Voormalige kloosterkerk der dominicanen of predikheren.
Historiek
Circa 1262 bouw van een kapel en een kluis (zie benaming kerk) ter plaatse van de wonderboom van Sint-Gummarus. In 1410: afbraak oude kluis en kapel vervangen door een grotere kerk met (kruis)beuk (?) van 1413 en koor van 1419. Bouw nieuwe kluis in 1469. Tijdens de godsdiensttroebelen in de tweede helft van de 16de eeuw in gebruik als stal en schuur. Vanaf 1582 opnieuw in handen van de katholieken. Verbeteringswerken tussen 1605-1615: koor opgehoogd en geplaveid; verbetering der twee zijkoren; aanschaffing nieuw orgel en marmeren hoofdaltaar toegeschreven aan P.P. Rubens.
Circa 1612 kerk toegewezen aan de predikheren. Gebouwen in de Kluizestraat ingericht als klooster en Latijnse school. In 1614: predikheren verhuisden naar de Lisperstraat; de Kluizekerk bleef evenwel kloosterkerk. Tijdens de Franse Revolutie aangeslagen en geplunderd. Verkocht in 1799 en vanaf 1864 opnieuw eigendom der predikheren. Bouw neogotische toren naar ontwerp van Norbertus Claes (1858-1865); plaatsing nieuwe vensters in koor aan weerszij van het altaar. Kerk heden niet meer in gebruik.
Beschrijving
Gotische, georiënteerde, longitudinale kruiskerk met basilicale opstand: vierkante neogotische westtoren, driebeukig schip van zes traveeën, transept van één travee en koor van drie rechte traveeën met driezijdige sluiting; laatstgenoemde geflankeerd door zijruimten: sacristie en zogenaamde "kluis".
Kerk met uitzondering van toren en koor, volledig opgetrokken uit zandsteen, deels gecementeerd, onder leien zadel- en lessenaarsdaken.
Westgevel gedomineerd door gelede bakstenen toren met haaks op elkaar gestelde steunberen, onder slanke leien naaldspits, oprijzend te midden van vier kleinere spitsen. Ingangsportaal en bovengeledingen gemarkeerd door natuurstenen speklagen. Tudorboogpoort in geprofileerde, hardstenen omlijsting onder dito druiplijst op consooltjes. Tweede geleding met spitsboogvensters voorzien van neogotisch maaswerk in geprofileerde natuurstenen omlijsting; boogfries op de borstwering. Hogerop registers met gotisch uitgewerkte galmgaten, blinde vensters en boogfries. Flankerende westelijke puntgevels der zijbeuken bekroond door kruis.
Noordzijde toren met halfronde aanzet traptoren. Zuidelijke- en noordelijke zijbeukgevels geritmeerd door versneden steunberen, waartussen spitsboogvensters met variërend maaswerk naar gotisch patroon en geprofileerd beloop. Sobere korfboogvormige bovenvensters voor de gecementeerde middenbeuk. Transeptarmen met gecementeerde noordelijke- en zuidelijke puntgevels waarin spitsboogvenster.
Koor op zandstenen sokkel; spitsboogvensters in natuurstenen omlijsting tussen de versneden steunberen.
Ten noorden van het koor sacristie en ten zuiden "kluis" (?): bakstenen, grotendeels gecementeerde constructie op zandstenen plint, onder kunstleien zadeldak; geknikte puntgevel van vier tot drie traveeën en twee bouwlagen; betraliede rechthoekige vensters in arduinen omlijsting en met ruitvormige roedeverdeling.
Interieur
Middenbeuk van de zijbeuken gescheiden door spitsboogarcade op natuurstenen kapiteelloze zuilen met achtzijdige sokkel, verwijzend naar de Brabantse Demergotiek. Middenbeuk, koor en transept overdekt door houten spitstongewelf en zijbeuken door kruisribgewelven met bakstenen vulling en ribben opgevangen door bladwerkconsoles.
Koor met neogotische lambrisering, geritmeerd door blinde spitsboogvensters aan zuidzijde.
Geplafonneerd ingangsportaal.
Mobilair
Smeedijzeren Sint-Gummarusboom, naar verluidt naar ontwerp van L. Van Boeckel. Gepolychromeerde neogotische heiligenbeelden en kruisweg. Beeld van Heilige Cornelius van 1607.
Meubilair: 17de-eeuws meubilair circa 1900 vervangen door meubelen in neostijl. Bewaarde preekstoel van 1708.
Glasramen in transept naar ontwerp van Van den Brande (1894).
- LENS A. en MORTELMANS J.,Gids voor oud Lier, Antwerpen, 1980, p. 123-126.
- LEURS S., Ars Belgica III, Lier-Antwerpen, 1935, p. 22.
- ROMMENS R., De predikheren en de Kluizekerk te Lier, Lier, 1888.
- VAN DE VIJVERE J., De kluizekerk en de predikheren te Lier, in Lier vroeger en nu, 1929, p. 73-86.