constructie is de schutterstoren een zeer representatief voorbeeld uit het interbellum.
De regionaal bekende en veelzijdige ontwerper-bouwmeester Jan Rooms, en zonen verleenden het geëigend utilitair voorkomen van de schutterstoren een architecturaal accentuerende bekroning met roodgekleurde decoratieve elementen, die hem als toren typeren. Voornoemde bouwkarakteristieken in combinatie met zijn locatie in een verstedelijkte context vlakbij een spoorwegstation, maken deze schutterstoren tot een zeldzaam exemplaar.
Cultuurhistorisch getuigt de schutterstoren ervan dat het gebruik van een universeel wapen uit de prehistorie zich, onder meer via het in oorsprong middeleeuws schuttersgildewezen, handhaafde tot in de huidige sportclubs en het verenigingsleven.
Als referentie naar een oud volksvermaak en als bouwwerk met infrastructuur en uitrusting voor de beoefening van één van de belangrijkste en meest verspreide volkssporten in Vlaanderen, is de overdekte staande wip betekenisvol materieel erfgoed van de volkscultuur.
De schutterstoren is als ijzerconstructie industrieel-archeologisch waardevol als toepassing uit de jaren 1930 van een bouwwijze en bouwmaterialen, die een product zijn van de industriële revolutie.
Uittorenend boven de bebouwing van de hoog gelegen stationsbuurt van Wetteren vormt de schutterstoren visueel een opvallend baken vanuit diverse verkeersassen en fungeert als herkenningsteken onder meer voor de spoorreizigers. Dit verleent de 'wintertoren' een sociaal-culturele waarde als ruimtelijk-structurerend element van betekenis binnen het stedenbouwkundig weefsel van Wetteren en omwille van zijn signaalwaarde voor het collectief geheugen.