erfgoedobject

Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw met kerkhof

bouwkundig element
ID
45298
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/45298

Juridische gevolgen

Beschrijving

Georiënteerde kerk omringd door een klein min of meer ovaal kerkhof omsloten door een lage bakstenen kerkhofmuur met ezelsrug; ten westen toegang via ijzeren hek van 1869 aan vierkante hardstenen pijlers met dito bolbekroning en ten noordoosten eenvoudig hekje. Op kerkhof, eertijds beplant met coniferen, nog enkele behouden arduinen grafzerken en monumenten. Ter hoogte van de rechtse hekpijler van de hoofdtoegang, een roepsteen van ijzerzandsteen. Reeds sinds de 16de eeuw befaamd Mariaal bedevaartsoord.

Historiek

Een eerste kerkje, een romaans eenbeukig zaalkerkje, dateert uit eind 11de of begin 12de eeuw. De kerk werd immers voor de eerste maal vermeld in een oorkonde van 1108 waarbij bisschop Odo de schenking bevestigde van de kerk aan de Sint-Pietersabdij. Kruisingstoren en transept heropgebouwd in Scheldegotiek in het laatste kwart van de 13de eeuw. Polygonaal afgesloten koor vermoedelijk uit het tweede kwart van de 14de eeuw. Zware schade tijdens godsdienstoorlog. In de 17de eeuw belangrijke herstellingswerken en uitbreidingen, onder meer circa 1613 bouw van het merkwaardige dakgebint, verhogen van de zijmuren van de beuk in baksteen en vervangen van de vensters, vernieuwen van de westelijke gevel, later in de 17de eeuw bouw van de doopkapel tegen de oostelijke koorpartij, nieuwe klokkenstoel en plaatsen van een nieuw hoofdaltaar tegen gedicht koorvenster. In 1721 werd de zoldering van de beuk gepleisterd, in 1752 bouw van sacristie. Begin 19de eeuw aanvulling van mobilair met stukken uit de gedesaffecteerde kerk van de abdij van Maagdendale in Oudenaarde. Verschillende restauratiecampagnes in de eerste helft van de 20ste eeuw onder leiding van architect F. Van Severen (Dendermonde) en in de jaren 1970 onder leiding van architect J. Ysabie (Gent).

Beschrijving

De plattegrond ontvouwt een eenbeukig schip van zeven traveeën, een transept met één uitspringende travee, een rechthoekige doopkapel in de oksel van de noordelijke transeptarm, een koor van twee traveeën en driezijdige sluiting en ten zuiden een rond traptorentje en sacristie. De nog bewaarde romaanse beuk is opgetrokken uit veldsteen, deels ijzerzandsteen, deels kalksteen, verhoogd met baksteen en wordt afgedekt door een leiendak. Vroeggotisch transept en kruisingstoren van Doornikse kalksteen. Doopkapel van Ledische zandsteen en baksteen. Koor van Ledische zandsteen. Westelijke gevel van baksteen met zandstenen speklagen en dubbele versneden hoeksteunberen, uit de 17de eeuw. Sporen van vroeger spitsboogportaal. Huidig korfbogig portaal van circa 1866 in geprofileerde zandstenen neogotische omlijsting, erboven hoog drieledig spitsboogvenster met origineel zandstenen maaswerk. Zijgevels met sporen van gedichte rondboogvensters uit de 12de eeuw, bij restauratie gedeeltelijk vrijgemaakt, en twee gotische spitsboogvensters in zandstenen omlijsting en met neogotische tweeledige tracering. Noordelijke gevel voorheen door uitspringende baksteenkoppen gedateerd 1613; in de oksel met de transeptarm, doopkapel onder lessenaarsdak. Zuidelijke gevel, gestut door drie steunberen en voorzien van gedicht portaaltje in rondboogvormige omlijsting rustend op monolietzuiltjes met bladkapiteel.

Zware vierkante kruisingstoren uit de 13de eeuw met ten zuidoosten een rond traptorentje uit begin 20ste eeuw te bereiken vanuit het koor. Galmgaten in de vorm van een drielicht gevat in een gedrukte spitsboog, geflankeerd door gekoppelde rondboogvormige blindnissen. Tentdak bekroond met twee ijzeren kruisen op bollen en met windvaan. Transeptgevels op de hoeken versterkt door versneden steunberen. Puntgevels verlicht door spitsboogvenster; erboven voorzien van beeldnis, ten noorden met Onze-Lieve-Vrouwebeeldje van 1966 van links De Groote (Zottegem), ten zuiden bekroond door stenen kruis. Zuidelijke transeptarm met gedichte spitsboogvormige muuropeningen op begane grond in het zuiden en de westelijke gevel. Noordtranseptarm met gedicht spitsboogvenster in oost- en westgevel. In de noordwestelijke hoek van beuk en transept, doopkapel van Ledische zandsteen met korfbogig deur in zandstenen omlijsting en rechthoekig venster. Koor met steunberen, gedichte gotische spitsboogvensters en 18de-eeuwse steekboogvensters; leien dak eveneens bekroond door smeedijzeren kruis. Tegen dichtgemetseld oostelijk koorvenster, calvarie onder afdakje, houten neogotisch Christusbeeld uit begin 20ste eeuw en stenen calvariebeelden van 1969 ter vervanging van de houten 17de-eeuwse beelden, thans binnenin de kerk, sporen van ossenbloedkleurige achtergrond. Ten zuiden, sacristie opgetrokken uit baksteen met zandsteen voor de hoekkettingen en de vensteromlijsting, afgedekt door lessenaarsdak (leien). Op sluitsteen van steekboogvenster gedateerd 1752.

Interieur

Tochtportaal van 1869. Zwarte marmeren vloer in het schip van 1774; witte en zwarte marmeren vloer in koor van 1770-72. Doksaal van 1866. De eiken lambriseringen in het schip met ingewerkt koorgestoelte dateren van 1781-88 en zijn, evenals de tot marmeren zijaltaren herwerkte koorafsluiting en de koorlambriseringen, afkomstig van de abdijkerk van Maagdendale, verkocht circa 1810. Vlak afgedekte beuk met bepleisterd plafond uit de 18de eeuw, verdeeld in zeven panelen met stucversiering, centraal met Heilige Geest-duif, ten westen met jaartal 1721. Dakgebint van vier vakken vermoedelijk daterend van circa 1616. Bepleisterde kruisriboverwelving in kruising, transept en koor. Zware kruisingspijlers met spitsbogige arcade. Eiken sacristiedeur met koperen beslag onder andere slotplaat in de vorm van een dubbele arend.

Mobilair. Schilderijen: Geboorte van Christus door A. Van Den Heuvel van 1649 boven hoofdaltaar; Maria bezoekt haar nicht Elisabeth, 17de eeuw; Heilige Anna-te-Drieën, 17de eeuw.

Beeldhouwwerk: Miraculeus gekleed houten beeld Onze-Lieve-Vrouw met Kind, vermoedelijk uit 15de eeuw en voorzien van barokke troon van P. De Voocht van 1669, beeld herbekapt in de 17de eeuw; houten beeld van Onze-Lieve-Vrouw met kind van J. Du Bis, 17de eeuw, in beeldnis boven hoofdaltaar; de witgeschilderde houten beelden van profeet Isaias en Heilige Johannes de Doper door J. Du Bis, 17de eeuw; geschilderd houten beeld van Onze-Lieve-Vrouw met kind uit 16de of 17de eeuw, in beeldnis boven het noordelijke zijaltaar; Heilige Anna-te-Drieën, witgeschilderd hout, 17de eeuw; witgeschilderd houten beeld van Heilige Martinus van Tours uit 15de eeuw; monnik, vermoedelijk Heilige Bernardus van Clairvaux, 17de eeuw; Heilige Bisschop, 17de eeuw; eiken Onze-Lieve-Vrouwebeeld van 1611-12 afkomstig van nis in Noordtranseptgevel; beelden van calvarie uit de 17de eeuw, oorspronkelijk aan de oostelijke gevel van koor, met inbegrip van een balk voorzien van drie doodshoofden en de passiewerktuigen en een witgeschilderd lindehouten beeld van Christus in het graf door P. De Voocht (Gent) uit het tweede kwart van de 17de eeuw; Kind Jezus op wereldbol door J.C. De Rycke (Gent), 19de eeuw; twee polychrome houten beelden, het Heilig Hart van Christus van 1871 en de Heilige Jozef van 1877.

Hoofdaltaar door J. Van Heerweghe van geschilderd en gemarmerd hout van 1645-48 met portiek met getorste zuilen, tombe en trommeltabernakel van verguld en verzilverd hout uit eind 18de eeuw. Noordelijk zijaltaar van Onze-Lieve-Vrouw en Heilige Anna en zuidelijk zijaltaar, in wit en zwart marmer, gemaakt uit de koorafsluiting van de abdijkerk van Maagdendale in Oudenaarde uitgevoerd door J. Martens (Gent) naar ontwerp van A. van den Hende en Ph. van der Meersch (Oudenaarde) in 1781-88, confer wapenschilden in tombe van het zuidelijke zijalataar, vermoedelijk overgeplaatst in 1806-10.

Marmeren lambriseringen in het koor, 24 panelen in Lodewijk XVI-stijl uit de tweede helft van de 18de eeuw. Eiken lambriseringen tegen de kruisingspijlers en in de transeptarmen, aansluitend bij de 18de-eeuwse biechtstoelen en de deuren van ingemaakte kasten van 1866. Eiken lambriseringen in het schip, tegen de zijmuren, de westelijke muur, met inbegrip van het oorspronkelijke ingewerkte koorgestoelte uit de kerk van de abdij van Maagdendale van Oudenaarde door A. van den Hende en Ph. van der Meersch van 1781-88, naar hier overgeplaatst circa 1810; voorzien van twee panelen met gesculpteerde kerkelijke trofeeën en de wapenschilden van de abdij van Maagdendale en de laatste abdis A. Magherman, het geheel afgelijnd met een gekorniste kroonlijst.

Eiken koorgestoelte in classicistische stijl uit eind 18de eeuw. Communiebank met balustrade van wit en zwart marmer van 1770-72. Eiken kansel door D. De Staercke (Nederbrakel) van 1733 tegen de zuidwestelijke kruisingspijler, kuip rustend op een allegorisch eiken beeld van de Kerk op een zwartmarmeren sokkel. Twee eiken biechtstoelen in rococostijl vermoedelijk door schrijnwerker D. De Staercke (Nederbrakel) van circa 1740, met medaillons van Heilige Petrus en Maria-Magdalena. Orgel van P.A. Van Dinter (Maaseik) van 1866. Arduinen doopvont op vernieuwd zandstenen voetstuk uit 15de of 16de eeuw en met koperen deksel van 1842. Geschilderde kruisweg door L. Vekeman (Zottegem) van 1864, nu gestapeld op doksaal.

Verschillende oude grafstenen en epitafen uit voornamelijk 18de eeuw, onder andere in transept, kruising, de oostelijke gevel van het koor en het kerkhof.

  • Roborst, Pastorie, Liber Memorialis.
  • DEMEY A. 1977: Eenbeukige Romaanse kerken in Oost-Vlaanderen, in Kultureel Jaarboek voor de provincie Oost-Vlaanderen, Bijdragen Nieuwe Reeks - Nummer 5, Gent, 113-122.
  • DE NOYETTE G. & HOEBEKE M. 1994: Dorpsbeelden uit het verleden, Zwalm, Nazareth, 41-42.
  • DE WOLF K. sine dato: Romaanse bouwkunst (1000-1225), Architectuurgids Zuid-Oost-Vlaanderen, Zottegem, 66-67.
  • DE WOLF K. 1997: Gotische bouwkunst, Vroeg, laat- en postgotiek & invloeden van de renaissance (1225-1625), Architectuurgids Zuid-Oost-Vlaanderen, Zottegem, 59-60.
  • DHANENS E. 1971: Kanton Sint-Maria-Horebeke, Tekst, Inventaris van het Kunstpatrimonium van Oost-Vlaanderen, VII, Gent, 198-230.
  • DHANENS E. 1971: Kanton Sint-Maria-Horebeke, Illustratie, Inventaris van het Kunstpatrimonium van Oost-Vlaanderen, VIII, Gent, afbeelding 331-385.
  • DU CASTILLON L. 1938: L'Eglise de Roosebeke-sur-Zwalm, in Revue du Touring Club de Belgique, XLIV, 1, 5-8; XLIV, 2, 27-30.
  • HEINS A. 1903-04: Vieux coins en Flandre, II, Gent, plaat 106.
  • PIETERAERENS M. 1999: Maagdendale (Vloesberg en Oudenaarde-Pamele), Van Beaupré tot Zwijveke, Cisterciënzers in Oost-Vlaanderen (1200-1999), Gent, 94-101.
  • VAN DEN ABEELE-BELLON R. 1973: Een greep uit Oostvlaamse landelijke kerken, De O.-L.-Vrouwekerk te Rozebeke, Toerisme in Oost-Vlaanderen, XXII, 3, 45-49.
  • VANDENBUSSCHE-VAN DEN KERCKHOVE C. 1980: Fotorepertorium van het meubilair van de Belgische bedehuizen, Provincie Oost-Vlaanderen, Kanton Brakel, Brussel, 38-42.

Bron: BOGAERT C., DUCHÊNE H., LANCLUS K. & VERBEECK M. 2000: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Oost-Vlaanderen, Gemeenten: Brakel, Horebeke, Kruishoutem, Lierde, Zingem en Zwalm, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 15n4, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Lanclus, Kathleen
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw met kerkhof [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/45298 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.