is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw Ten Hemel Opgenomen
Deze vaststelling is geldig sinds
omvat de aanduiding als beschermd monument Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw Ten Hemel Opgenomen: Toren
Deze bescherming is geldig sinds
is deel van de aanduiding als vastgesteld bouwkundig erfgoed Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw Ten Hemel Opgenomen en omgeving
Deze vaststelling is geldig sinds
is deel van de aanduiding als beschermd stads- of dorpsgezicht, intrinsiek Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw Ten Hemel Opgenomen en omgeving
Deze bescherming is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw ten hemel opgenomen
Deze vaststelling was geldig van tot
Georiënteerde kerk met omringend voormalig kerkhof, ontruimd in 1980-1987, afgezoomd door middel van oude beuken en esdoorns. Toegangsdreef aan de westzijde (Kerkstraat) met aan weerszijden oude leilinden. Ten westen en ten zuiden nieuw aangelegde grasvlakte met enkele bewaarde grafmonumenten (laatste kwart 19de eeuw/ eerste helft 20ste eeuw) onder meer van Robert Van Wynendale en neo-renaissancistisch praalgraf van de familie Ghys (beide links van de toegangsdreef). Ten zuiden van de kerk, graf van de familie Heyvaert, en monument ter nagedachtenis van de burgerlijke en militaire slachtoffers van beide Wereldoorlogen en de opgeëisten van de Tweede Wereldoorlog, arduinen beeldhouwwerk van stervende soldaat. Ten noorden van de kerk, recent standbeeld van Eugeen van Oye (1840-1926). Ten noorden, parking in betonklinkers. Ommegang van vier gewitte bakstenen kapelletjes (mogelijk uit de jaren 1940) met taferelen uit het leven van de Heilige Godelieve. Tableaus in keramiektegels, gevat in een omlijsting van gesinterde en rode baksteen. Afbeeldingen: ten noordoosten, 'Godelieve en de leraren', ten noordwesten, 'Godelieve met edelman', ten zuidwesten, 'Godelieve met kleed zonder naad', ten zuidoosten, 'wurging van de Heilige Godelieve'. In de koorsluiting, vergelijkbaar tableau met voorstelling van 'het huwelijk van de Heilige Godelieve met Bertolf, heer van Gistel', boven het tegeltableau de 'vier kronen' van de Heilige Godelieve.
Links voor de kerk, maquette van "Het verdwenen gravenkasteel en de kruiskerk naar de 17de-eeuwse gravure van Sanderus" (Jeffrie Devriese, 1994). Archeologische resten van dit gravenkasteel waarvan de ruïnes circa 1832 definitief gesloopt werden, zijn bewaard ten zuiden van de kerk, aansluitend bij de Markt.
Neogotische hallenkerk van 1853-1867, opgetrokken ter vervanging van het vervallen gotische kerkgebouw. Oude kerk aangeduid op kaart van Van Deventer (circa 1569), de Sanderusgravure (1641), de Ferrariskaart (1770-1778) en op de Atlas der Buurtwegen (circa 1843). Van de oude kerk bleef enkel de gotische toren(romp) bewaard. Kerk toegewijd aan Onze-Lieve-Vrouw, doch bedevaartkerk voor de Heilige Godelieve zie graflegging en relieken in de Godelievebeuk.
Eerste vermelding in 988 in de pauselijke bul van Johannes XV, gericht aan bisschop Liudolf van Noyen-Doornik die tevens het patronaatsrecht van de kerk bezat. Bouw van de eerste bidplaats te situeren in de 10de of 11de eeuw in het kader van de regressie van de zee, mogelijke ontwikkeling uit een vroegere castrale kapel. Rond 1400 was ze uitgegroeid tot een kruiskerk met twee zijbeuken en een transept, ze bezat 21 altaren en 8 kleine kapellen. Ze werd verwoest bij een brand, aangestoken door de Duitse legers van Maximiliaan Van Oostenrijk op 31 januari 1488. Vanaf 1500 werd de kerk herbouwd met steun van de heer van Gistel, de bewaarde toren(romp) zou uit die periode dateren. Plundering en vernieling door de Geuzen in 1581. Belangrijke herstellingswerken aan de toren en het hoogkoor werden uitgevoerd in 1611 met steun van de aartshertogen Albrecht en Isabella en de abt van Sint-Andries bij Brugge, die het patronaatschap van de kerk verkregen had. Herinrichting van de kerk in 1657 met steun van Jean François Affaitati. De beuken van de kerk werden nooit hersteld (archeologische site bewaard ten westen van de huidige kerk).
Na afbraak van het oude kerkgebouw - op de toren na -, startte men op 15 juni 1853 met de bouw van de nieuwe neogotische bidplaats onder leiding van architect P. Buyck, de plattegrond van de oude kerk werd min of meer behouden. Inwijding van de nieuwe kerk op 8 juni 1867. Afbraak van de oude bakstenen torennaald en heropbouw van een nieuwe torennaald van gele Nieuwpoortse baksteen in 1905-1906. Bouw van vier kleine nissen tegen de zuidbeuk (Godelievebeuk) in 1928 door architect T. Raison (Brugge) en tevens aanbouw van de doopkapel. Vervanging van het imposante timpaan van het voorportaal door een vlakke gevel met rosas in 1933. Bescherming van de oude toren in 1937. Afbraak van de torennaald in 1966, heropbouw in 1970-1971 door architecten P. Pauwels (Kortrijk) en P. Viérin (Brugge). Vernieuwing van het hoogkoor en het interieur in 1967. Archeologische waarnemingen die gebeurden tijdens de ontruiming van het kerkhof (1980-1987), bevestigden het bestaan van de 12de-eeuwse romaanse basilicale kerk en de 14de-eeuwse hallenkerk.
De plattegrond ontvouwt: een driebeukig schip van vijf traveeën, met westelijk voorportaal en ingebouwde westtoren. Oneigenlijk transept met rechte sluiting, refererend aan het transept van de oude kerk. Koor van één rechte travee met driezijdige sluiting. Polygonale doopkapel in de oksel van het voorportaal en het noordtransept. Zuidoostelijke sacristie en noordoostelijke stookplaats.
Rode baksteenbouw op arduinen sokkel, gebruik van natuursteen in de toren. Geheel onder leien zadeldaken.
Gotische toren van circa 1500. Bakstenen onderbouw met witstenen hoekkettingen. Klokkenverdieping van witsteen, gemarkeerd door spitsbogige galmgaten gevat in korfboognissen met doorgetrokken accoladeboogvormige druiplijst. Bakstenen torenspits met dito polygonale hoektorentjes met bakstenen spits.
Hoog voorportaal in puntgevel: breed korfboogportaal, geflankeerd door kleine portalen waarboven oculus; boven het hoofdportaal nis met beeld Onze-Lieve-Vrouw en rosas (1933). De haaks op elkaar gestelde steunberen met versnijdingen lopen op in bekronende polygonale hoektorentjes met bakstenen spits en waterspuwers (referentie aan de hoektorentjes van de toren). Portaaldeuren met ijzeren beslag. De transeptarmen herhalen de puntgevel van het voorportaal, blinde spitsboogvensters. De haaks op elkaar gestelde steunberen lopen op in een vierkant hoektorentje (bekroning verwijderd ?). Ritmering van schip en koor door middel van versneden steunberen en spitsboogvensters met arduinen monelen in een geprofileerde bakstenen omlijsting met dito druiplijst. Bij het koor aansluitende zuidoostelijke sacristie en noordoostelijke stookplaats, betraliede rechthoekige muuropeningen met sierlijke druiplijst. Een viertal grafstenen in de westgevel van de zuidelijke beuk, onder meer herstelde grafsteen van 1540 van de familie d' Affaitati, voorts grafstenen uit de 18de en de 19de eeuw.
Interieur
Tochtportaal. Eenvoudig witbepleisterd interieur, schip geritmeerd door scheibogen op arduinen zuilen met kapiteel met florale motieven. Houten spitstongewelven met ribben.
De rechter zijbeuk is toegewijd aan de Heilige Godelieve: het altaar en de vier uitgespaarde korfboognissen (1928) met waterput, graflegging en twee reliekschrijnen, evenals de kleine glasramen refereren aan het leven van de Heilige. Tussen de nissen, zeven kleine rechthoekige schilderijen van omstreeks 1700 met taferelen uit het leven van de Heilige.
De linker zijbeuk is toegewijd aan Onze-Lieve-Vrouw.
Meubilair. Zuidelijk zijaltaar (portiekaltaar, circa 1700) toegewijd aan de Heilige Godelieve van Gistel. In de attiek beeldengroep met voorstelling van de wurging van de Heilige Godelieve door Hacca en Lantbert. Beelden in gips van de Heilige Donatus en Arnoldus van Soissons.
Noordelijk zijaltaar (portiekaltaar) toegewijd aan Onze-Lieve-Vrouw. In de attiek beeld van Sint-Anna-ten-Drieën, eronder ovaal met geschilderde voorstelling van het Laatste Avondmaal. Altaarstuk (1640, gepolychromeerd hout) met voorstelling van Onze-Lieve-Vrouw van de Rozenkrans die verschijnt aan een Dominicaan van Soriano.
Reliekschrijn: sarcofaag van circa 1820, bekroond met een borstbeeld van de Heilige met wurgdoek om de hals, op de tombe reliëf met voorstelling van de wurging.
Reliekschrijn van circa 1913 bevat de resten van het skelet van de Heilige. Twee biechtstoelen in de noordelijke beuk. Orgel (circa 1980) in Franse eik vervaardigd door de firma Loncke (Esen-Diksmuide).
Neogotisch koorgestoelte en communiebank. Preekstoel (eikenhout) uit de 17de eeuw met op de kuip cartouches met bustes van de Heilige Godelieve van Gistel en de Heilige Mattheus.
Schilderijen in de noordelijke beuk van Hendrik De Clerck (1570-1630) en Lodewijk de Deyster (Brugge, 1656-1711).
Bron: VANNESTE P. met medewerking van DE LEEUW S. 2003: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Gistel, Deelgemeenten Moere, Snaaskerke en Zevekote, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL3, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Vanneste, Pol
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Kerkstraat
Is deel van
Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw Ten Hemel Opgenomen en omgeving
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw Ten Hemel Opgenomen [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/52046 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.