Dit ensemble van vier woningen in art-nouveaustijl is de opvallendste bebouwing in de Pretoriastraat, waar de meeste huizen een vrij eenvoudige, eerder doorsnee-bouwstijl kregen.
De reeks burgerhuizen is een realisatie van de Naamlooze Maatschappij voor het Bouwen van Burgershuizen in het Oostkwartier. Deze bouwmaatschappij, met als vertegenwoordiger L.J. Luyckx, werd opgericht in 1886 en was de motor achter de ontwikkeling van de wijk Zurenborg. De maatschappij liet voor eigen rekening talrijke woningen bouwen. Hun realisaties zijn heel verscheiden in omvang, typologie van de woningen en bouwstijl. De maatschappij werkte samen met verschillende architecten, onder meer met de gebroeders Wauters, die in 1911 het ontwerp van dit ensemble in de Pretoriastraat tekenden.
De woningen tellen twee ongelijke traveeën en drie bouwlagen onder platte bedaking. De indeling van de burgerhuizen is zeer conventioneel en volgt het standaard enkelhuismodel uit de 19de eeuw. De gevels daarentegen kregen een eigentijdse vormgeving in art-nouveaustijl, waarin alle decoratie en schrijnwerk gaaf werd bewaard.
De gebroeders Wauters tekenden een symmetrische compositie van gele bakstenen gevels, opvallend versierd met siermetselwerk in zwarte baksteen en met constructieve onderdelen van blauwe hardsteen naast gietijzeren lateien. De gekoppelde, met puntgevel verhoogde deurtraveeën zijn gemarkeerd door lisenen en topstukken. De nummers 64 en 70 hebben een breed balkon achter smeedijzeren leuning in art-nouveaustijl, terwijl de nummers 66 en 68 een houten erker kregen boven een rondboogvenster met middenstijl. Voorts zijn er rechthoekige muuropeningen met telkens wisselende detaillering. Het schrijnwerk van erkers, vensters en deuren is origineel en valt op door de fijne roedeverdeling van de bovenlichten, met een tracering in art-nouveaustijl.
De plattegrond van de burgerhuizen is zeer conventioneel, met in de deurtravee telkens een gang met trappenhuis, en daarnaast een enfilade van salon, eetkamer en veranda. Achter de trap, in een lagere achterbouw, worden keukens en toiletten ondergebracht. Het interieur van nummer 66 bewaarde de originele glas-in-loodkoepel in de veranda.
Auteurs: Plomteux, Greet; Hooft, Elise
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Hooft E. 2014: Groepsbebouwing in art-nouveaustijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/166802 (geraadpleegd op ).
Groepsbebouwing in vereenvoudigde art nouveau, 1911, naar ontwerp van de Gebroeders Wauters. Symmetrische compositie van gele baksteengevels, opvallend versierd met dito zwarte mozaïeken; constructieve onderdelen van blauwe hardsteen naast gietijzeren lateien. De gekoppelde, met puntgevel verhoogde deurtravee gemarkeerd door lisenen en topstukken; de nummers 64 en 70 met breed balkon achter smeedijzeren leuning; de nummers 66 en 68 met houten erker boven rondboogvenster met middenstijl; voorts rechthoekige muuropeningen; origineel schrijnwerk van erkers, vensters en deuren. Nummer 66 met bewaarde glas-in-loodkoepel in de veranda.
Bron: KENNES H., PLOMTEUX G. & STEYAERT R. met medewerking van WYLLEMAN L. & HIMLER A. 1992: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Fusiegemeenten, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nd, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Plomteux, Greet
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. 1992: Groepsbebouwing in art-nouveaustijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/11125 (geraadpleegd op ).