Basisschool en eerste graad secundair onderwijs van het Heilig Grafinstituut, zogenaamd Klein H. Graf, ondergebracht in de voormalige Apostolische School; deze werd opgetrokken in 1886-1887 naar ontwerp van architect Pieter Jozef Taeymans, ingevolge plaatsgebrek in het Sint-Jozefcollege; inwijding op 22/9/1887. Met de verhuis van het college naar de Koningin Astridlaan verdwenen ook de Apostolieken uit de stadskern. De vrijgekomen gebouwen werden in 1939 aangekocht door het Heilig Grafinstituut. De nieuwe Apostolische School, in 1941 opgericht op het Stokt, werd in 1958 opgeheven.

Het huidige schoolcomplex omvat van zuid naar noord de oude Apostolische School uitgebreid in 1955, een T-vormig gebouw van 1977 naar ontwerp van architect René Van Steenbergen sr., aansluitende speelplaatsen, mooie met gras begroeide en beboomde tuinen en een parkeerplaats met toegang aan de Deken Adamsstraat tussen nummer 29 en 33. In de tuin, bak- en zandstenen kapelletje met Lourdesgrot, aangepast dienstgebouwtje, voorts zandstenen beelden van Sint-Jozef met kind op sokkel, 1919, en Sint-Franciscus Xaverius.

Vrijstaand complex ter hoogte van de Apostoliekenstraat afgesloten door een hoge bakstenen muur; ingang via eenvoudig korfboogpoortje met druiplijst en ijzeren hek, gevat in met voluten, driezijdig fronton en kruis verhoogd risaliet, voorzien van wapenschild met initialen SM en cartouche met jaartal 1887.

Het oude schoolgebouw in neo-Vlaamserenaissance-stijl van 1886-1887, is voorafgegaan door een voortuin, door middel van fraaie ijzeren hekken gescheiden van de aanpalende koer. U-vormige inplanting met lange vleugel van respectievelijk dertien en drie traveeën en drie bouwlagen (nok loodrecht op de straat), met voornamelijk klaslokalen; de zijvleugels van respectievelijk vijf en drie traveeën en twee bouwlagen (nok parallel aan de straat) bevatten onder meer de hoofdingang en het klooster in de zuidvleugel, een voormalige recreatiezaal en kapel in de noordvleugel. Het hele complex is onderkelderd en voorzien van betraliede keldervensters; overkapping met leien zadeldaken, waarin spitse dakkapelletjes alterneren met grote getrapte dakkapellen en -vensters ter hoogte van deurtravee, kapel en rookkanalen; de rechthoekige dakvensters aan de oostzijde zijn later toegevoegd.

Bak- en zandsteenbouw met sterk horizontaal belijnde lijst- en zijtopgevels met speklagen, kordonvormende lijsten, sierankers, boogfriezen, omlijste steigergaten en houten kroonlijsten op modillons. De topgevels zijn meer uitgewerkt, onder meer met schouderstukken, trappen, pinakels, een wapenschildje of cartouches met inscripties (IHS, Domus mea domus grationis est MDCCCLXXXVI, Puer Jesu tuere nos MCMVIII,...), boogvensters, oculi en een roosvenster met maaswerk ter hoogte van de kapel; ook de spits- en korfboogvensters in de lange gevels van de kapel zijn met neogotisch maaswerk versierd.

Korfbogige hoofdingang in zandstenen omlijsting met druiplijst; beglaasde houten vleugeldeur met bovenlicht en mooi ijzeren beslag; bovenliggend dakvenster met neogotische nis waarin zandstenen beeld van Sint-Franciscus Xaverius. Overigens rechthoekige muuropeningen met boven-, tussen- en onderdorpels van arduin en origineel houtwerk met kleine roedeverdeling.

Interieur: onder meer omlopende gangen van de begane grond met arduinen vloertegels, zolderingen (gangen) met moer- en kinderbalkjes op consoles, eikenhouten trappen met dito leuningen, originele (en overschilderde) binnendeuren in pitchpine, mooie koperen deurklinken, ...; zogenaamd recreatiezaal met moerbalken op gietijzeren zuiltjes en bewaarde cementtegelvloeren met verschillende patronen. Kelders met gemetselde tongewelven.

Eénbeukige kapel met houten spitsbooggewelf, voorzien van trekankers en makelaar, op brede kooflijst ondersteund door vrijstaande, beschilderde houten zuiltjes met octogonaal koolbladkapiteel; spitsboogvensters met glas-in-loodramen, gesigneerd Jules Dobbelaere 1909; hangend doksaaltje; eenvoudige driezijdige koornis.