erfgoedobject

Hoekpand De Gouden Boom

bouwkundig element
ID
205058
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/205058

Juridische gevolgen

Beschrijving

Imposant, in kern vroeg 18de-eeuws hoekpand, zogenaamd "De Gouden Boom" naar de hier gelegen voormalige herberg. Thans deels in gebruik als restaurant.

Historiek

15-16de eeuw. De naam "De Gouden Boom" komt reeds voor in de 15de eeuw. De herberg en hostellerie "De Gouden Boom" wordt voor het eerst vermeld in 1536. Op de kaart van Jacob van Deventer (1560) is op de hoek met de latere Stationsstraat bebouwing weergegeven. In 1595 is Adriën Coerten-Van Biesbrouck eigenaar van het huis.

17de eeuw. Op een kaart van de heerlijkheid Overacker binnen het schependom van Harelbeke van 1607 bevinden zich twee naast mekaar liggende volumes met een centrale poort. Door de ligging tegenover de kerk in het centrum van de stad blijkt de hostellerie een begeerde bezitting voor de kapitaalkrachtige kanunniken: in 1683 koopt kanunnik Cardon het gebouw, in 1689 wordt het verkocht aan kanunnik Louis Debruyne en in 1694 wordt het aangekocht door Jan Tanghe (1655-1733), deken van het kapittel van Harelbeke.

18de eeuw. In 1708 zou de herberg door de terugtrekkende troepen in brand zijn gestoken. Kort daarna laat Jan Tanghe op de plaats een groot, nieuw herenhuis bouwen. In 1733 verkopen zijn erfgenamen het herenhuis aan Jacques Augustinus Courtens, wiens afzaten het pand meer dan twee eeuwen in het bezit zullen hebben. Vermoedelijk laat Courtens de uitbreiding aan de kant van de Stationsstraat realiseren aangezien zijn initialen zijn ingewerkt in de balkonleuning. Op een 18de-eeuws ontwerpplan uit het Rijksarchief van Kortrijk staat het herenhuis afgebeeld als (vermoedelijk vereenvoudigd) gebouw van twee bouwlagen onder zadeldak.

19de eeuw. Circa 1835 is het herenhuis "De Gouden Boom" eigendom van de weduwe van Ferdinand Courtens, de oudste zoon van Jacques Courtens. Op het primitief kadasterplan van circa 1835 wordt naast het huis op de hoek van de Stationsstraat een aanpalend L-vormig bijgebouw weergegeven. Het herenhuis is circa 1843 eigendom van Louis Courtens. Circa 1853 wordt het huis kadastraal verenigd met het naastgelegen L-vormige bijgebouw. Wellicht worden op dat ogenblik ook de straatgevels aangepast tot een typische, 19de-eeuwse classicistische lijstgevel. Het verschil in dakhoogte en -helling wijzen op de verschillende bouwfases.

In 1863 laat Louis Courtens het herenhuis uitbreiden. Tegen de zijgevel van het 18de-eeuwse volume (kant huidige Stationsstraat) wordt er een kleine uitbreiding voorzien. Het huis wordt volgens het kadaster na de aanpassingen in 1867 terug in gebruik genomen. In 1876 worden de weduwe en de kinderen van Louis Courtens-Liebaert eigenaars van "De Gouden Boom". Zij laten volgens het kadaster in 1881 een paviljoen in de tuin bouwen en blijven zeker tot 1884 eigenaars van het herenhuis.

20ste eeuw. In het eerste kwart van de 20ste eeuw is de familie Haeck eigenaar van het huis "De Gouden Boom". De familie Haeck was door huwelijk in het bezit gekomen van het eigendom. In 1868 was Maria-Theresia Courtens (° 1845), dochter van Louis Courtens, in het huwelijk getreden met Arthur Haeck, burgemeester van Destelbergen.

Tot 1924 zijn Pieter Breydel-Haeck, Maurits Haeck en Anna Haeck de eigenaars; Maurits en Anna Haeck worden in het kadaster vermeld als vruchtgebruikers. Vanaf 1924 worden de kinderen van Pieter Breydel-Haeck vermeld als eigenaars.

In 1944 hebben Marie Breydel uit Gent en Anna Haeck uit Harelbeke het huis in vruchtgebruik. In datzelfde jaar registreert het kadaster uitbreiding van het aanpalende L-vormige bijgebouw. Op 17 februari 1944 wordt een deel van de tuin aan de kant van het huidige Stationsplein verkocht aan handelaar Julien Deverwerre. In 1947 registreert het kadaster de afbraak van het L-vormige bijgebouw links van het herenhuis (kant Gentsestraat) en de afbraak van het tuinpaviljoen. Een broeikas aan de kant van de Stationsstraat wordt kadastraal met het herenhuis verenigd.

Na de afbraakwerken worden de vrijgekomen gronden aan de Gentsestraat verkocht aan apotheker Albert Goethals, smid Edouard Byttebier en bediende Jean Byttebier.

Met het overlijden van Anna Haeck in 1948 komt het herenhuis in het bezit van de familie Breydel-Haeck. In juli 1950 wordt het gebouw door het aartsbisdom Mechelen en kloosterzuster Marie-Louise Breydel verkocht aan de Kredietbank. Nog hetzelfde jaar registreert het kadaster de afbraak van de drie 19de-eeuwse traveeën links van de koetspoort in de voorgevel. Achter het herenhuis wordt in 1950-1951 een garage gebouwd.

Op de (volledig vrijgekomen?) grond na de afbraak van de drie 19de-eeuwse traveeën bouwt Jean Byttebier, gemeentebediende te Harelbeke, in 1950 een huis (nummer 4); mogelijk is daarbij de 19de-eeuwse kern van de woning bewaard zie gevelindeling, dakhelling en dakhoogte. In de periode 1965-1969 worden ook de andere panden (nummers 6 en 8) ge-/verbouwd, zo onder meer het nummer 6 door de Harelbeekse architect José Destrebecq.

In 1983 laat nieuwe eigenaar Pierre Lano de broeikas en de uitbreiding van 1863 tegen de zijgevel van het 18de-eeuwse volume (kant Stationsstraat) afbreken. Vandaag is het herenhuis ingericht als restaurant De Mart.

Beschrijving

Imposant hoekpand op L-vormige plattegrond uit het begin van de 18de eeuw doch langs de Gentsestraat circa 1850 uitgebreid en afgewerkt met een classicistische gevel met statige koetspoort.

Wit beschilderde en verankerde baksteenbouw afgedekt door zadeldaken met grijze, Vlaamse pannen. Bepleisterde en wit beschilderde lijstgevel gedomineerd door de koetspoort met vleugeldeuren, balkon met smeedijzeren leuning en bovenliggende bakstenen balkonuitbouw met balusterleuning. Typerende geleding van de ganse begane grond door Franse voegen boven een arduinen plint. Rechthoekige vensters in geprofileerde omlijstingen. Omlopende kroonlijst op modillons. Tuingevel van het hoofdvolume (kant Gentsestraat): licht geel beschilderde bakstenen gevel met één segmentboogvenster en een later er tegenaan gebouwde lagere uitbreiding met eertijds oranjeriefunctie zie beglazing op een oude foto; thans aangepaste openingen en vernieuwd houtwerk.

Tweeledige, schuin geplaatste zijgevel aan de Stationsstraat van wit beschilderde baksteen op gecementeerde, grijs beschilderde plint. Eerste gedeelte van de gevel is blind, het tweede is regelmatig verankerd en geritmeerd door kleine openingen in geriemde omlijstingen. Achtergevel van het volume aan de Stationsstraat: tuitgevel met schouderstukken en muurvlechtingen. 19de-eeuwse rechthoekige vensters in geprofileerde omlijstingen. Tuingevel van het volume aan de Stationsstraat: classicistische, bepleisterde en thans licht geel beschilderde gevel van negen traveeën waarvan de drie middelste geaccentueerd door een licht risaliet, een fronton met oculus en aflijnende muurpilasters. Segmentboogopeningen in fijne geriemde omlijstingen waaronder centraal een deurvenster en een bovenliggend balkonvenster met sierlijke balkonleuning met ingewerkte initialen "JAC", verwijzend naar de eigenaar (mogelijk bouwheer) circa 1733 met name Jacques Augustinus Courtens.

Interieur. Schaars bewaarde interieurelementen onder meer bewaarde balkenroostering en 18de-eeuwse schouwboezem op verdieping, doch mogelijk zijn nog gedeeltes van het oorspronkelijke interieur bewaard achter de aankleding van het gebouw in functie van de huidige bestemming als restaurant. Op de verdieping is in de vergaderzaal aan de straatkant een voormalige buitenmuur zichtbaar, zie uitbreiding van het 18de-eeuwse huis rond het midden van de 19de eeuw.

Grotendeels bewaarde en deels getelmerkte kapconstructie. Kelderruimte met tongewelf, de overige kelderruimtes zijn recenter.

  • Archief Ruimtelijke Ordening West-Vlaanderen - Onroerend Erfgoed, Archiefnr. W/00294.
  • Archief Technische Dienst Harelbeke, Bouwaanvragen: Harelbeke, 1965/75, 1965/76.
  • Kadasterarchief West-Vlaanderen te Brugge, 207: Mutatieschetsen, Harelbeke, 1853/3, 1863/30, 1882/5, 1883/5, 1884/23, 1944/10, 1947/11, 1950/22, 1969/14, 1983/16.
  • Rijksarchief Kortrijk, Kerkarchief Harelbeke, nummer 15808: Renteboek van de heerlijkheid Overacker met kaarten op papier, 1607.
  • Rijksarchief Kortrijk, Kaarten en Plannen, nummer 505: Ontwerpplan van de steenweg tussen Brugge en de Leie, te Harelbeke en Sint-Eloois-Vijve, 18de eeuw.
  • Beelden uit het verleden, Harelbeke-Bavikhove-Hulste-Stasegem, Harelbeke, 1978, p. 28.
  • CAUWE R., Harelbeke in oude prentkaarten waarin ook enkele afbeeldingen van Stasegem, Zaltbommel, 1972, nummers 16-17, 21.
  • CORNILLY J., Monumentaal West-Vlaanderen. Beschermde monumenten en landschappen in de provincie West-Vlaanderen, Brugge, 2001, p. 48.
  • Harelbeke grafelijke stad, Harelbeke, 2003, p. 237.
  • MATTON A., De Gouden Boom, in Harelbeke Open Monumentendag, 15 september 1991, Harelbeke, 1991.
  • OPSOMER J., BAERT W., e.a., Brouwerijen en herbergen, Harelbeke-Stasegem, in De Roede van Harelbeke (De Leiegouw), nummer 24, Harelbeke, 2005, p. 85.
  • Uit eigen streek: Een dorp in de West, Harelbeke, De stad der Forestiers, in Curiosa, volume 38, nummer 376, 2000, p. 15.
  • VANDENHENDE P., De familie Courtens in Harelbeke. Studie van hun persoonlijk leven en leefwereld 17de-19de eeuw, in De Roede van Harelbeke (De Leiegouw), nummer 15, Harelbeke, 1995, p. 80-81.

Bron: VANWALLEGHEM A. & CREYF S. 2009: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Harelbeke, Deel I: Stad Harelbeke, Deel II: Deelgemeenten Bavikhove en Hulste, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL42, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Vanwalleghem, Aagje; Creyf, Silvie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Hoekpand De Gouden Boom [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/205058 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.