Modernistisch burgerhuis gebouwd in opdracht van Frans Leysen, naar een ontwerp door de architect Willy Fisher uit 1933. Aannemer was de Bouwonderneming Leo Wolf uit de Schupstraat. De rijwoning behoort tot het vroege oeuvre van de architect, die in 1927 zijn studies beëindigde. Waar zijn vroegste realisaties nog aanleunen bij de expressieve baksteenarchitectuur van de Amsterdamse School, bekende Fisher zich vanaf begin jaren 1930 tot het modernisme. In de jaren 1950 zou hij zich vooral toeleggen op het conventionele appartementsgebouw.
De rijwoning met voortuin en een gevelbreedte van 7 meter, omvat een souterrain en twee bouwlagen onder een plat dak. Sober van opzet heeft de gevel een parement uit rood baksteenmetselwerk in kettingverband met Dudok-voeg - dieperliggende lintvoegen in combinatie met platvolle stootvoegen. Voor de daklijst is bouwkeramiek gebruikt; de sokkel, volgens de bouwplannen oorspronkelijk betegeld, is vandaag bepleisterd. Waar de gevelcompositie strak wordt geleed door bandramen, zorgen de afgeronde penanten van het inkomportaal met bordestrap en halfronde luifel voor een dynamisch accent. Het oorspronkelijk stalen schrijnwerk van de inkomdeur en vensters, en de houten garagepoort zijn vernieuwd, de stalen buishekken van voortuin en bordestrap verdwenen.
De plattegrond van de benedenverdieping beantwoordt aan een open planopvatting, met behalve de inkom- en traphal, een L-vormige suite van salon, eetkamer en zitje, waarbij het overdekte terras en de office met keukenlift aansluiten; de keuken deelt volgens de bouwplannen het souterrain met de garage. De bovenverdieping biedt ruimte aan twee slaapkamers, waarvan één met terras, een badkamer, een naaikamer en een dienstkamer.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossier 238#4273.