Oorspronkelijk stonden op dit perceel twee panden: "de Cleyne" en "de Groote Haen" die afbrandden op 14 oktober 1595 tijdens de Lierse Furie, de kortstondige maar gewelddadige inname van de stad door het Staatse leger tijdens de Nederlandse Opstand. In de 17de eeuw werden de panden ingericht als brouwerij. In 1908 werd de bestaande bebouwing afgebroken en door de drukkersfamilie Van In-Mertens heropgebouwd als woning 'Rome' naar ontwerp van architect Philippe Van Boxmeer. 8 mei 1992 werd dit pand beschermd als monument bij Ministerieel Besluit.

Vroeg 20ste-eeuws neogotisch breedhuis van vier traveeën en drie bouwlagen (en een half ondergrondse kelderverdieping) onder een manke bedaking (leien), gemansardeerd aan de voorzijde met vier overluifelde dakkapellen die voorzien zijn van een driepasmotief. De lijstgevel heeft een witstenen parement en wordt opengewerkt met verdiepte rechthoekige vensters in uitgewerkte Brugse traveeën. Die laatste worden gemarkeerd door een geprofileerde tudorboogomlijsting, opgevangen door colonnetconsoles. De boogvelden bevatten reliëfversiering (mogelijk leeuwenfiguren) en ook de borstweringen op de tweede verdieping zijn decoratief uitgewerkt met bladwerk en de datering "anno 1908". De bel-etage bevat twee centrale deurvensters met een gemeenschappelijk balkon, gedragen door drie consoles, voorstellend Heilige Augustinus (patroon van de drukkers), Jan Gütenberg (uitvinder van de boekdrukkunst) en Dirk Martens (oprichter van de eerste Vlaamse drukkerij). De balkonplaat bevat het opschrift: "Haec domus aedificata fuit anno gratiae 1908 ab architecto Ph. o. Boxmeer". De deur is gevat in een bovenaan afgeronde en geprofileerde omlijsting, voorzien van een rechthoekig bovenlicht. De houten deur zelf is overdadig gedecoreerd met plantmotieven (art nouveau), evenals het smeedwerk voor de deurlichten. De houten T-ramen op de bovenverdiepingen hebben een kleine roedeverdeling in de bovenlichten. De keldervensters hebben decoratief smeedwerk.