Tweede eigen woonhuis van Emiel Van Averbeke, naar een ontwerp van 1921. Enkelhuis met strakke gevelcompositie, onregelmatige travee-indeling en drie bouwlagen onder plat dak.

Gecementeerde lijstgevel met sober gebruik van blauwe hardsteen. Markante erker. Rechthoekige muuropeningen, onder meer deur met tussendorpel en bovenlicht met glas in lood.

Volgens het bouwplan wordt het burgerhuis ontsloten door de zijdelings ingeplante inkom- en traphal. De lage begane grond omvat een kantoor en de keuken met 'monte plats'. Op de bel-etage neemt de woonkamer de straatzijde in, en een tweede kamer de tuinzijde. De tweede verdieping omvat twee slaapkamers en een toiletkamertje, de dakverdieping twee mansardes en een derde slaapkamer.