is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Muggenberghof
Deze vaststelling is geldig sinds
Landhuis in sober neoclassicisme, genaamd 'Muggenberg' of 'Muggenberghof', in 1842-1843 gebouwd in opdracht van baron Antoine de Browne de Tiège (1816-1903) naar een ontwerp door Jacques Van Cuyck. Het kasteeltje verving een gelijknamig omwald lusthof dat terugging op een 16de-eeuwse hofstede en in het begin van de 19de eeuw tot ruïne was vervallen. Sinds 1989 is in het gebouw een jeugdbeweging gevestigd.
Over de Antwerpse bouwmeester-aannemer Jacques Van Cuyck (1798-1846) is vooralsnog betrekkelijk weinig geweten. Van Cuyck lijkt hoofdzakelijk in en om Antwerpen actief te zijn geweest, waar hij een oeuvre uitbouwde van vooral burgerhuizen in neoclassicistische stijl. Van zijn gekende realisaties is het landhuis Muggenberg de omvangrijkste. Het kasteeltje is tevens een van de laatste ontwerpen van Van Cuyck die in 1846 op 48-jarige leeftijd overleed.
Uit het oudste register van hertogelijke cijnzen en renten onder Deurne, opgesteld omstreeks 1430, blijkt reeds het bestaan van een goed Muggenberg. Als eigenares omstreeks 1430 vermeldt het register Maria Jacobsdochter van Steenland. Zij had het goed verkregen van ene Jan van den Laere. De vroegst gekende beschrijving van het goed dateert uit 1558. In oktober dat jaar verkochten de zusters Margriet en Catharine Schoefs de hofstede 'Muggenbergh' aan de Antwerpse koopman Willem Basseliers. Margriet Schoefs was gehuwd met ridder Willem de Clerck, heer van Bovekerke, en Catharine Schoefs met Peter van der Noot, raadsheer van Brabant en familie van renaissancedichter Jan van der Noot. Het verkochte landgoed, gelegen op het Muggenbergveld tegenover de Stenenbrug, was 28 bunder groot en omvatte een hofstede met huizingen, schuren en stallen, en verder onder meer beemden en weilanden. Willem Basseliers liet in de tweede helft van de 16de eeuw de hofstede omvormen tot een omwald lusthof.
Voor 1660 kwam Muggenberg in het bezit van Arnold Willemssone Lunden. Na het overlijden van zijn eerste echtgenote Catharina Moens hertrouwde Lunden in 1680 met Theresia Jozefa van Hove. In 1722 vermaakte Arnold Lunden bij prelegaat een hof van plaisantie met pachterswoningen, schuren en stallingen, genaamd 'het hof van Muggenbergh' aan zijn zoon Arnold Albrecht Lunden. Diens zoon, Jozef Albrecht Lunden, liet het Muggenberghof na aan zijn zuster Helena Constantia Lunden, gehuwd met Pieter Jozef Herry. Hun drie kinderen, allen geestelijken, verkochten in het najaar van 1836 het hof aan stoker Petrus Antonius Bosselaers en zijn echtgenote Maria Soeten. Tegen die tijd was het domein versnipperd geraakt en mat het nog slechts 2 hectare en 37 are.
In 1841 verkocht Petrus Bosselaers het domein Muggenberg aan baron Antoine Alfridus de Browne. Het oude lustgoed was dan nog 2 hectare en 33 are groot en bestond uit een ruwweg rechthoekig conglomeraat van percelen dat zich vanaf het Luisbekelaar (vandaag Te Boelaerlei) in oostelijke richting uitstrekte. Een grote remise aan het Luisbekelaar markeerde de toegang tot het domein. Door moestuinen en een boomgaard gescheiden van de remise, lag in het midden van het domein het eigenlijke lusthof, bestaand uit een door een walgracht omgeven rechthoekig wooneiland waarvan de westzijde volledig werd ingenomen door het vervallen kasteel. De walgracht werd gevoed door de Boelaerbeek die op de Waasdonk ontsprong en ter hoogte van de Stenenbrug (Herentalsebaan) uitmondde in de Herentalsevaart. Een lustbos besloeg de oostelijke helft van het landgoed. In 1842 liet Antoine de Browne het oude hof volledig afbreken en op nagenoeg dezelfde locatie een landhuis in neoclassicistische stijl oprichten. Voor de aanleg van een landschapstuin met quasi ronde parkvijver werd de rechthoekige walgracht gedempt en een deel van het lustbos gerooid. De Browne liet ook de remise vergroten en verbreedde het domein in noordelijke richting.
Alexander de Browne de Tiège, zoon van Antoine, erfde het domein in 1906. Aan aannemer Lodewijk Rymen–Van der heyden uit Borgerhout verkocht hij in 1922 het kasteel en de lusttuin, samen nog slechts een hectare groot. Rymen liet de kasteelvijver dempen en verkavelde de randen van de lusttuin voor de bouw van woningen. Het kasteeltje zelf en de overblijvende parktuin verkocht Rymen in 1944 aan het Gesticht van de Zusters der Christelijke Scholen. Zij vormden het gebouw in 1957 om tot sociale instelling (school). Sedert 1989 doet het Muggenberghof dienst als lokalen voor een jeugdvereniging.
Het Muggenberghof en zijn tot speelterrein omgevormde parktuin vormen vandaag het hart van het bouwblok omsloten door de Herrystraat in het noorden, de Van Steenlandstraat in het oosten, de Van Hovestraat in het zuiden, en de Te Boelaerlei in het westen. De Van Steenlandstraat, Van Hovestraat, Herrystraat, en ook de nabijgelegen Basseliersstraat en Bosselaersstraat zijn vernoemd naar voormalige eigenaars van het Muggenberghof. Volledig omgeven door bebouwing is het domein slechts toegankelijk via twee tegenover elkaar liggende openingen in de gevelwanden van de Herrystraat en Van Hovestraat. Een bakstenen muur met gemetselde steunberen en spaarvelden, en met een plint en afdekking in blauwe hardsteen, markeert de toegang aan de Van Hovestraat. Een modern hekwerk met poort sluit aan de Herrystraat het terrein af.
Het door Jacques Van Cuyck ontworpen landhuis is een symmetrisch opgevat gebouw, omvattend een kruisvormige hoofdvleugel van negen traveeën en twee bouwlagen onder een schilddak met klassiek hoofdgestel en brede omlopende kroonlijst op modillons, en twee rechthoekige zijvleugeltjes van één travee en één bouwlaag onder een zadeldak met vlakke kroonlijst en als fronton uitgewerkte zijgevels. Van de daken is de natuurleien bekleding door pannen vervangen. De oorspronkelijk bepleisterde en beschilderde bakstenen lijstgevels zijn grotendeels van hun bepleistering ontdaan. Het parement is spaarzaam verwerkt met blauwe hardsteen voor impostlijsten, lekdrempels, vensterdorpels en lateien.
Bij de westelijke hoofdgevel ligt de klemtoon op de centrale inkompartij, uitgevoerd in risaliet en voorzien van een bordes in blauwe hardsteen. Drie traveeën breed, horizontaal geleed door een omlopende hardstenen lekdrempel, en bekroond door een driehoekig fronton met modillons, is de inkompartij voorzien van openingen in zowel de voorgevel als de korte zijgevels: op de begane grond vijf rondbogige deurvensters met waterlijst (oorspronkelijk vier kleinere vensters en een deur) en op de verdieping vijf rechthoekige vensters. De rechthoekige vensters in de korte zijgevels zijn gedicht. Het fronton kreeg net als de drie andere frontons een laag rondboogvenster. Gelijkaardig van uitvoering is de naar de tuin gerichte oostgevel. Hier werd de risaliterende middenpartij echter dieper uitgebouwd en gevat tussen flankerende tuinkamers, elk twee traveeën breed en één bouwlaag hoog onder platte bedaking. De oranjerie die de ruimte tussen de kamers vulde is vervangen door een bakstenen uitbouw met klein rechthoekig venster in een verder blinde gevel. De overige gevelvlakken worden gekenmerkt door regelmatige registers van eenvoudige en oorspronkelijk beluikte rechthoekige vensters.
Het wit geschilderde houten deur- en vensterschrijnwerk met dubbele draaivleugels en vaste bovenlichten is vervangen door onaangepast houten schrijnwerk. Van de frontons zijn de rondboogramen met waaierende roedeverdeling wellicht origineel. Alle luiken zijn verdwenen. De kroonlijsten zijn vernieuwd naar historisch model. Het interieur is door het gebruik als school en jeugdhuis sterk gewijzigd.
Auteurs: Bisschops, Tim
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Herrystraat
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Muggenberghof [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/11277 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Stad Antwerpen
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.