erfgoedobject

Klooster en kerk van de paters recollecten of minderbroeders franciscanen

bouwkundig element
ID
78094
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/78094

Juridische gevolgen

Beschrijving

Gelegen aan de hoek met Maria Doolaeghestraat. Voormalig klooster en kerk van de paters recollecten of minderbroeders franciscanen, heropgebouwd in de jaren 1920. In de volksmond bekend als "Paterskerk".

1452: de franciscaan Zegher Hunslare sticht een klooster zogenaamd "Onze-Lieve-Vrouw ter Engelen" ten noordoosten buiten de stad, ter vervanging van een kapel zogenaamd "Noorduut". De kapel en bijhorende grond wordt hem geschonken door Isabella van Dixmude en haar zoon Roeland.

1453: paus Nicolaas V erkent de nieuwe stichting van Hunslare.

1578: het klooster wordt tijdens de godsdiensttroebelen vernietigd.

1584: Jan de Trasignies, schenkt de kloosterlingen een gebouw met bijhorende grond binnen de stadsmuren (op de huidige locatie), alwaar de kloosterlingen een nieuw klooster, het zogenaamde "Nazareth", bouwen.

1637: aankoop van aanpalende grond om het klooster uit te breiden, onder meer met een nieuwe ziekenkamer (1647) en een brouwerij (1653).

1661: beslissing om de kerk met een achttal voet uit te breiden, door oorlogsomstandigheden zullen de werken echter pas in 1680 voltooid worden.

1751-1753: een nieuwe kerk vervangt de oude bouwvallige kerk, gebouwd in een sobere neoclassicistische baksteenarchitectuur.

1797: het klooster wordt als nationaal goed verkocht aan Antoine Bortier.

1843: de kerk wordt door Antoine Bortier geschonken aan de kerkfabriek van de Sint-Niklaasparochie. Diens zoon Pieter Bortier (1805-1879) koopt ze echter terug en schenkt het gebouw aan de stad, die vanaf dan onder meer dienst doet als stadshalle, magazijn en zo meer. Notaris-brouwer De Graer mag er zijn vaten opslaan, en sindsdien krijgt zijn bier de naam "van 't Patersvatje".

1910: de recollecten of minderbroeders franciscanen keren na meer dan 100 jaar terug naar Diksmuide. Ze kopen hun kerk (en bijkomend aangrenzende percelen) terug van de stad en bouwen er een nieuw klooster. Kerk en klooster worden echter volledig verwoest tijdens de Eerste Wereldoorlog.

1921: wederopbouw van klooster en kerk op de vooroorlogse locatie, dit op initiatief van de principaal der Minderbroeders, Albert Lismont. De kerk wordt heropgebouwd als een sobere gotische pseudobasilicale kerk met lichte inslag van de neogotiek.

Het gebouw wordt later aangekocht en als cultureel centrum ingericht, onder meer herbestemming van de kerk tot Plaatselijke Openbare Bibliotheek (ingehuldigd op 24 mei 1986).

Beeldbepalende georiënteerde kerk met aansluitend klooster en kloostergang (ten zuiden, aan de Koning Albertstraat, aan de straat afgesloten door lindebomen). Wederopbouwarchitectuur van de jaren 1920. De kerk werd heropgebouwd als een sobere gotische pseudobasilicale kerk met lichte inslag van de neogotiek. Gele baksteenbouw onder leien zadeldaken; ter hoogte van het zuidelijk pseudotransept (hoektorentje), dakruiter met dito spits. Hoog opgetrokken middenbeuk van zes traveeën, geflankeerd door lagere zijbeuken, koor van twee traveeën met driezijdige sluiting. Sobere architectuur gekenmerkt door verzorgde puntgevels, versneden (overhoekse) steunberen en lancetvensters, in de westgevel gekoppeld in spitsboogveld (drielicht). In het koor, tweelichten met bakstenen maaswerk. Voorgeplaatst westportaal met spitsboogdeur waarboven nis met drielobmotief. Rechts geflankeerd door portaal tot de kloostergang: korfboogdeur verdiept in spitsboognis met oculus waarin natuurstenen symbool van de orde, erboven nis met beeld van monnik. Calvarie tegen de koorsluiting.

Bij de kerk sluit ten zuiden een klooster aan. Wellicht was het de bedoeling om dit klooster uit te bouwen in het vierkant confer onafgewerkte wachtgevels. Twee bouwlagen onder pannen schild- en zadeldaken. Getoogde muuropeningen verdiept in spitsboogvelden en Brugse traveeën. Deels bewaard houtwerk met kleine roedeverdeling. L-vormige kloostergang met lancetvensters gevat in spitsboognissen (drielichten).
Interieur van de kloostergang: bakstenen kruisribgewelven op natuurstenen consoles.

  • DEMOEN H., Het Diksmuidse van toen. Een verzameling beknopte historische gegevens, aangevuld met historische foto's en prentbriefkaarten, Brugge, 1984, p. 56-58.
  • PIETERS R., De geschiedenis van Dixmude naar de beste oorkonden, Diksmuide, 1885, p. 246-250.
  • VAN OUTRYVE R., Diksmuide door de eeuwen heen, s.l., 1981, p. 20-37.

Bron: MISSIAEN H. & VANNESTE P. met medewerking van GHERARDTS F. & SCHEIR O. 2005: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Diksmuide, Deel I: Deelgemeenten Diksmuide, Beerst, Esen, Kaaskerke, Keiem en Lampernisse, Deel II: Deelgemeenten Leke, Nieuwkapelle, Oostkerke, Oudekapelle, Pervijze, Sint-Jacobskapelle, Stuivekenskerke, Vladslo en Woumen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL18, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Vanneste, Pol; Missiaen, Halewijn
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Klooster en kerk van de paters recollecten of minderbroeders franciscanen [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/78094 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.