Teksten van Ensemble De Mot

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/11155

Ensemble De Mot ()

Het art-nouveau-ensemble van twee woningen "De Mot" werd in 1904 ontworpen door Jacques De Weerdt in opdracht van De Lamotte-Burelle, toen wonende in de Zwijgerstraat 59 op het Zuid. De opdrachtgever liet zijn naam uitbeelden in de gevel van zijn eigen woning op nummer 26. Een jaar later liet De Lamotte de woning Napoleon bouwen in de Waterloostraat, eveneens naar ontwerp van Jacques De Weerdt en eveneens met decoratie die de huisnaam verbeeldt.

De art-nouveauperiode breekt voor architect De Weerdt pas aan in 1904, waarmee dit ensemble één van zijn eerste ontwerpen is in deze stijl. Op dat moment zijn de meeste andere Antwerpse art-nouveau-architecten, zoals Jos Bascourt, al over hun hoogtepunt heen. Het is opmerkelijk dat De Weerdt zijn lokale collega-architecten niet als voorbeeld gebruikt. In plaats daarvan opteert hij voor de Brusselse art nouveau als inspiratiebron, zoals bijvoorbeeld hier de verwijzing naar Ernest Blérot (Brussel) met de spitse bovenvensters.

De twee woningen zijn identiek opgebouwd, waarbij de eigen woning (26) zich onderscheidt door de sgraffitopanelen en het glas in lood met de voorstelling van motten. Beide huizen tellen drie bouwlagen op een hoog souterrain, onder een lessenaarsdak, met op de begane grond twee traveeën, die in de bovengevel versmelten tot één. De lijstgevels hebben een parement van witte bak- en natuursteen, waarbij de muuropeningen telkens in een omlijsting van blauwe hardsteen zijn gevat. Opvallend is de tudorbogige vorm van de muuropeningen op de begane grond, een vorm die herhaald wordt in de omlijsting van bovenvensters. Dit element is ontleend aan de ontwerpen van de Brusselse architect Ernest Blérot. Op de eerste verdieping, een gekoppeld drielicht met centrale, kleine balkons met sierlijke smeedijzeren balkonleuningen. Oorspronkelijke art-nouveau-deuren; bij nummer 26 is ook het vensterschrijnwerk bewaard, gekenmerkt door de fijne houten roedeverdeling. Souterrainvenster van nummer 28 verbouwd tot garage.

  • Stadsarchief Antwerpen, Bouwdossiers, 1904#1631.
  • ELAUT A. & J. POSSEMIERS 1988: Op wandel door de belle époque, Brussel, 126-127.
  • VANHOVE B. 1978: De Art Nouveau-architektuur in het Antwerpse: een doorsnede, Licentiaatsverhandeling Rijksuniversiteit Gent, 89.

Auteurs:  Plomteux, Greet; Hooft, Elise
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Ensemble De Mot [online], https://id.erfgoed.net/teksten/168441 (geraadpleegd op ).


Burgerhuizen De Mot ()

Zogenaamd De Mot (naar de naam van opdrachtgever De Lamotte); twee sterk op elkaar lijkende rijhuizen, waarvoor bouwaanvraag van 1904, naar ontwerp van Jacques De Weerdt; lijstgevel van witte bak- en natuursteen; versmallende opbouw met hoog souterrain, spitse muuropeningen en omlijsting der bovenvensters, ontleend aan E. Blérot (Brussel); sierlijke smeedijzeren balkonleuningen; graffitipanelen en glas in lood (nummer 26) met voorstelling van motten. Oorspronkelijke deuren en vensterschrijnwerk (nummer 26); souterrainvenster van nummer 28 verbouwd tot garage.

  • Stadsarchief Antwerpen, Bouwdossiers, 1904#1631.
  • ELAUT A. & J. POSSEMIERS 1988: Op wandel door de belle époque, Brussel, 126-127.
  • VANHOVE B. 1978: De Art Nouveau-architektuur in het Antwerpse: een doorsnede, Licentiaatsverhandeling Rijksuniversiteit Gent, 89.

Bron: KENNES H., PLOMTEUX G. & STEYAERT R. met medewerking van WYLLEMAN L. & HIMLER A. 1992: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Fusiegemeenten, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nd, Brussel - Turnhout.
Auteurs:  Plomteux, Greet
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Ensemble De Mot [online], https://id.erfgoed.net/teksten/11155 (geraadpleegd op ).