Gemeente in Vochtig Haspengouw, bij samenvloeiing van de Molenbeek en Cicindria.
Voor het eerst vermeld in 1103 als Duraz (Keltisch "Duracio", vesting). Oorspronkelijk allodium, reeds in 1024 als graafschap vermeld. De graven van Duras, verwant met de graven van Loon, speelden een belangrijke rol tijdens de 11de- en 12de eeuw op de grens van Loon met Brabant vooral in de herhaaldelijke conflicten met de graven en hertogen van Brabant over het voogdijschap van Sint-Truiden en haar abdij. Ze bezaten Clermont, Scherpenheuvel, Rochefort en Jodogne; tevens voogden van Dinant en Sint-Truiden. Sinds 1203 ingelijfd bij het graafschap Loon en beheerd door verschillende kasteleins tot het in 1327 als bruidsschat in handen kwam van de Neufchateau. Daarna door huwelijk achtereenvolgens in het bezit van d'Oyenbrugge (1427-1705) en Van der Noot (1705- 1796). Op het einde van het ancien régime besloeg het grondgebied van het graafschap de dorpen Duras, Gorsem, Wilderen en Runkelen.
Duras had geen eigen kerk, doch was een deel van de parochie Wilderen. Ook geen eigenlijke dorpskern; de lintbebouwing aan de weg Wilderen-Runkelen is vrij recent. Alleen op het kruispunt met de weg naar Gorsem bevindt zich een bakstenen vierkantshoeve uit de 19de eeuw. Wel bezat Duras een belangrijke waterburcht ten noorden van de weg Duras-Gorsem, waarvan de omgrachting door de Cicindria en Molenbeek van water werd voorzien. In 1787-1789 werd de burcht door het huidig classicistisch kasteel vervangen, het noordelijke gedeelte der vroegere omgrachting bleef in het kasteelpark bewaard.
Bron: SCHLUSMANS F. met medewerking van GYSELINCK J., LINTERS A., WISSELS R., BUYLE M. & DE GRAEVE M.-C. 1981: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Hasselt, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 6n2 (He-Z), Brussel - Gent. Auteurs: Schlusmans, Frieda Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)