Vanouds bekende straat tussen de Nederkouter en de Sint-Pietersnieuwstraat, in 1861 verbreed en voorzien van een typische eind 19de-eeuwse architectuur. Brede rechte straat met licht hellend straatniveau en vrij homogeen behouden neoclassicistische bebouwing. Overwegend middelgrote burgerhuizen met enkelhuisopstand, drie bouwlagen en meestal drie traveeën onder zadeldak met vaak verspringende kroonlijsten op fraai uitgewerkte consoles. Begane grond verrijkt met imitatiebanden, rechthoekige of getoogde bovenvensters in stucomlijsting met sluitsteen en doorgetrokken onderdorpels op panelen (nummers 15, 46, 48, 52, 54, 56, 58, 60, 107, 115, 119, 124, 125, 127, 129, 154, 164, 166, 176). De hoekpanden met de Guinardstraat (nummer 128), Willem Tellstraat (nummer 62) en de Pollepelstraat (nummers 101 en 103) vertonen eenzelfde ordonnantie en typische afgesnuite of afgeronde hoektraveeën.

Enkele gevels vertonen een rijkere stucornamentatie en zijn op de bel-etage gemarkeerd door een centraal balkon (nummers 117, 119, 126, 127, 162, 166, 168, 170) of erker (nummers 176, 123, 129).

Verschillende panden werden reeds vervangen door storende hoge bouw.