Beschrijving
De bescherming omvat het burgerhuis met de tuin, bijgebouw en tuinmuur.
Waarden
Op basis van het systematisch geïnventariseerd bouwkundig patrimonium van de gemeente Laarne kon het onroerend erfgoed worden geselecteerd dat voor de cultuurhistorische en architecturale evolutie zijn betekenisvol karakter binnen de ruimere regio Oost-Vlaanderen het best heeft geconserveerd. In de objecten en ensembles zijn duidelijk aantoonbare intrinsieke kwaliteiten aanwezig van historische, artistieke, volkskundige, wetenschappelijke, industrieel-archeologische en/of sociaal-culturele waarde. Hun waardevol karakter van algemeen belang ligt tevens vervat in hun ouderdom, representativiteit, authenticiteit, zeldzaamheid of gaafheid. De beschermingswaardige objecten vertegenwoordigen een diversiteit aan gebouwentypes die veelal met hun bijhorende cultuurlandschappelijke omgevingscomponenten een historische entiteit vormen die het dorpsbeeld karakteriseren. Als onroerend erfgoed behielden zij een eigenheid die typerend is voor een landelijk gebied.
Burgerhuis met tuin, bijgebouw en tuinmuur is beschermd als monument omwille van het algemeen belang gevormd door de:
artistieke waarde, historische waarde
in casu architectuurhistorische en cultuurhistorische waarde: Als burgerhuis opgericht in de jaren 1840 met neoclassicistische geveldecoratie is het een typische vertegenwoordiger van de stijlvolle grote burgerhuizen uit die periode die in vergelijking met de toenmalige dorpshuizen uitzonderlijk waren. Met zijn beeldbepalende ligging aan het eind van de Dorpsstraat en in de as van de Achterstraat is het burgerhuis tevens van betekenis omdat het de grens markeert van de oude dorpskernbebouwing aan de overgang met de dreef die van het feodale kasteel van Laarne leidt naar de historische dorpsplaats. Ondanks het jonger houtwerk en de vervanging in een recente periode van de meeste gevelberaping door nieuw bezetwerk getuigen gevelordonnantie, stucornamentiek en de authentieke centrale voordeur in typische hardstenen omlijsting van een kwaliteitsvolle architectuur op het vlak van burgerwoningbouw uit het tweede kwart van de 19de eeuw. De oorspronkelijke binnenindeling met centrale gang en het behoud van interieurelementen als de marmeren gangvloer, binnendeuren met paneeldecoratie en aan hengsels, neoclassicistische marmeren schouwmantels en schouwboezems met karakteristieke decoratie, getuigen mee van een kwalitatieve tijdseigen wooncultuur. Het burgerhuis vormt een entiteit met zijn aanhorigheden gevormd door een bescheiden beboomde tuin met bijgebouw achterin en tuinmuur aan de straat.