Gesloten hoeve uit de tweede helft van de 19de eeuw in plaats van een langgestrekte hoeve met kleine dienstgebouwen, zie Atlas van de Buurtwegen (1844). Het oudste gedeelte is het woonhuis aan de noordwestzijde van het erf. Gebouw van acht traveeën en een bouwlaag onder zadeldak (nok loodrecht op de straat); stijl- en regelwerk met witgekalkte, lemen vullingen; verhoogde bakstenen stoel. Ten dele versteende erfzijdegevel; drie beluikte vensters en een zolderluik. Kleine vensters in de achtergevel, en opkamer in de rechtertravee Versteende zijgevel aan straatzijde. Voorts versteende stalvleugels.