Vrijstaande burgerwoning opgetrokken in opdracht van erfgenamen van Carpentier-Aertssen in 1905 (zie gevelstenen deurrisaliet). Het ging om een woonhuis met aanpalend, vooruitspringend dwarshuis onder zadeldak, waarvóór een volume met platte bedaking aan straatzijde. De gevel van het woonhuis vertoont een gelijkaardige indeling en vormgeving als het pand aan de Spaansemolenstraat 11 en Monnikenhofstraat 87 in Berendrecht.

Dit enkelhuis met een gevelbreedte van drie traveeën, telt twee bouwlagen onder zadeldak (nok parallel met straat, asbestleien). Het betreft een bakstenen lijstgevel met een opvallend rechter deurrisaliet, op een groen geschilderde, wellicht hardstenen plint. De gevel is voorzien van bepleisterde muurbanden onder een geprofileerde, doorlopende lijst en een houten kroonlijst op klossen. Verder zijn er steekbogige muuropeningen met hardstenen dorpels en accenten in stucwerk voor aanzet- en sluitsteen, deze laatste uitgewerkt als rozetten. De deurtravee is gedecoreerd met neorenaissance-stucbekroningen met gebruik van motieven zoals Ionische kapitelen, opgehangen festoenen en guirlandes, voluten en palmet. Bovenaan zijn nog twee appliques in ruitvorm waarin geprofileerde blinde medaillons met opschriften "ANNO" en "1905". De zijgevel is verfraaid met muurvlechtingen en een oculus met bloemmotief. Hier is ook nog een venster met bewaard schrijnwerk, terwijl dit van de voorgevel gedeeltelijk lijkt aangepast.

De aanpalende dwarsbouw werd na 1945 aangepast, waarbij het voorste gedeelte is afgebroken en omgevormd tot scheidsmuur. Het achterliggende werkhuis is voorzien van platte bedaking en is achteraan uitgebreid.