Hoekpand met Driezenstraat samengesteld uit een in kern laatclassicistisch herenhuis van zes traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (nok parallel aan de straat, Vlaamse pannen) opgetrokken in de eerste helft van de 19de eeuw en eertijds bewoond door burgemeester J. Hoefnagels (1866-1889) en het hoekhuis van twee traveeën, een afgeschuinde hoek, vijf traveeën en eveneens twee bouwlaag onder plat dak, werd in 1975 (begane grond) en 1985 (bovenverdieping) bijgebouwd in aangepaste stijl.

Dubbelhuizen met uniform afgewerkte, bepleisterde en beschilderde lijstgevels op arduinen plint, met schijnvoegen op de begane grond, doorlopende puilijst en houten kroonlijst op klossen. Rechthoekige vensters, in geriemde omlijsting met oren en een paneeltje onder de lekdrempels op de bovenverdieping.

Rechthoekige deur, omlijst met beschilderd entablement in Lodewijk XVI-stijl met neuten, waterlijst op strakke consoles, latei met laurierbladmotief en 19de-eeuws bovenlicht met sierlijk ijzeren roedepatroon. Laatste travee met rondboogpoort in geprofileerde omlijsting met diamantkopsleutel en -imposten; de eigenlijke doorgang werd verbouwd tot ontvangstruimte.

Interieur: centrale gang geflankeerd door salons met marmeren schoorstenen en bepleisterde plafonds met moerbalken voorgevel en sober lijstwerk uit de 19de eeuw; gelijkaardige corresponderende kamers op bovenverdieping. De trap en de inrichting van de grote zaal aan de tuin dateren van 1920.