Het pand aan de Grote Markt 76 vormde samen met nummer 75 "Het Hoefijzer" van begin 15de tot midden 18de eeuw een gekende brouwerij. Anno 1914 was het pand reeds opgesplitst in twee winkelhuizen met neoclassicistische voorgevel die vernield werden tijdens de Eerste Wereldoorlog. 19 augustus 1920 kreeg mej. Mar. Schellekens toelating voor de heropbouw van een winkelhuis naar plannen van architect J.B. Van Bouchout (gedateerd 24 april 1920). Deze plannen werden niet uitgevoerd maar vertonen wel veel gelijkenis met de uitgevoerde plannen (gedateerd 24 juni 1922) die de Brusselse architect L. Sterckx maakte in opdracht van de firma Gebroeders Delhaize (ook al stelde stadsbouwmeester Jozef Meulepas dat de aanvraag niet voldeed, onder andere omdat bepaalde vertrekken te klein waren). In de loop van de tweede helft van de twintigste eeuw verdween de indrukwekkende gebeeldhouwde leeuw boven de deur van de hoektravee.

Interbellum eclectisch hoekpand van één travee op de Grote Markt, één hoektravee en vier traveeën op de Vismarkt, en drie bouwlagen onder een gecombineerde bedaking (kunstleien) met vijf topgevels van afwisselende grootte. Het parement bestaat uit baksteen met knipvoegen en gebruik van witsteen voor de muurbanden, waterlijsten, vensteromlijstingen, neggen, aflijning van de topgevels en decoratieve elementen. De vensters zijn segmentboogvormig op de eerste verdieping en rechthoekig op de tweede verdieping, onder boogvelden met diamantkoppen. De topgevels bevatten afwisselend rondboogvensters, oculi en een rechthoekige vensters, en ze worden afgelijnd door voluten en bekroond door kleine driehoekige of rondboogvormige frontons, al dan niet met een bolornament. Het schrijnwerk op de bovenverdiepingen bestaat uit geschilderde houten T-ramen met een kleine roedeverdeling in de bovenlichten. De witstenen (en deels gecementeerde) pui met blauwhardstenen plint bevat twee rondboogdeuren, één in de hoektravee en één in de derde travee op de Vismarkt (beide onder een imposante omlijsting met diamantkop- en wortelmotieven), en vier segmentboogvormige winkelpuien.