Belforttoren, gelegen te midden van het Marktplein. Aan de zuidoostelijke zijde gemarkeerd door het oorlogsgedenkteken van de Eerste Wereldoorlog onthuld op 15 juli 1923. Het monument werd ontworpen door stadsarchitect Joseph Demeere en Godfried Devreese (beeldhouwwerk) en uitgevoerd door Fonderie Nationale des Bronzes, St. Gilles-Bruxelles.
Het belfort was een onderdeel van de kleine of oude halle. Het hallegebouw bestond in feite uit twee delen: het belfort, Halletoren of "het Halleke" genoemd, en de lakenhalle zelf. Na de ingebruikname van de Nieuwe of Grote Hallen in 1540, gebouwd door de Antwerpenaar Pieter Theels op het huidige Schouwburgplein, werd het enkel nog gebruikt voor de detailhandel van allerlei goederen tijdens de maandag- en de jaarmarkten.
Het huidige uitzicht van de Halletoren werd voornamelijk bepaald in 1520 met de heropbouw van het bovendeel en in 1899 met de afbraak van de omringende gebouwen.
BOUWGESCHIEDENIS
Wanneer de eerste halle in Kortrijk ontstaan is, is niet duidelijk. De oudste vermelding van de aanwezigheid van een halle gaat terug tot 1248.
1377: uitbreiding van de Halle.
1382: slag van Westrozebeke; de halle wordt deels vernield door brand. Na de Slag wordt de slagautomaat samen met de klok en het uurwerk door Filips de Stoute als oorlogsbuit meegenomen en geschonken aan de stad Dijon, waar de uurslager op de toren van de O.-L.-Vrouwekerk geplaatst wordt.
1390-1395: heropbouw van de halle.
1395: plaatsen van een nieuw uurwerk en klok gegoten door Jan de Leenknecht. Beeldhouwer en schilder Rogier van der Poerten vervaardigde een nieuwe uurslager. Op het einde van de 15de eeuw waren er reeds twee figuren om het uur te slaan: "Mante en Mantine" of "Mante en zijn wijf" in de volksmond. In 1520 waren ze verdwenen, om pas in 1961 vervangen te worden door "Mante en Kalle".
1424: versterking van de funderingen van de toren. Halle werd vooral gebruikt voor de wolhandel.
1427: Maes van Mouden krijgt de opdracht om in de halle 12 huisjes te bouwen, waar ambachtslui hun waar aan de man kunnen brengen; in 1524 zijn er reeds een 20-tal huisjes, waarvan enkele met een verdieping.
1519-1520: In het begin van de 16de eeuw dreigt de hoge toren in te storten. Meester-metselaars uit Rijsel en Gent worden door de schepenen in 1519-1520 ontboden om met de Kortrijkse metselaars en timmerlieden te onderzoeken of de belforttoren behouden kan blijven. De spits is echter te bouwvallig en nog datzelfde jaar wordt het bovendeel gesloopt. De leeuw die de toren bekroonde wordt door Jan de Schaliedekker weggenomen, de klok wordt door Gijzelbrecht de Cockere op de toren van de Sint-Maartenskerk geplaatst en het dak wordt verwijderd door Hendrik van den Broecke. De toren wordt afgebroken tot aan de tweede platte fries en vervangen door een kleine spits met vier hoektorentjes.
1712: burgemeester Schinkel laat een bronzen Mercuriusbeeld naar ontwerp van zilversmid Gaspard Descamps op de spits plaatsen.
1717-1719: in 1717 zijn de huizen rond de toren dermate bouwvallig dat ze gesloopt en heropgebouwd worden in Lodewijk XIV-stijl. In de gevel wordt een gedenksteen met jaarschrift aangebracht: ANTTIQUISSIMA OPPIDI-CORTRACENI SUPERSTETI (Als oudste van de stad Kortrijk ben ik overeind gebleven). Enkele jaren later wordt de "Hoge Wacht", met monumentale trap, rondoverspannen hoofdingang en driehoekig fronton, er aangebouwd.
1899: voor de aanleg van een postgebouw wordt het ganse bouwblok onteigend en gesloopt met uitzondering van de Halletoren, die tussen 1902-1903 gerestaureerd wordt, onder leiding van architect Jozef Viérin (Kortrijk).
1914: schade door bombardementen gevolgd door herstel van de toren.
1923: onthulling monument ter nagedachtenis van de gesneuvelden militairen, naar ontwerp van stadsarchitect Joseph Demeere en beeldhouwer Godfried Devreese.
Op 19 april 1937 wordt de toren beschermd als monument.
1989: restauratie van torenspits onder leiding van architect Stefaan Dejaegere.
1996: restaureren van de buitengevels.
BESCHRIJVING
Imposante toren op vierhoekige plattegrond, licht verzonken te wijten aan de verhoging van de markt gedurende verschillende eeuwen. Verankerde baksteenbouw getypeerd door het grote aantal bouwsporen, onder meer blinde nissen en ontlastingsbogen. Vijf bouwlagen onder ingesnoerde achtzijdige leien spits met galmgaten, bekroond door verguld mercuriusbeeld van 1712. Aan de voorzijde twee vergulde beelden "Mante" en "Kalle". Licht overkragene borstwering rustend op arduinen consooltjes; metselaarstekens van zwarte baksteen. Hoeken gemarkeerd door natuurstenen hoekkettingen en hoektorentjes onder ingesnoerde leien spits. Horizontale gevelgeleding door de omlopende natuurstenen waterlijsten. Voorgevel: begane grond van geblokte natuursteen met spitsbogige poort onder druiplijst, waarboven twee gekoppelde rechthoekige tweelichten met monoliet deelzuiltje. Omlopende horizontaliserende waterlijsten waartussen de muuropeningen in de voorgevel gevat zijn. Tweede bouwlaag gemarkeerd door een natuurstenen Onze-Lieve-Vrouwebeeld met kind. Vierde bouwlaag met wapenschild van witte natuursteen met erboven ingeschreven uurwerkplaat. Interieur met deels behouden stenen spiltrap. Overwelving door bakstenen ton- en spitstongewelven.
Afdeling Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Monumentenzorg West-Vlaanderen, Cel Monumenten en Landschappen, archief, nr. W/00399.
DEBRABANDERE P., MADDENS N., De Grote Markt van Kortrijk, (tentoonstellingscatalogus), Kortrijk, 1984.
DESPRIET P., 2000 jaar Kortrijk, Kortrijk, 1990, p. 264-266.
JACOBS M., Zij, die vielen als helden..., Brugge, 1996, deel 2, p. 196.
MADDENS N. (red.), De geschiedenis van Kortrijk, Kortrijk, 1990.
Bron: DE GUNSCH A., DE LEEUW S. & METDEPENNINGHEN C. met medewerking van CALLENS T., SCHEIR O & VAN DEN MOOTER M. 2005: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Kortrijk, Deel IA: stad Kortrijk, Straten A-K, Deel IB: stad Kortrijk, Straten L-Z, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL5, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Callens, Toon; Scheir, Olivier; Van den Mooter, Maarten; De Gunsch, Ann; Metdepenninghen, Catheline; De Leeuw, Sofie Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)