Achterin gelegen hoeve met mooie inplanting namelijk voorerf met omhaagde tuin en moestuin, notelaar,... Langgestrekt woonstalhuis van acht traveeën en haaks aanpalende, tweebeukige langsschuur van zes traveeën, vrijstaande stallingen en karrenkot; opklimmend tot het laatste kwart van de negentiende-eerste kwart van de twintigste eeuw, sterk verbouwd en aangepast in het tweede kwart van de twintigste eeuw; voorbeeld van regionalisme.
Verankerde, bakstenen volumes onder zadeldak (nok parallel aan de straat, Vlaamse, mechanische pannen); baksteenlijsten; houten kroonlijst op klossen; in stal laadluik onder zadeldakje; schuur met tussen lisenen besloten spaarvelden, gebinte met pen- en gatverbinding en telmerken. Rechthoekige muuropeningen: in woongedeelte beluikte kruiskozijnen, twee getraliede keldervensters; rondboogdeur met oculus.
Bron: DE SADELEER S. & PLOMTEUX G. 1997: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Antwerpen, Arrondissement Turnhout, Kanton Turnhout, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 16n1, Brussel - Turnhout. Auteurs: De Sadeleer, Sibylle Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)