Zuidoostelijk gehucht van Meerhout waar reeds in 1425 sprake was van een kapel en een eigen schepenbank. De kapel, schepenkamer en tiendschuur stonden op de dorpsschans of Gestelse schans, de enige Meerhoutse schans die nog duidelijk herkenbaar is en waar nu de kerk en de pastorie liggen en nog een deel van de vest. De kapelanie werd officieel gesticht in 1436 met de erkenning van een beneficie ter ere van Onze-Lieve-Vrouw. In 1823 werd Gestel een dochterkerk van de parochie Meerhout en in 1869 werd het een zelfstandige parochie.
In Gestel werden gronden ontgonnen door de graven van Loon, de hertog van Brabant, de heren van Wyere en Diest, het norbertinessenklooster van Gempe (Sint-Joris-Winge, Vlaams-Brabant) en de abdij van Averbode. Einde 18de eeuw werden het domein Hovesteen, eigendom van de prinsen van Oranje en de bezittingen van het klooster van Gempe verkocht door de Franse overheid. Begin 20ste eeuw verwierf de politicus F. Schollaert het grootste deel van die bezittingen met inbegrip van het kasteel van Meerlaar in Klein-Vorst, diens schoonbroer en toenmalig minister van landbouw Joris Helleputte, erfde het goed en liet de dreven aanplanten.
CORNELIS A., Geschiedenis van Meerhout-Gestel, Meerhout, 1984.
Een historische kijk op de O.-L.-Vrouwparochie, in Heemkundige Kring, Meerhouts Patrimonium, VIII, nummer 35, september 1991, p. 3-13.
Bron: KENNES H. & STEYAERT R. 2002: Inventaris van het cultuurbezit in Belgiƫ, Architectuur, Provincie Antwerpen, Arrondissement Turnhout, Kanton Mol, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 16n5, Brussel - Turnhout. Auteurs: Steyaert, Rita Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)