erfgoedobject

Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw Hemelvaart

bouwkundig element
ID
18130
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/18130

Juridische gevolgen

Beschrijving

Georiënteerde kerk in het centrum van het dorp, op een driehoekig met gras begroeid plein met enkele bomen. Aan de zuidzijde een monument ter nagedachtenis van de oorlogsslachtoffers.

Historiek

In 1230 werd Eksaarde als afzonderlijke parochie ingericht. De huidige kerk stamt uit die periode. Aan deze, van in oorsprong driebeukige transeptloze kerk is vermoedelijk in het eerste kwart van de 14de eeuw een zuidelijk zijkoor toegevoegd en circa 1400 een noordelijk zijkoor; terwijl het hoofdkoor in het midden van de 15de eeuw zou heropgebouwd zijn. Na de geuzentijd verkeerde de kerk in een zeer slechte staat en werd dan ook in de 17de eeuw grondig hersteld: in 1625 voegt men de noordelijke transeptarm toe, die in 1642 herbouwd wordt; in 1652 volgt de zuidelijke transeptarm. Rond die tijd verandert men de benedenkerk in een pseudobasiliek en brengt men stenen kruisribgewelven aan ter vervanging van de houten tongewelven (1660 overwelving hoogkoor). Een brand in 1726 beschadigt de torenspits en het kerkdak, wat door Jan van Goethem uit Sint-Niklaas hersteld wordt. In 1732 voegt men een sacristie toe achter het zuidelijke zijkoor. Een grondige restauratie ondergaat de kerk in 1897 door architect Henri Geirnaert, waarbij onder meer de vensters opnieuw voorzien werden van hun monelen en de benedenkerk ten westen met één travee verlengd werd. Onderhoudswerken circa 1968-69 onder leiding van architect Fernand Weyers (Sint-Niklaas).

Beschrijving

In plattegrond tekent zich een driebeukige kruiskerk af, met achtzijdige vieringtoren en polygonaal hoofdkoor geflankeerd door rechthoekige zijkoren; tegen de oostzijde van laatstgenoemde zijn rechthoekige sacristieën aangebouwd. Vijfzijdige doopkapel tegen de eerste noordtravee. Ruim gotisch en neogotisch bakstenen gebouw met koren, sacristieën en plinten van zandsteen. De drie beuken van de benedenkerk, alsook de drie koren zijn gevat onder afzonderlijke zadeldaken. Westgevel met decoratieve spitsbogige spaarvelden. Rechts van het portaal gedenksteen: "Adjutorium Nostrum in nomine Domini qui fecit caelum et terram templum dedicatum Beatae Virgini Mariae glorisae assumptiae. Instauratum et amplificatum est cura. Reverendi Domini Francisci Josephi Druwé. Anno di. MDCCC XCVII". Zijbeuken van vijf traveeën met ruime spitsboogvensters met tracering; steigergaten van zandsteen onder de gootlijst. Rechthoekige transeptarm van één travee met een spitsboogvenster in de hoofdgevel en markerende hoekkettingen. Achtkantige vieringtoren met rondbogige galmgaten en hoge spits. Zijkoren van twee traveeën, van elkaar gescheiden door steunberen met een versnijding; blind spitsboogvenster in de oostmuur. Hoofdkoor van twee traveeën met vijfzijdige apsis. Tegen de oostwand van de sacristieën en koor zijn grafzerken uit de 18de en 19de eeuw ingemetseld.

Interieur

Goed verlicht interieur met hardstenen zuilen op achtkantige sokkel en bekroond door een hogelkapiteel. Spitse scheibogen (platte middenband geflankeerd door rollijsten). Gedichte, doch bewaarde spitsbogige bovenlichten (twee per travee) met rollijstprofiel aan de dagkanten. Bakstenen kruisribgewelven, van elkaar gescheiden door gordelbogen met stucversiering in renaissancestijl. Erboven zijn de originele houten tongewelven behouden, evenwel zonder binnenbeschieting: schip + rondbogig waarvan de spanten een analoog profiel als de scheibogen bezitten, trekbalken met slofstukken; hoofdkoor spitsbogig, spanten met peerkraalprofiel; zijkoren korfbogig, zonder geprofileerde spanten; zuidelijke transeptarm spitsbogig, spanten met afgeschuinde zijden.

Mobilair

Schilderij "Marteling van de Heilige Sebastiaan" (18de eeuw). Hoogaltaar, noordelijk zijaltaar, biechtstoel, koorbanken: neogotisch. Communiebank: rococo (1790? Alexander Nuten, Sint-Amands). Lambrisering zuidelijk zijkoor: rococo (1757); zijbeuken: classicistisch (1740). Preekstoel (17de eeuw). Doksaal (17de eeuw).

  • DE POTTER F. & BROECKAERT J., Geschiedenis van de gemeenten der provincie Oost-Vlaanderen, reeks III, deel 2, Gent, 1878.
  • LEMAIRE R.M., persoonlijke notities.
  • VAN GOEY J., Bijdrage tot de geschiedenis van Exaerde, Eksaarde, 1936, p. 156-170.

Bron: DEMEY A. 1981: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Oost-Vlaanderen, Arrondissement Sint-Niklaas, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 7n1 (B-L), Brussel - Gent.
Auteurs: Demey, Anthony
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)

Aanvullende informatie

Bouwhistorisch onderzoek en nieuwe inzichten in de middeleeuwse baksteenbouw in het Waasland leidden tot een herziening van de bouwgeschiedenis van de kerk.

Na de oprichting van Eksaarde als zelfstandige parochie in 1230 was er wellicht eerst een houten kerkje. De oudste kern van de huidige kerk dateert immers uit het einde van de 13de of het begin van de 14de eeuw, en niet uit de jaren 1220 zoals voordien gedacht. Op deze jongere datering wijst het gebruik van het staand verband voor het bewaarde baksteenmetselwerk. De kerk van rond 1300 had een driebeukig basilicaal schip zonder transept en een vermoedelijk vlak afgesloten koor. Hiervan rest nog het middenschip (zonder de verdwenen westgevel) en de toren tot aan de aanzet van de achthoek.

De achthoekige klokkenverdieping van de toren werd toegevoegd in de loop van de 14de eeuw. Het koor werd in het midden of de tweede helft van de 15de eeuw verhoogd en verlengd met een driezijdige apsis. Tijdens deze verbouwing kreeg het middenschip een nieuwe dakkap, van hetzelfde type als in het verbouwde koor. Het zuidkoor kwam tot stand in de late 15de of het begin van de 16de eeuw - dus niet in het eerste kwart van de 14de eeuw zoals voordien gedacht. Ook het noordkoor is waarschijnlijk van jongere datum, namelijk uit de 17de of 18de eeuw in plaats van rond 1400.

Het middenschip bewaart binnenin nog de opstand van rond 1300: onderaan spitsbogen in profielbakstenen op zuilen met knopkapitelen in Doornikse kalksteen, daarboven gedichte spitsboogvensters (twee per travee) met dagkanten in profielbakstenen. Boven de gewelven van de zijbeuken is de bakstenen lichtbeuk met kroonlijst in profielbakstenen nog volledig zichtbaar. Op de randen van de bakstenen zijn sporen van rode beschildering bewaard. De torenbasis steunt op hoge spitsbogige gordelbogen in profielbakstenen. De overgang van de laatste rechthoekige travee van het middenschip naar de vierkante torenbasis verloopt via brede afzaten in afgeschuinde bakstenen.

Boven de 17de-eeuwse gewelven zijn oudere dakkappen met houten tongewelven behouden. De beplanking is verdwenen maar resten van polychromie zijn nog aanwezig. 15de-eeuwse kappen met flieringen op schaargebinten in het middenkoor en middenschip. Spitse (middenkoor) en ronde tongewelven (middenschip) met geprofileerde ribben en trekbalken met geprofileerde sloffen. Kap boven het zuidkoor met bewaarde zwarte keperschildering op de afgeschuinde ribben van het spitse tongewelf.

  • DEBONNE V. 2020: Van natuursteen naar baksteen. De parochiekerken van Daknam en Eksaarde, Annalen van de Koninklijke Oudheidkundige Kring van het Land van Waas 123, 109-130.
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)

Relaties

  • Is deel van
    Dorpsplein Eksaarde


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw Hemelvaart [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/18130 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.