Teksten van Huizen Keysershoff, Sint-Joseph en Climmende Koey

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/10289

Huizen Keysershoff, Sint-Joseph en Climmende Koey ()

Op dit perceel stonden oorspronkelijk drie panden: "Keysershoff", "Sint-Joseph" en "Climmende Koey". Het eerste werd ook "Het Hof van Colibrant" genoemd, naar de toenmalige eigenaars en opgetrokken circa 1400. Het was een vroeg voorbeeld van een burgerlijk stenen gebouw in Lier, oorspronkelijk reikend tot aan de stadsvest. Volgens oude foto's van circa 1900 bestond het uit een diephuis met puntgevel van vier traveeën onder een steil zadeldak, met spitsboogvelden boven de rechthoekige muuropeningen (bewaard in huidige gevelopstand). De panden werden bij Koninklijk Besluit van 20 september 1900 onteigend voor de bouw van een P.T.T.-kantoor, en nadien grotendeels gesloopt en vervangen door een neogotisch gebouw met integratie van elementen van het vroegere "hof" en verwijzingen naar de Brabantse hooggotiek (bouwaanvraag van 1903 naar plannen van ingenieur Alfons Van Houcke, en ingehuldigd in 1904). Dit posthotel werd sterk beschadigd in 1914 en tien jaar later heropgebouwd (met woning) naar plannen van hoofdbouwmeester M. Delacroix van het ministerie der posterijen (gedateerd 17 oktober 1923) met behoud van het vooroorlogse uitzicht. 8 mei 1982 werd het bij Ministerieel Besluit beschermd als monument en midden jaren 1980 volgde een grondige restauratie.

Vroeg 20ste-eeuwse en tijdens het interbellum heropgebouwde neogotische reconstructie van een laat 14de-eeuws gebouw. Het bestaat uit een combinatie van een diep- en een breedhuis van twee bouwlagen (drie bouwlagen bij de twee meest rechtse traveeën) onder zadeldaken (leien) met links een puntgevel van vier traveeën (met bewaarde 14de-eeuwse penanten op eerste en tweede bouwlaag) en rechts een lijstgevel van zes traveeën (en twee dakkapellen). Het parement bestaat uit witsteen op een afgeschuinde zandstenen plint. De gevel wordt opengewerkt met kruisvensters in spitsboognissen onder een druiplijst, met een driepasmotief in de boogvelden. De zesde travee bevat een rechthoekige deur in een spitsboognis met een posthoorn in het boogveld. Uiterst rechts bevindt zich een tweede rechthoekige deur in een spitsboogomlijsting met een druiplijst en een boogveld met een wapenschild en het opschrift "Anno 1903". De puntgevel heeft een vijflobbig oculus in de top en een bekronende leeuw. Verder wordt de gevel gekenmerkt door decoratieve gevelankers en smeedijzeren tralies voor de vensters van de begane grond. Het schrijnwerk bestaat uit geschilderde houten kruisvensters met een kleine roedeverdeling.

  • Stadsarchief Lier Bouwingen 1903; doos 561 dossier 1923/088 en doos 564 dossier 1924/094.
  • CLOQUET L. s.d.: Maisons anciennes de Belgique, Gent, 59.
  • S.N. 1903: L'Ancien hôtel Colibrant à Lierre, Bulletin des métiers d'art, II, 289-293.
  • S.N. 1904-1905: Le nouvel hôtel des postes de Lierre, Bulletin des métiers d'art, IV, 173-177.
  • LEURS S. 1935: Ars Belgica III, Lier-Antwerpen, 22.
  • STOCKMANS J.B. 1904 : Het geslacht Colibrant en zijn Steen te Lier, Lier.

Auteurs:  Vandeweghe, Evert; Kennes, Hilde
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Huizen Keysershoff, Sint-Joseph en Climmende Koey [online], https://id.erfgoed.net/teksten/202633 (geraadpleegd op ).


Huizen Keysershoff, Saint-Joseph en Climmende Koey ()

Oorspronkelijk drie panden: "Keysershoff", "Sint-Joseph" en "Climmende Koey". Eerstgenoemde oorspronkelijk "Het hof van Colibrant", zogenaamd naar de toenmalige eigenaars en opgetrokken circa 1400. Vroeg voorbeeld van burgerlijk stenen gebouw te Lier, oorspronkelijk reikend tot aan de stadsvest. Volgens oude foto's van circa 1900: diephuis met puntgevel van vier traveeën onder steil zadeldak, met spitsboogvelden boven de rechthoekige muuropeningen (bewaard in huidig geveluitzicht).

Panden bij Koninklijk Besluit van twintig september 1900 onteigend voor de bouw van een P.T.T.-kantoor. Grotendeels gesloopt en vervangen door een neogotisch gebouw met integratie van elementen van het vroegere "hof" en verwijzingen naar Brabantse hooggotiek, waarvoor bouwaanvraag van 1903 naar ontwerp van ingenieur A. Van Houcke; ingehuldigd in 1904. Laatstgenoemde sterk beschadigd in 1914, gevolgd door aanvraag tot wederopbouw van 1924, ondertekend door de hoofdbouwmeester M. de la Croix van het ministerie der posterijen. Nogmaals grondig gerestaureerd in het midden van de jaren 1980.

Combinatie van diep- en breedhuis onder leien zadeldaken. Respectievelijk puntgevel van vier (bewaarde penanten op eerste en tweede bouwlaag, zie verschil in materiaal) en lijstgevel van zes traveeën, beide van natuursteen; twee bouwlagen op afgeschuinde zandstenen sokkel. Kruis- en kloosterkozijnen in spitsboognissen onder druiplijst; boogveld met driepasmotief. Rechthoekige deur in spitsboognis met posthoorn in boogveld (zesde travee). Uiterst rechts rechthoekig deurtje in spitsboogomlijsting met druiplijst. Boogveld met wapenschild en opschrift "Anno 1903". Puntgevel met oculus in top en bekronende leeuw.

Sobere bakstenen achtergevels.

  • Openbare Werken Lier, Bouwingen, 1903; 1924, mei.
  • CLOQUET L., Maisons anciennes de Belgique, Gent, s.d., p. 59.
  • L'Ancien hôtel Colibrant à Lierre, in Bulletin des métiers d'art, II, 1903, p. 289-293.
  • Le nouvel hôtel des postes de Lierre, in Bulletin des métiers d'art, IV, 1904-1905, p. 173-177.
  • LEURS S., Ars Belgica III, Lier-Antwerpen, 1935, p. 22.
  • STOCKMANS J.B., Het geslacht Colibrant en zijn Steen te Lier, Lier, 1904.

Bron: KENNES H. & WYLLEMAN L. 1990: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Antwerpen, Arrondissement Mechelen, Kanton Lier, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 13n1, Brussel - Turnhout.
Auteurs:  Kennes, Hilde
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Huizen Keysershoff, Sint-Joseph en Climmende Koey [online], https://id.erfgoed.net/teksten/10289 (geraadpleegd op ).