Volgens mondelinge overlevering voormalig refugiehuis van een niet nader bepaald klooster. Volledig omgracht en deels beboomd domein van circa 1 hectare. Bereikbaar via aarden dreef, afgezet met populieren, eertijds "Kerkweg" genoemd, vermits de buurtbewoners in de kapel naar de mis gingen. Enkele sporen van een laat 17de-eeuws complex bleven bewaard.
Domein toegankelijk via een eenvoudige brug en poortgebouw: witgekalkte bakstenen constructie onder schilddak (kunstleien), uit eind 17de- begin 18de eeuw (?). Rechthoekige poort met zandstenen, kwarthol geprofileerde rechtstanden; houten latei op consooltjes. Geplafonneerde doorgang en schamppalen.
Centraal gelegen, bepleisterd en witbeschilderd landhuis van twee bouwlagen onder tentdak (leien), opgetrokken in de eerste helft van de 19de eeuw in laatclassicistische stijl. Ten zuidoosten mogelijk latere vierkante toren onder leien koepel, met aanbouwsel, beide van drie bouwlagen, en ten noordwesten bewaarde laatbarokke kapel.
Voorgevel van vijf traveeën, belijnd door imitatiebanden op de begane grond, puilijst, doorgetrokken lekdrempels en geprofileerde architraaf. Eenvoudige rechthoekige vensters in geprofileerde omlijsting met lekdrempels op rolwerkconsoles en voorzien van ijzeren hekjes. Portiek op Dorische zuilen: vleugeldeur met bovenlicht, beide voorzien van fraai uitgewerkt gietijzerwerk. Gelijkaardige, doch meer sobere achtergevel. Zijgevels met rechthoekige muuropeningen, ten zuiden bezet met kunstleien. Toren bekroond door fraaie windwijzer met "H" van Hagenbroek.
Eenvoudige laatbarokke kapel ten noordwesten met in het noorden rest van een muur en geringde boogaanzet, in kern opklimmend tot eind 17de eeuw. Eénbeukige bakstenen, doch witgeschilderde kapel van één travee en halfronde sluiting, onder kegelvormig leien dak; laatstgenoemde overgaand in lantaarn onder klokvormige loden torenhelm en bekronend houten kruis; glas in lood tussen gedrongen, getorste, houten zuiltjes. Traveeën geritmeerd door lisenen; rondboogvensters in uitspringende bakstenen omlijsting, met groen en geel gekleurd glas in lood; geprofileerde daklijst.
Interieur. Oorspronkelijk bepleisterd en witgekalkt, heden overschilderd en overspannen door zesdelig ribgewelf op acanthusbladconsoles. Meubilair verhandeld begin jaren tachtig en kapel ingericht tot bergplaats.
Ten noordoosten bakstenen bijgebouwen van één bouwlaag onder leien zadeldaken, uit de eerste kwart van de 20ste eeuw, gemarkeerd door natuurstenen muurbanden. Voorts getoogde en betraliede muuropeningen.
Voortuin met zonnewijzer.
- DE VIL M., De kapel van het Hagenbroekshof te Lier, Eindwerk N.H.I.B.S. Afdeling Monumenten- en Landschapszorg, 1985-1986.