erfgoedobject

Kasteel van Wijer

bouwkundig element
ID
22638
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/22638

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Kasteel van Wijer
    Deze vaststelling is geldig sinds

Beschrijving

Kasteel van Wijer, verblijfplaats van de Heren van Wijer-Kozen, met ten noordwesten, buiten de vestinggracht, de kerk, en ten zuidoosten de hoeve, het vroegere laathof der plaatselijke heren. Laatgotische burchttoren tijdens de 1ste helft van de 16de eeuw(?) gebouwd door Teynard de Kerckhem (gestorven 1554); in 1657 verbouwd door Arnold de Kerckhem, burgemeester van Luik in 1661, gehuwd met zijn nicht Anne-Marie van Kerckhem (beide wapenschilden in de gevelsteen boven de poort); uit die periode stammen de kasteelhoeve, de inrijpoort (vroeger met ophaalbrug) en de woning onder wolfsdak. Tijdens de 2de helft van de 17de eeuw wegens schulden verkocht aan de landcommandeur van Alden Biesen, doch vanaf 1699 in het bezit der familie van Afferden, die het in 1830 verkocht aan de familie de Diest. Sinds 1880 was J. Jacquelart in het bezit van het kasteel en bracht tal van neogotische verbouwingen aan; huidige toestand, daterend van 1910; thans in het bezit der familie Willems.

Van het omgrachte kasteel bleef alleen de donjon met traptoren uit de 16de eeuw over; aan de zuidzijde, tegen de donjon aanleunend, een rechthoekig gebouw met 18de-eeuws volume (dak), doch oudere kern (noordgevel), grondig verbouwd in de 19de eeuw; ten noorden, een neogotische terrasconstructie. De omgrachting is nog steeds aanwezig; een bakstenen brug met drie rondbogen leidt eroverheen, en verbindt het kasteel met de kasteelhoeve.

Het geheel ligt in een gave, boomrijke omgeving. Rechthoekige donjontoren van drie traveeën en drie bouwlagen onder platdak voorzien van neogotische kantelen met onderlijnende boogfries. Bakstenen gebouw, onderkelderd en voorzien van een sokkel met mergelstenen afzaat; gesmeed ijzeren muurankers van verschillende vormen uit verschillende perioden; mergelstenen banden.

De oostgevel (de voorzijde) is voorzien van zes voorheen deels beluikte kruiskozijnen van Gobertangesteen waaruit tussendorpel en -stijl verwijderd werden; omlijsting van negblokken met kwarthol beloop; de lekdrempels zijn latere toevoegingen; ontlastingsboog van een rollaag; de bovenvensters hebben een licht uitspringende druiplijst. De gekasseide oprit leidt naar een rondboogpoort, boven de druiplijst gedateerd 1657; de poort bevindt zich in een verdiept vlak van de rechthoekige, kalkstenen omlijsting, die voorzien is van negblokken en een geprofileerde druiplijst; links en rechts, boven de druiplijst, lelie-motieven (?) gesculpteerd in kalksteen; ertussen een paneel met het jaartal, geflankeerd door rankwerk-volutes, die een korte druiplijst dragen; hierboven twee wapenschilden met lelies met het opschrift: KERCKHEM/ KERCKHEM; ook deze steen is met een druiplijst afgelijnd.

De noordgevel gaat gedeeltelijk schuil achter het terras; een kloosterkozijn met behouden middenkalf, en een kruiskozijn, beide als hoger beschreven.

De westgevel is blind; hier werd de vierkante traptoren tegenaan gebouwd, die met één bouwlaag uitstijgt boven de donjon; hij is voorzien van kleine rechthoekige vensters in een geprofileerde omlijsting van Gobertangesteen met negblokken; neogotische kantelen. Twee kloosterkozijnen met diefijzers in het bovenste gedeelte der zuidgevel; aanleunend, twee bakstenen gebouwen uit een latere periode of sterk aangepast, onder lessenaarsdaken (mechanische pannen, kunstleien).

Het aanleunend, vierkante gebouw tegen de westgevel van de donjon telt twee en drie traveeën en twee bouwlagen onder wolfsdak (mechanische pannen). Bakstenen gebouw met een verhoogde begane grond, aan de zuidzijde door twee steunberen gestut; gesmeed ijzeren muurankers van verschillende vormen; de gevels werden grondig aangepast en in 19de eeuw voorzien van rechthoekige muuropeningen; in de westzijde schijnt een klein, rechthoekig venster in een met negblokken afgewerkte omlijsting bewaard.

Het neogotische terras vertoont sporen van een oudere kern, die echter niet meer te achterhalen is.

In de donjon, gotische schouw en voor de zoldering der begane grond een barok stucwerk met wapenschilden (familie van Afferden) , gedateerd 1716.

  • DANIELS P., Quelques notes historiques sur Cosen (L'Ancien Pays de Looz, 4, 1900, pagina 76-77).
  • DE DIJN C.G., Monumentenroutes 1975 (Kunst en Oudheden in Limburg), Hasselt, 1975, pagina 20.
  • Familiearchief WILLEMS, ongepubliceerde gegevens.

Bron: SCHLUSMANS F. met medewerking van GYSELINCK J., LINTERS A., WISSELS R., BUYLE M. & DE GRAEVE M.-C. 1981: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Hasselt, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 6n2 (He-Z), Brussel - Gent.
Auteurs: Schlusmans, Frieda
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Is gerelateerd aan
    Parkje van het kasteel van Wijer

  • Is deel van
    Wijer


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Kasteel van Wijer [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/22638 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.