Geografisch thema

Krommewalstraat

ID
10799
URI
https://id.erfgoed.net/themas/10799

Beschrijving

Straat met licht gebogen tracé en afhellend verloop in het historisch stadscentrum, vanaf de Ieperstraat ten zuiden tot de Ringlaan ten noorden, van waar met haakse weg oostwaarts als begrenzing van de parking van het Sint-Andriesziekenhuis. Ten zuidwesten, pleintje met parking van de Sint-Pieterskerk in de Kerkstraat; op de noordwestelijke hoek met de Keidamstraat, de stedelijke begraafplaats. Loopt tot de aanleg van de Ringlaan in 1965 door tot aan de Hondstraat (huidige Azalealaan).

Met de eerste vermelding in 1390 is "Kromme Wal" een van de oudste toponiemen in Tielt; kan wijzen op het bestaan van een vroegere omwalling omheen een ophoging en indirect op de aanwezigheid van een herenhoeve of villa, kenmerkend voor de onmiddellijke omgeving van de vroegste bidplaatsen.

In de vroege middeleeuwen is de Kromme Wal een deel van de heerlijkheid "Willecomme" gelegen tussen de Poekebeek, de Bruggestraat en de Krommewalstraat. In 1366 wordt er ten noorden van de kerk een kerkschooltje gesitueerd waar het kapittel van Harelbeke het recht bezit scholasters te benoemen en ontslaan; later worden er ook leken opgeleid. Wanneer Wouter van Mullem, heer van Willecomme, zijn rechten op de Kromme Wal aan de stad verkoopt voor 350 goudfrank, wordt dit deel in 1390 aangehecht bij het schependom dat hierdoor een grosso modo vierkante plattegrond krijgt en waar de straat dan de westgrens van vormt.

De Krommewalstraat is een van Tielts oudste straten, eertijds aansluitend op de Lijkweg die de heerlijkheid Willecomme met de Sint-Pieterskerk verbindt. De weg heeft dan nog een landelijk karakter zie situering van enkele landbouwpercelen in de straat in een register van verbeurdverklaringen na de mislukte aanval van Filips van Artevelde tegen Lodewijk van Male.

In de middeleeuwen bevindt zich op de hoek met de Peperstraat het huis "het Steentkin", eertijds gelegen binnen de heerlijkheid "Willecomme". In 1427 baat dismeester Omaer De Scuvere een huidevetterij uit in de straat.

Tijdens het oorlogsgeweld in 1452-1453 door het leger van Filips de Goede en de Gentse Groententers wordt het schooltje van de kerkmeesters vernield; pas in 1547 herbouwd.

Op het stadsplan van Philip Jan Lemaieur van 1786 wordt op de noordelijke hoek met de Peperstraat het volume van de herberg-brouwerij "(In) Den Uil" weergegeven waarnaar de Peperstraat lange tijd genoemd wordt. Volgens het eerste landboek van Tielt-binnen van 1635 vormt de straat de grens tussen de "Poldercerc" en de "Huvettercerc" met eerder schaarse eenlaagsbebouwing van diephuizen geconcentreerd aan de zuidzijde. Op de kopergravure opgenomen door Antoon Sanderus (1641-1644) wordt het kerkschooltje op de zuidoostelijke hoek aan de kerk vermeld en weergegeven met er schuin tegenover de huidevetterij .

Wanneer verscheidene compagnieën van het Spaanse leger Tielt en omstreken teisteren in 1645, worden ook in de Krommewalstraat verscheidene woningen in de as gelegd.

In het laatste kwart van de 18de eeuw of in het begin van de 19de eeuw (vóór 1813) wordt op westelijke de hoek met de Ieperstraat de dekenij opgetrokken (zie Ieperstraat nummer 15).

Vanaf het einde van de 18de eeuw tot 1841 is in de gebouwen van de middeleeuwse kerkschool een stadskostschool voor jongens gevestigd.
Volgens de herbergentelling van 1807 worden in de straat de herbergen "Le Cercueil" ("De Kiste") en "A l'hibou" ("In Den Uil") uitgebaat.
In 1828 wordt een nieuw kerkhof aangelegd aan het noordelijke uiteinde van de straat, op de noordwestelijke hoek met de Keidamstraat, met oorspronkelijke kerkhoftoegang vanuit de Krommewalstraat (zie Keidamstraat). Na de effening van het oude kerkhof van de Sint-Pieterskerk, de afbraak van de poortmuur en van het washok bij de dekenij in 1869, krijgt de Krommewalstraat een bestrating tot aan het kerkhof en een verbinding met de Ieperstraat. Een volkstelling van 1834 vermeldt dat in de Krommewalstraat, waarbij eveneens de huizen in de huidige Kiste- en Manestraat meegerekend worden, vijfenvijftig spinnewielen en twee weefgetouwen staan opgesteld, dit ten behoeve van de huisnijverheid. In afwachting van de bouw van een nieuwe weefschool, wordt in 1847 een leeg schoollokaal in de straat tijdelijk ingericht als school voor linnenwevers.

In 1838 brengen de zussen Van Biervliet uit Izegem het lagere meisjespensionaat "Sainte-Marie", opgericht in 1829 in de Hoogstraat, over naar een nieuwgebouwd complex aan de Krommewalstraat, de "Sinte-Mariaschool". Naast het basis- en middelbaar onderwijs ontstaat hier in 1849 de eerste West-Vlaamse vrije lagere normaalschool voor meisjes. In 1856 wordt er de "Congregatie van de Heilige Familie" gesticht, waarna de school gekend is als "Instituut van de Dames Van Biervliet". Na de schoolstrijd ontstaan er in 1884 een betalende school voor jongens en een kosteloze lagere meisjesschool, en in 1886 de eerste vrije middelbare normaalschool van het land. In 1891 wordt het moederhuis verplaatst naar Brussel waarna de congregatie de "Heilige Familie van Helmet" heet en de school het "Heilige Familie-Instituut".

Van 1843 tot 1863 wordt in de voormalige kostschool voor jongens de meisjeskost- en dagschool ondergebracht, later de gemeentelijke lagere meisjesschool. Na afbraak van de gebouwen wordt op dit terrein in 1863-1865 een nieuwe gemeentelijke meisjesschool of "Sint-Godelieveschool" gebouwd onder het beheer van de zuster van Rollegem. In 1879 wordt de meisjesschool overgebracht naar de Ieperstraat (zie Ieperstraat nummers 32-42 en nummers 44-48) en in de gebouwen worden achtereenvolgens de oefenschool "Sainte-Marie" en de betalende gemeentelijke jongensschool (1886) ondergebracht. In 1899 wordt de oefenschool overgebracht naar de Bruggestraat waarna de kosteloze Sint-Michielschool er zijn intrek neemt. In 1908 wordt het schoolcomplex uitgebreid met haakse kleine kapelvleugel langs de Kerkstraat en een grote kapelvleugel langs de Peperstraat voor de lagere afdeling van het Sint-Jozefscollege.

Het stadsplan getekend door onderwijzer Edmond De Slypere van circa 1880 toont aan de westzijde van de straat de in 1872 verbouwde dekenij op de hoek met de Ieperstraat en het ommuurde kerkhof op de hoek met de Keidamstraat; aan de oostzijde van de straat, het complex van het "Instituut van de Dames Van Biervliet" en de Sint-Godelieveschool met het haaks op de straat ingeplante hoofdgebouw en de kapelvleugels van 1908 waardoor het plan wellicht recenter te dateren is.

Op de noordelijke hoek met de Peperstraat is sinds 1895 het "Sint-Rochusgesticht" gelegen, ondergebracht in de oude herberg-brouwerij "De Uil". Deze afdeling van de Zusters van het Geloof is ontstaan in 1879 en achtereenvolgens gevestigd in de Ieperstraat en in de Kortrijkstraat.
In het begin van de 20ste eeuw zijn in de straat nog steeds enkele herbergen gelegen, onder meer de oudere herberg "De Kiste" op de noordelijke hoek met de Kistestraat die vernieuwd wordt in 1965, "De Drie Leliën", uitgebaat tot 1924, "Het Fort", gesloopt in 1965 voor de aanleg van de Ringlaan en "De Blauwvoet" op de oostelijke hoek met de Ieperstraat, samen met een aanpalend winkelpand gesloopt voor het plaatsen van het Heilig Hartbeeld in 1985 (zie Ieperstraat).

In 1912 laat fotograaf en costumier Richard Maes twee oudere panden ombouwen tot het pittoreske pand "Oud Thielt" met feestzaal, de eerste cinemazaal van de stad waar, net als in het "Vijverhof" (zie Kortrijkstraat nummers 66-68) en het "Gildhof" (zie Sint-Michielstraat nummer 9) de eerste filmvertoningen plaatsvinden (zie nummer 6).

Na de verhuis van het Heilige Familie-Instituut naar het in 1913-1914 gebouwde imposante schoolcomplex aan het Hulstplein (zie Hulstplein nummer 32) vormen de oude schoolgebouwen aan de Krommewalstraat de bakermat van het "Sint-Andriesziekenhuis", aangekocht in 1920 door de Zusters van Maria's Opdracht en als medische verzorgingsinstelling gesticht in 1924. Een deel van het gebouw blijft behouden voor de opname van bejaarden (zie nummers 7-9).

De Sint-Godelieveschool wordt in 1935 grotendeels herbouwd en in 1957 overgedragen aan het bisdom en het Sint-Jozefscollege.
In 1937 vestigen de Zusters van het Geloof zich in het kloosterpand op de hoek met de Peperstraat waar ze een aanpalende vleugel voor de materniteit "Ave Maria" laten optrekken.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog fungeert het Sint-Andriesziekenhuis als militair hulphospitaal. Zowel het kloosterpand op de hoek met de Peperstraat, de aanpalende materniteit als de ziekenhuisgebouwen raken beschadigd na beschietingen. Nog in het begin van de jaren 1940 wordt een nieuw kloostergebouw opgetrokken naar ontwerp van de Tieltse architect Albert Impe (zie Peperstraat nummer 13). In 1947-1948 wordt de meest gehavende vleugel van het ziekenhuis, met name aan de Krommewalstraat, heropgebouwd.

In 1965 wordt de Ringlaan aangelegd, waardoor het noordelijk deel van de straat tot aan de Hondstraat afgesneden wordt, vanaf 1975 gekend als Azalealaan.

Nadat de Zusters van het Geloof in 1966 de verzorging in het ziekenhuis overnemen, is er in 1967 een akkoord voor de fusie met de materniteit "Ave Maria" (zie Peperstraat 13) en de Sint-Lucaskliniek (zie Beernegemstraat nummers 3-5). In 1975-1980 wordt aan het noordoostelijke uiteinde van de straat het nieuwe Sint-Andriesziekenhuis opgetrokken. De oude gebouwen worden in 1990 deels ingericht als Woon- en Zorgcentrum Sint-Andries; de rest doet dienst als kloostergebouw (zie nummers 7-9).

Omwille van leegstand worden de gebouwen van de voormalige Sint-Godelieveschool eind jaren 1990 door de stad aangekocht. Thans is er het "Regionaal Dienstencentrum Zonnewende-v.z.w. Familiezorg West-Vlaanderen" gehuisvest (zie nummer 1); de school met ingang langs de Peperstraat is recent leegstaand (zie Peperstraat nummers 6-8); de voormalige neogotische kapel is deels verbouwd en heringericht met lokalen voor de Kunstacademie (zie Kerkstraat nummer 13).

Voornamelijk woonfunctie en diensten, onder meer ziekenhuis. Verdwenen kasseibestrating. Heterogene, grotendeels aaneengesloten 19de- en 20ste-eeuwse bebouwing van een à twee bouwlagen onder pannen bedaking.

Concentratie van grootschalige bebouwing aan de oostzijde van de straat, met name het hoofdgebouw van de voormalige Sint-Godelieveschool (nummer 1) en zowel de oude (nummers 7-9) als de nieuwe (nummer 11) gebouwen van het Sint-Andriesziekenhuis. Ten zuidwesten, tussen de Ieperstraat en de Kistestraat, straatgevelwand gevormd door de hoge bakstenen tuinmuur van de dekenij (zie Ieperstraat nummer 15). Aan het noordwestelijke uiteinde van de straat, oorspronkelijke toegang tot kerkhof met haakse doorlopende leilindendreef en parking (zie Keidamstraat).

Restant van landelijke bebouwing is de stadshoeve op de zuidwestelijke hoek met de Keidamstraat, eertijds in gebruik genomen door de Sint-Mariaschool voor het geven van landbouwonderwijs (zie nummer 22).

Restanten van eenlaagsbebouwing wellicht daterend uit het begin van de 20ste eeuw, thans verbouwd. Nummer 34, witgeschilderde baksteenbouw onder mansardedak (nok evenwijdig met straat; mechanische pannen).

Gecementeerde en geschilderde plint. Geprofileerde houten kroonlijst doorbroken door centraal dakvenster met trapgevel (drie treden; natuurstenen afdekstenen). Getoogde muuropeningen onder strek; venster verbouwd tot portiekvormige inkom. Deels beglaasde deur met getoogd bovenlicht. Nummers 42-48 met verankerde bakstenen lijstgevels en tandlijst onder zadeldak (nok evenwijdig met straat; nummer 48: Vlaamse pannen, overige: mechanische pannen); nieuwe dakkapellen. Oorspronkelijk getoogde muuropeningen onder strek (nummer 42) grotendeels gewijzigd.

Nummers 16, 18, neoclassicistische woonhuizen met oudere kern, van respectievelijk zes en vijf traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (nok evenwijdig met straat; mechanische pannen); nieuwe gootlijsten. Lijstgevels in de 20ste eeuw voorzien van nieuw roodsierstenen parement op hoge natuurstenen plint. Natuurstenen onderdorpels, doorlopend in tweede bouwlaag bij nummer 16. Rechthoekige muuropeningen waarin nieuw schrijnwerk; bij nummer 16 op begane grond voorzien van vlakke trapeziumvormige natuurstenen sluitstenen. Naast deur van nummer 16 (oude onderpastorie), rondboognis met neogotisch witgeschilderd traliewerk in natuurstenen omlijsting met topkruis; gepolychromeerd beeldje van Onze-Lieve-Vrouw met Kind. Nummer 18 met deur onder rechte latei en halve keldervensters.

Aanvullende 20ste-eeuwse nieuwbouw. Nummer 20, een achterin gelegen villa gebouwd volgens kadaster in 1946 in mengeling van historiserende en late cottagestijl in opdracht van brouwer Henri Loosveldt. De villa is gelegen in de voormalige grote tuin behorend bij de Sint-Mariaschool. Slecht zichtbaar vanaf de straat door hoge aanplantingen en hoog metalen hek; (ouder) poortgebouw aan de straat, een witgekalkte baksteenbouw met gepekte plint en korfboogpoort.

Nummer 11, in 1975-1980 gerealiseerde nieuwbouw van het Sint-Andriesziekenhuis naar de plannen van architecten Albert Impe (Tielt) en L. Luyten (Wilrijk). Gebouwencomplex op kruisvormig grondplan bestaande uit hoofdvleugel van zes bouwlagen, technisch voorblok van drie bouwlagen en achtervleugel van vijf bouwlagen onder platte bedaking; omliggende parking.

  • Heemkundige Kring De Roede van Tielt, Fototheek.
  • Kadasterarchief West-Vlaanderen, 207 : Mutatieschetsen, Tielt, Afdeling 1, 1946/169.
  • BEKAERT P., Jan Van Zantvoorde (1594-1665), griffier van Tielt in tijden van pest en cholera, in De Roede van Tielt, jg. 23, nummer 3, 1992, p. 102.
  • BUYCK J., De herbergentelling van 1807 in Tielt, in De Roede van Tielt, jg. 30, nummer 3-4, 1999, p. 87.
  • DE FLOU K., Woordenboek der toponymie van Westelyk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het Land van den Hoek, de graafschappen Guînes en Boulogne, en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, deel VIII, Brugge, 1928, kolom 848-849.
  • DE GRYSE P., Tielt graag gezien, Aarsele-Kanegem-Schuiferskapelle-Tielt, Tielt, 2003, nummers 130-133, 151.
  • DESMET G.; DEVRIENDT J., Het godsdienstig leven te Tielt in het verleden en op heden, Geschiedkundige gegevens & samenstelling van den historischen stoet, Tielt, 1938, p. 25-26.
  • Gids voor Groot-Tielt 1987, Tielt, 1987, p. 131.
  • HOLLEVOET F. e.a., Als straten gaan… praten. De roede van Tielt, Tielt, 2005, p. 224.
  • HOLLEVOET F., Tielt feodaal, in De Roede van Tielt, jg. 33, nummer 3, 2002, p. 114, 116.
  • MAES A.; VANDEPITTE P., Woonhuizen. Onbewust monumenten, Tielt, 1990, p. 66-69.
  • MARTENS W., Mei 1940. De regio Tielt in de vuurlinie, Tielt, 2003, p. 29, 85.
  • NEYT L., Generaties Tieltenaars op de schoolbanken. Van Vlaamse en Franse kostschool tot lagere afdelingen van het Sint-Jozefscollege, 1788-1983, in De Roede van Tielt, jg. 14, nummer 2, 1983.
  • OSTYN R., Historische stedenatlas van België, Tielt, Brussel, 1993, p. 15-17, 19-20, 26, 30, 69, 71, 85, 107, 122-124.
  • OSTYN R., Stadsplan en landboek van Tielt-binnen of het aanzien van Tielt omstreeks 1635, jg. 23, nummer 1, 1992, p. 11, 16-17.
  • RAVYTS K.; STRUYVE P., Het Tieltse 1940-1945, Bedreigd Bezet Bevrijd, Tielt, 1995, p. 38, 47, 82, 111, 362.
  • VAN BIERVLIET L.; VAN ACKER L., Enige bijzonderheden over de weefschool te Tielt, in Biekorf, jg. 83, nummer 3, 1983, p. 309.
  • VANDEPITTE P., Tielt. Speuren naar heden en verleden van Tielt, Aarsele, Kanegem en Schuiferskapelle, Tielt, 1985, p. 19, 48.
  • VANDEPITTE P., Van Thielt tot Tielt, Tielt, 1975, nummer 49.
  • VAN NIEUWENHUYSE J., Hoogstraat Tielt, onuitgegeven studie van De Tieltse Gidsenkring, Tielt, 1998, p. 27.
  • VANRENTERGHEM B., De Congregatie van de Zusters van t' Geloof, Bakermat in Tielt, verspreiding en evolutie, onuitgegeven studie, 2000-2001, p. 41-42.
  • VERBRUGGE J., Kerken, kapellen, veldkapellen en devotiekruisen in Tielt, Tielt, s.d.
  • VERBRUGGE J., Tieltse caférijkdom. Een overzicht van cafés en uitbaters tussen 1900 en 1980, in De Roede van Tielt, jg. 11, nummer 2-3-4, 1980, p. 109-110.
  • VERBRUGGE J., Tielt, textielstad (Deel I: negentiende eeuw), in De Roede van Tielt, jg. 18, nummer 2, 1987, p. 49-51, 90.

Bron: CALLAERT G. & SANTY P. met medewerking van BOONE B., DEVOOGHT K. & MOEYKENS S. 2007: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Tielt, Deel I: Stad Tielt (straten A-R), Deel II: Stad Tielt (straten S-Z), Deelgemeenten Aarsele, Kanegem en Schuiferskapelle, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL29, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Callaert, Gonda; Santy, Pieter
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Omvat
    Café Oud Thielt met feest- en filmzaal

  • Omvat
    Historische stadshoeve met tuin

  • Omvat
    Neoclassicistisch winkelpand

  • Omvat
    Neoclassicistische stadswoning

  • Omvat
    Sint-Godelieveschool

  • Omvat
    Sint-Mariaschool

  • Is deel van
    Tielt


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Krommewalstraat [online], https://id.erfgoed.net/themas/10799 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.