Station 5de klasse op spoorlijn 35 (Leuven - Hasselt), gebouwd door spoorwegmaatschappij Grand Central Belge na de aanleg van de spoorlijn rond 1864 (kadastrale registratie). Samen met Boechout het enige overblijvend exemplaar van dit stationstype. Gelegen even ten noorden van de Demer, aan de noord-zuid lopende Ernest Claesstraat die de spoorlijn kruist.

Het bestond uit een dienstwoning van twee bouwlagen geflankeerd door een éénlaagse aanbouw van zes traveeën aan de oostzijde (stations 6de klasse hadden er slechts drie). Later werd het gebouw verlengd, zowel oost- als westwaarts. Gelegen aan een stationsplein met voormalig café. In 1894 werd er een aftakking naar Scherpenheuvel gemaakt (spoorlijn 30, nu opgebroken), en in 1900 opende men de tramlijn Zichem-Mol (opgeheven in 1949). Zichem station groeide zo uit tot een verkeersknooppunt. De buurtspoorwegen bouwden tegenover het station aan de overkant van de spoorweg bakstenen loodsen, een recent gesloopt pompgebouw (nu containerpark), en in 1906 een eigen station, Ernest Claesstraat 88-90. In de buurt ontstond een kleine stationswijk met enkele burgerwoningen en herbergen.

Bakstenen gebouw op gecementeerde plint, neoclassicistisch reminiscenties. Centraal onderkelderde dienstwoning (diephuis) van drie traveeën en twee bouwlagen onder kunstleien zadeldak (nok dwars op de spoorlijn). Puntgevel gekenmerkt door hoeklisenen, doorgetrokken blauwe hardstenen imposten op het gelijkvloers, een bakstenen puilijst doorbroken door centraal gevelpaneel met bakstenen lijst (met recent paneel "Zichem"). Gevelbeëindiging met fronton, centraal oeil-de-boeuf. Op het gelijkvloers rondboogvensters met waterlijstje en blauwe hardstenen lekdrempels. Op de verdieping rechthoekige vensters met vlakke licht verheven bakstenen omlijsting, blauwe hardstenen lekdrempels. Vernieuwd schrijnwerk.

Aan weerszijden van de dienstwoning iets terugwijkende zijvleugels van acht traveeën (links) en zes traveeën rechts, één bouwlaag onder kunstleien zadeldak (nok evenwijdig aan de spoorlijn). Gecementeerde plint, vensters en deuren zoals op het gelijkvloers van de dienstwoning. Fasegewijs tot stand gekomen (bouwnaden), enkele vensters waren oorspronkelijk deuren. Vernieuwd schrijnwerk. Houten kroonlijst.