Historisch hart van de stedelijke nederzetting die vanaf de 12de eeuw tot bloei kwam. Verscheidene belangrijke openbare en religieuze gebouwen sloten oorspronkelijk deze Markt af: aan de noordzijde, het verdwenen vleeshuis en de visbanken, ten noordoosten, het stadhuis van 1566 (zie Markt nummer 1), aan de zuidzijde het klooster van de Grauwe zusters (zie Markt nummer 11), aan de oostzijde het in de Eerste Wereldoorlog vernietigde hospitaal of gasthuis dat in de 17de eeuw opgericht werd. Vanaf 1446 zou er regelmatig een jaarmarkt plaatsgevonden hebben (zie infobord). Op het primitief percelenplan (ca. 1835) is de Markt aangeduid als "place d' armes".
T-vormig gekasseid marktplein gelegen tussen de Breydelstraat ten noorden en de Zuidstraat ten zuiden. Voor de Eerste Wereldoorlog aan alle zijden met huizen omsloten, ook aan de kant van de kerk volgens aanduiding op de Ferrariskaart (1770-1778) en het primitief percelenplan (circa 1835). Aan de zuidzijde verbreedt de Markt tot een rechthoekig plein, alwaar men het Vateplein en de Vatevijver vindt. Deze ronde vijver - reeds aangeduid op de Ferrariskaart - zou oorspronkelijk een veedrinkplaats geweest zijn. Deze Vateput zou voor het eerst vermeld zijn in 1404 (zie infobordje). Dit grasplein met stadspomp (zie Markt zonder nummer) is afgezoomd met gekandelaarde paardekastanjes. Op foto's en prentbriefkaarten van voor de Eerste Wereldoorlog is het plein - toen ook in gebruik als bleekweide - afgezoomd met schamppalen en jonge bomen. Toen stond er enkel een eenvoudige ijzeren armpomp.
Op vandaag vormt dit plein nog steeds een weide met vijver, omzoomd door gekandelaarde paardekastanjes, waartussen de erg markerende stadspomp .
De huidige Markt - opgenomen in het beschermd stadsgezicht bij M.B. van 23.11.1994 - wordt architecturaal gekenmerkt door twee historische gebouwen, het stadhuis en het klooster der Grauwe zusters, evenwel met een belangrijk aspect van wederopbouw of historische reconstructie. Voorts heropgebouwde panden, en panden (lijstgevels) die in kern terug gaan op de 19de eeuw (onder meer nummers 9-10, 13, 19, 20, 22). Nummer 14 is een pand uit de jaren 1930 met een lichte inslag van de nieuwe zakelijkheid.
- TERMOTE J. e.a., Wandelen in versterkte steden. Historische stadsversterkingen in Kent, Côte d' Opale en West-Vlaanderen, Ieper, 1999, p. 107.