Geografisch thema

Hulstemolenstraat

ID
13124
URI
https://id.erfgoed.net/themas/13124

Beschrijving

Straat die in het verlengde van de Stationsstraat vanaf de overweg met de spoorlijn in oostelijke richting naar de Brugsesteenweg loopt, en zo een onderdeel vormt van het tracé dat de heuvelrug volgt en in oost-westelijke richting de gemeente doorsnijdt. Dalend verloop vanaf het kruispunt met de Rijksweg naar het oosten toe. In de 17de-18de eeuw omschreven als "de straete van Lendelede naer de Walleghem meulen". Laatst genoemde molen lag op grondgebied Hulste. Ook vaak de "straete leidende van St-Baefs-Vyfve naer Lendelede" genoemd. Op een kaart bij het renteboek van "'t Gryspersche" (1642) wordt het eerste deel van de straat beschreven als "straete van Lendele nar themerijck". Weergegeven op een kaart van het tiendenboek van de Sint-Maartensabdij van Doornik (circa 1645) met verspreide hoevebebouwing.

In het midden van de 19de eeuw wordt de straat vanaf "De Hoogte" met zijn huidige benaming genoemd en omschreven als "chemin de Lendelede à Hulste", zie Atlas der Buurtwegen (1847). Het straatdeel vanaf de spoorlijn maakt nog deel uit van "den steenweg" van Lendelede naar Hulste, die verderliep over de Harelbeeksestraat en de Hulstsestraat. In 1750-1751 wordt de steenweg Kortrijk-Brugge aangelegd, die ten westen net buiten Lendeleeds grondgebied loopt. Doorheen de 18de eeuw blijft het dorp tamelijk geïsoleerd, daarom wordt begonnen met de aanleg van een rechtstreekse verbinding tussen het Dorpsplein en de oostelijker gelegen steenweg. Lendelede begint in 1783 op eigen kosten met de aanleg van de "calsijde", pas in 1820 zou de gemeentelijke steenweg voltooid worden. Vanaf 1843 wordt tol geheven, aan de herberg "De Hoogte" wordt daarvoor een barrière geplaatst. Het tolrecht blijft van kracht tot 1894. In het eerste decennium van de 20ste eeuw wordt de straat verhard met grind. Op het kruispunt met de Harelbeeksestraat, op "De Hoogte", staat eertijds een kapel toegewijd aan Onze-Lieve-Vrouw der Christenen, aangeduid op de Ferrariskaart (1770-1778).

Woon- en agrarische functie. Verspreide hoevebebouwing, waarvan enkele in site minstens opklimmen tot de 18de eeuw, zie voorkomen op Ferrariskaart (1770-1778); bij nrs. 83 en 97 reeds bebouwing weergegeven op kaarten bij het tiendenboek van de Sint-Maartensabdij uit Doornik (circa 1645) en bij het renteboek van de heerlijkheid "Tollenaers" (1732). Nummers 10-12, tweewoonst voorkomend op primitief kadasterplan (circa 1830). Rond het midden van de 19de eeuw wordt aan de oostelijke woning een stalvolume aangebouwd, ten zuidoosten verschijnt het huidige landgebouw, aangeduid bij kadaster als "magazijn". Beide opgetrokken in opdracht van fabrikant/handelaar Fideel Feys. In 1886 werd ten oosten ook een "koekenbreekerij" opgetrokken (verdwenen). Eenlaagsbouw in rode baksteenbouw onder zadeldak, zijgevel onder meer met vlechtingen en gedichte oculus, nieuwe straatgevel met nieuwe muuropeningen. Aansluitend stalgedeelte onder lagere nok verbouwd tot woonuitbreiding. Achtergelegen landgebouwen onder zadeldaken (eternietplaten, nokken haaks op straat): 19de-eeuwse schuur in rode baksteenbouw met korfbogige schuurpoort geflankeerd door nieuwere poort, afgeronde hoek en zijgevel met vlechtingen en asemgaten. Parallel aangebouwde uitbreiding onder evenwijdige nok uit het interbellum in donkerrode baksteenbouw met rechthoekige muuropeningen. Nummer 83, historische hoeve "te Tollenaers", minstens opklimmend tot de 17de eeuw, zogenaamd naar de oudst gekende bezitter van de gelijknamige heerlijkheid. Thans bestaande uit een erf met aan oostzijde het boerenhuis met lagere stal en aan westzijde de parallelle imposante schuur. Beide volumes in rode baksteenbouw onder steile zadeldaken (nokken haaks op straat, woonhuis in gesmoorde Vlaamse pannen, schuur in mechanische). Zijgevels met vlechtingen, bij de schuur ook met grote centrale versneden steunbeer en gedichte asemgaten. Aan de zuidkant van het woonhuis is nog een later stalletje toegevoegd onder lagere nok (Vlaamse pannen), onder meer met zoldervenster met druiplijst. Woonhuis en schuur zijn thans voorzien van nieuwe erfgevels met gewijzigde muuropeningen en latere aanbouwen. Nummer 97, hoeve "'t Dossenaerken", thans met vernieuwd boerenhuis en nieuwe nutsgebouwen, op de Ferrariskaart (1770-1778) weergegeven als L-vormige constellatie binnen vierkante walgracht.

Latere hoeves die opklimmen tot de 19de eeuw, onder meer nummer 14, hoeve bestaande uit twee losse hoevegebouwen (boerenhuis-stal en schuur) met constellatie die teruggaat tot de eerste helft van de 19de eeuw, zie voorkomen op Atlas der Buurtwegen (1847). Was gelegen ten zuiden van een landwegel die "De Hooge weg" wordt genoemd. Thans met nieuw woonhuis en schuur, het 19de-eeuwse witgekalkte schuur-stalvolume onder zadeldak in Vlaamse pannen is nog deels bewaard, westelijke zijgevel met rondbogig zoldervenster waarboven druiplijst en gedichte oculus. Nummer 16, "ter Draefs", zogenaamd naar de heerlijkheid waaronder de hoeve ressorteerde. Nieuwe hoevegebouwen. Woonhuis reeds op deze plaats afgebeeld in 1847, zie Atlas der Buurtwegen. Vermoedelijk nieuw woonhuis eind 19de - begin 20ste eeuw. Verbouwing van woonhuis en bouw van nieuwe schuur in 1936 in opdracht van handelaar Camiel Descheemaeker. Hoog witgeschilderd eenlaags bakstenen boerenhuis van vier traveeën onder zadeldak in mechanische pannen. Vernieuwde grote rechthoekige vensteropeningen. Getrapt baksteenfries. Haaks daarop een bakstenen schuur-stalvolume onder zadeldak in mechanische pannen, rechthoekige muuropeningen onder betonlateien.

Resterende 19de- of begin 20ste-eeuwse, veelal gerenoveerde, eenlaagsbebouwing in donkerrode baksteenbouw onder zadel- of mansardedaken (nok parallel met straat). Onder meer nummers 32-36: afgeboord met muizentandfries, drie woningen van drie traveeën, middelste woning als uitbreiding met gewijzigde muuropeningen. Nummer 36 idem met toevoeging tweede bouwlaag. Nummers 87-89: achteruitgelegen ten opzichte van de openbare weg, nummer 89 met nieuw parement, nummer 87 met latere muuropeningen onder betonlateien. Nummers 25-29, verbouwde en / of vernieuwde eenlaagsbouw, onder meer met toevoeging van tweede bouwlaag. Nummer 1, hoekpand met Groeningebergstraat, recent herbepleisterd, mansardedak in mechanische pannen, schuine deurtravee oplopend in dakvenster. Nummers 86-90, drie woningen van twee bouwlagen, vermoedelijk begin 20ste-eeuws. Centrale woning nog met getoogde muuropeningen en gevelankers, lage tweede bouwlaag.

Aanvullende interbellumbebouwing, geconcentreerd in het westelijke straatdeel. Nummer 2, voormalig woonwinkelpand onder schilddak in mechanische pannen, gecementeerde lijstgevel, begane grond in azuurblauwe geglazuurde tegels met zwarte banden. Nummer 11, enkelhuis van twee traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak in mechanische pannen. Muuropeningen met afgeschuinde hoeken. Nummers 48-58, woningen van twee bouwlagen en twee of drie traveeën onder zadeldaken (nok parallel met straat), opgetrokken in het tweede kwart van de 20ste eeuw en veelal voorzien van nieuw schrijnwerk en/of een nieuwe gevelafwerking. Resterende elementen bij nummer 50: mijtervormige gevelkapel afgewerkt in rode en grijze granito, met beeld Onze-Lieve-Vrouw met Kind; nummer 52 op de tweede bouwlaag met bewaarde T-ramen met bovenlicht in verticale roedeverdeling en met gekleurde beglazing; nummers 54-56 met centrale rondbogige gevelkapel met heiligenbeeld. Nummers 50 en 54-56 verbouwingen van vlasschuren: nummer 50 oorspronkelijk een woning met naastgelegen vlasschuur onder zelfde nok, nummers 54-56 oorspronkelijk vlasschuur van drie beuken en centrale poort, thans met verbouwde begane grond, onderverdeeld in twee wooneenheden.

Voor het overige aanvullende bebouwing van alleenstaande eengezinswoningen in tuin uit het laatste kwart van de 20ste eeuw. Bij het kruispunt met de Brugsesteenweg komen vooral woningen uit de tweede helft van de 20ste eeuw voor, in halfopen of open bebouwing.

  • Archief Sint-Andriesabdij Brugge, Pretiosa, nr. 6: Tiendboek van de Sint-Maartensabdij van Doornik, ca. 1645.
  • Kadasterarchief West-Vlaanderen, 207: Mutatieschetsen, Lendelede, 1877/26, 1886/4, 1936/25.
  • Rijksarchief Kortrijk, Aanwinsten, VI, nr. 6673: Renteboek Tollenaers, 1732.
  • Stadsarchief Menen, P 782: "Plan der Prochie en Straete leedende van Lendelede Plaetse naer Hulste tot aen den Steenwegh van Cortrijck op Brügge", 1786.
  • DELAERE J., 75 Lendeleedse straatnamen, in Lethae, nr. 14, 1995, p. 21.
  • DELAERE J., Geschiedenis van Lendelede tot 2000, Kortrijk, 2000, p. 296, 312-313, 324, 334, 346, 481-482.
  • VANDEWALLE R., Lendelede in oude prentkaarten, Zaltbommel, 1973, afb. 23.

Bron: SANTY P. & DEVOOGHT K. 2008: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Lendelede, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL41, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Santy, Pieter; Devooght, Kristien
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Omvat
    Dorpswoning

  • Omvat
    Dorpswoning met magazijn

  • Omvat
    Handelaarswoning met opslagplaats met ast

  • Omvat
    Lourdesgrot

  • Omvat
    Molenaarswoning

  • Is deel van
    Lendelede


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Hulstemolenstraat [online], https://id.erfgoed.net/themas/13124 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.