is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Stadsdroogdokken 1 tot 6 en 8 tot 10
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als beschermd monument Stadsdroogdokken 1 tot 6 en 8 tot 10
Deze bescherming is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Stadsdroogdokken 1 tot 6 en 8 tot 10
Deze vaststelling was geldig van tot
Stadsdroogdokken nummers 1 tot 6 en 8 tot 10 ("de putten" in het oude havenjargon) gelegen noordwaarts van het Sasdok, aan de westkaai van het Kattendijkdok en erin uitmondend, genummerd van zuid naar noord; nummer 1 van 1861-63 (toen 125 meter, verlengd tot 155 meter in 1896), nummers 2 en 3 van 1865; de aanleg in 1881 van de nummers 4 tot 6 ging gepaard met de noordelijke verlenging van het dok; de nummers 8 tot 10 dateren van 1930-31. De nummers 1, 8 en 9 zijn langer dan de breedte van het Kattendijkdok (140 meter) omdat ze bestemd waren om tegelijk twee schepen te "dokken".
Nummers 1 tot 6 dok, nummers 8 tot 10 schuin ten aanzien van de aslijn van het dok, teneinde het in- en uitmanoeuvreren van de grote schepen te vergemakkelijken.
De kielblokken op de bodem der dokken zijn van hout voor de nummers 1 tot 3 en van instelbare gietijzeren wiggen voor de overige dokken. De wanden zijn trapvormig om schepen met niet vlakke bodem te kunnen stutten. De puntdeuren, hier alle van hout, worden bij nummer 1 bewogen door middel van kettingen en - sinds begin 20ste eeuw elektrische - kaapstanders, bij de andere dokken door middel van heugelstangen en met vier man bewogen kaapstanders. Het leegpompen van de droogdokken gebeurt in circa drie uur door één der twee pomphuizen; het eerste, aan de noordzijde van droogdok nummer 1, bedient de droogdokken nummers 1 tot 3; het tweede, tussen droogdok nummer 6 en 8, bedient de nummers 4 tot 6 en 8 tot 10. Voor de rioolverzakkingen ten gevolge van drie V-bominslagen (oktober 1944 - maart 1945), bediende het tweede pomphuis alle negen droogdokken. Het weggepompte water werd oorspronkelijk door eerstgenoemde in de geul voor de Kattendijksluis geloosd; dit gebeurde bij eb waardoor op energie, nodig voor het pompen, kon worden bespaard. Sinds er ook hier verzakkingen zijn ten gevolge van V-bominslag wordt het water naar het Kattendijkdok gestuwd. Het vullen der droogdokken gebeurt langs omloopriolen in de kaaimuren.
Bron: KENNES H., PLOMTEUX G. & STEYAERT R. met medewerking van WYLLEMAN L. & HIMLER A. 1992: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Fusiegemeenten, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nd, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Plomteux, Greet; Himler, Albert
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)